Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9,52 MB)

Scans (27,87 MB)






Editeur
H.A. Wage



Genre
sec - letterkunde

Subgenre
non-fictie/brieven


In samenwerking met:

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Albert Verwey. Deel 1: juli1904-april 1914

(1988)–P.N. van Eyck, Albert Verwey

Vorige Volgende

158.
Brief
.

Den Haag 27 Oct '13

Zeergeachte Heer,

Hierbij zend ik U een viertal gedichten, gekozen uit mijn nieuwer ‘Werk’. Zij zijn ditmaal weer iets grooter en ik hoop heel erg, dat zij U bevallen zullen.483 Ik heb een gevoel of ik er erg aan gehecht ben en of er bijzonder veel (, in deze en in een aantal verzen die Onze Eeuw heeft) van mijn innerlijk leven heel zuiver in is overgevloeid. Het groote gedicht ‘Tot den Daimoon’, dat in vrije rhythmen, heb ik maar niet gezonden, dat komt later wel eens, - dit is al weer meer dan genoeg, wanneer U ze aanneemt.

Ik zal U de Groene Amsterdammer terugzenden.484 Wat moet ik nu toch in Godsnaam denken van een leugen (in zich zelf een leugen bedoel ik, het behoeft geen bewuste van v.d.Woestijne te zijn) als die antithese tusschen hart en verbeelding, waarvan de laatste bezonnenheid zou zijn. Hoe kon hij zoo iets schrijven, na Uw kritiek over de paarden v. Diomedes en ook na mijn artikelen. Heeft iemand het recht zóó te schrijven? ‘Denk je nu werkelijk, zei Gerretson, die v.d.W. goed kent, dat hij zulke artikelen, als de jouwe leest?’ Maar is het zijn plicht niet? Wanneer ik mij zelf

[p. 244]

nu maar eens neem; ik meen uit zijn werk te kunnen opmaken dat hij en ik op dezelfde wijze produceeren, in tegenstelling met Gerretson bv. Ik schrijf mijn gedichten meestal volkomen impulsief en onder den aandrang, meestal onvoorzien, van een of andere plotselinge ontroering of gebeurtenis. Wat praat hij dan van bezonnenheid? Er schrijft geen dichter onbezonnener dan ik. Alleen is de bouw van mijn persoonlijkheid zóó, dat niet die ééne ontroering of die eene gebeurtenis zelf de uitsluitende inhoud van het gedicht wordt, zooals bij v.d.Woestijne. Het gehééle levensgevoel, dat door die ontroering of gebeurtenis bewerkt wordt, schiet los, komt soms dan in die ontroering tot uiting, maar dringt anders tot het beeld, waarin het volledig kan leven. Wat is hierin bezonnen? Toch heeft hij ook mij hetzelfde aangewreven. Hoe ligt bij U en uwe kritieken niet altijd de nadruk op het hart, op de warme golfstroom van het gemoed, die de vóóronderstelling van poezie is. Het heeft weinig raison hier tegen U over uitteweiden, maar ik kon het toch niet laten er nog een en ander over te zeggen. Trouwens die ‘aanpassing’ waarover v.d.W. het heeft! Ik vond zijn kritische persoonlijkheid zóó zwak, dat zij verraderlijk wordt voor zijn geheele wezen. Basta!

Hoe vindt U Getijden gedrukt?485 Ik bedacht mij nog, nadat ik weggegaan was van U, dat ik U toch ook wel iets over prijzen had kunnen zeggen. Getijden is gedrukt bij Hooiberg in Epe, met de Nordische Antiqua, een der beste gewone letters, en hij vroeg maar F 9.50 per vel. Over 't algemeen is 't goed in de provincie, op 't platteland vooral, te laten drukken, vanwege de laagheid der arbeidsloonen in verhouding met de stad. Een boekje als Getijden, mits gebonden, ziet er toch smakelijk uit, en de druk is werkelijk goed, beter dan die van menige andere bundel. De letter van Morris, Klosterschrift, is bij Mouton in Den Haag, maar die is duurder.486 Duitsche letters zou ik U niet raden, Churke, Bekrans, Tiemann, ze passen in 't geheel niet bij de poezie.

Inmiddels bel. en hart. gr. ook Mevrouw en de huisgenooten,

Hoogachtend,
geheel Uw
Van Eyck

483
Die vier gedichten waren vermoedelijk: Het Nachtegalenboschje, Stilte, Tot een misvormd kind en Angst. Alleen het laatste werd opgenomen in Het Ronde Perk. Gedichten 1917; pp. 89 en 90. Met uitzondering van Stilte werden de drie genoemde bijeengezet in V.W.1 op de pp. 246-252. Tot den Daimoon werd niet gepubliceerd.
484
Het nummer van 28 september 1913 met Van de Woestijnes bespreking van J.J. de Stoppelaars De Parelduiker. Zie nr. 155.
485
Getijden verscheen bij C.A.J. van Dishoeck te Bussum in 1910
486
Mouton was jarenlang een belangrijke, internationaal bekende uitgever in Den Haag.

Vorige Volgende

Over het gehele werk

over Uren met Platoon

over De getooide doolhof

over Het ronde perk

over Uitzichten


over Paul Cronheim

over J.C. Bloem

over Nine van der Schaaf

over [tijdschrift] Beweging, De

over P.C. Boutens

over Stefan George

over Geerten Gossaert

over Jan Greshoff

over Willem Kloos

over Aart van der Leeuw


Italiƫ


Over dit hoofdstuk/artikel

27 oktober 1913