43.
Brief.
[In potlood: (1910)]Ga naar voetnoot136
Weled.geb. Heer, den Heer Albert Verwey
Noordwijk aan Zee
Hooggeachte Heer,
Daar, zooals dat te verwachten was, onze financieele positie zich in den loop
van het vorige jaar weder in zooverre verbeterd heeft, dat mijn hulp geheel
ontbeerd kan worden, en dus honorarium voor mij geen bijdoel meer is, heb ik
de eer U mijn verzen wederom te doen toekomen in de hoop, dat U ze zult
willen aanvaarden.Ga naar voetnoot137 Het deed mij buitengewoon veel
genoegen Uw oordeel te lezen; het is heusch niet om U in Uw tijdschrift te
vleien, maar de medewerking aan alle andere tijdschriften heeft mij het
gemis v.d. Beweging in mijn idee nooit kunnen vergoeden. Ik zou dan ook veel te blij zijn, wanneer ik weder eenmaal mocht
medewerken aan de Beweging, om ook maar eenigszins door die
honorariumkwestie beinvloed te kunnen worden. Wanneer U de terugzending maar
niet onwelkom is!
Ik voeg hierbij een briefkaart, met het beleefd verzoek, of U mij daaromtrent
even Uw definitieve beslissing wilt melden.
Zoowel voor Uw spoedig en gunstig antwoord, als voor het komende hartelijk
dankend, verblijf ik inmiddels, na beleefde groeten, met de meeste
Hoogachting
Uw dw.
P.N. van Eyck
Columbusstr. 223
[In potlood eronder in hs.van Verwey: uiterlijk Juni
nr.plaatsen].Ga naar voetnoot138