De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en H. Marsman
(1968)–P.N. van Eyck, H. Marsman– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 69]
| |
16 januari 1931Deze brief is getypt op papier met gedrukt briefhoofd. Zie facsimile op bladzij 70. - Hij is, zoals uit de inhoud blijkt, door Van Eyck een jaar te vroeg gedateerd. 16 Januari '30[1931] Geachte Heer Marsman, Ik heb mijn kroniek over Slauerhoff in twee stukken geknipt, zoodat in het Januari-nummer alleen het meer psychologischde deel verschijnt.Ga naar voetnoot72 Daardoor zal ik niet in het volgende nummer, gelijk ik van plan geweest was, Uw bundel kunnen bespreken, maar waarschijnlijk wel in het daaropvolgende.Ga naar voetnoot73 Heeft U dus een ex. van Uw derde druk over, en kunt U het niet beter besteden, dan houd ik, die graag altijd de laatste staat der dingen onder de oogen krijg, mij aanbevolen. In dat geval, doe er, bid ik, een behoorlijke stukje uit-stekend en eerst daardoor uitstékend karton om heen, want het ex. van de eerste druk is mij onder de lectuur, dank zij het ontbreken geweest zijn daarvan, nog altijd een torment. Mijn ‘Halve Eeuw’ zal minder lang duren dan U denkt. Het was nu voor alles noodig, om een tijd naar het heden te kijken, ik werk echter op die manier aan twee kanten van het boek tegelijk. Dat is inspannend, maar het schiet daardoor toch goed op. Ik denk wel dat het over een kleine drie jaar, als ik gezond blijf, verschijnen kan. Van Uw nieuwe verzen zag ik al een en ander in De Gids.Ga naar voetnoot74 Naar Uw roman ben ik zeer benieuwd. De Witte Vrouwen onderscheiden zich, doordat zij de onderling tegenstrijdigste oordeelen opwekken. Het is jammer dat U niet eens een paar jaar in het buitenland - Londen, b.v.-kunt komen wonen, maar als het van de schoolplannen moet komen, vrees ik dat die hoop niet verwezenlijkt zal worden. Mijn vrouw vraagt mij de Uwe te vertellen,Ga naar voetnoot75 dat een plan als zij opperde haar volkomen onuitvoerbaar lijkt. De leden der Nederlandsche kolonie wonen ‘mijlen uit elkander’ - om Boutens aan te halen - en behooren tot allerlei soorten - financieel, bedoel ik natuurlijk, want cultureel behooren zij ongeveer allemaal tot precies de zelfde. Juist door dit laatste hebben velen, zoowel zij die reeds veel geld verdiend hebben, als zij wier hoogste ideaal is, dat alsnog te doen en ondertusschen voor reeds geld verdiend hebbend door te gaan, de neiging om de Engelsche opvoeding als de aangewezen weg ook voor hun kinderen | |
[pagina 70]
| |
Begin van Van Eycks brief, gedateerd 16 januari 1930 (=
1931) (verkleind)
| |
[pagina 71]
| |
te beschouwen - vooral als die kinderen bestemd zijn hier te blijven - dat wil zeggen, hen naar kostscholen te zenden. Of de door Uw vrouw genoemde cijfers ook voor Engeland zouden opgaan, mag betwijfeld worden. Het leven is hier duur, in de eerste plaats de huren, maar ook de andere leerkrachten, die zij noodig zou hebben. Terwijl het examen wezen in Engeland iets is, welks ingewikkeldheden ik tot nu toe niet heb mogen ontraadselen en trouwens ook nog nooit door Engelschen ten volle ontraadseld gehoord heb. Maar misschien zit hierin mijnerzijds een onbewuste weigering om het te begrijpen, omdat ik mijn kinderen op een Dalton School heb, voor welke alles ter wereld bestaat en belang schijnt te hebben, behalve juist examens, en wat daar aan nauwkeurige fundamenteele [kennis] voor vereischt wordt. Als ik rijk was, engageerde ik Uw vrouw dadelijk voor zesduizend gulden per jaar, om mijn twee jongens, voor wier cultureele ontwikkeling waarlijk genoeg gedaan wordt, daarnaast ook nog tot het worden van ‘nuttige leden der maatschappij’ op te leiden. Ons beider hartelijke groeten ook aan Uw vrouw, - de mijne kon op het oogenblik niet schrijven, en om uitstel te voorkomen deed ik het nu maar even - geheel Uw
Wel heeft de vrouw van mijn Telegraaf-collega een Montessori-school opgericht, maar dit is voor kleine kinderen en voor Engelsche kinderen. Ik weet natuurlijk niet, in hoeverre in deze richting voor Uw vrouw nog een mogelijkheid ligt. Uitbreiding en samenwerking, b.v. Ik onderstel echter, dat U niet over fondsen beschikt. Mevr. Vas Dias heeft natuurlijk de steun van haar man's salaris achter zich. |
|