mede te deelen, nu ik tot mijn diep leedwezen mij genoodzaakt zie, mij tegenover iemand te stellen, met wien ik steeds getracht heb in gemeen overleg te handelen.
Volstrekt vermeet ik mij niet te beweren, dat ik een scheepsjournaal zoo goed zou verstaan als een zeeofficier, en gaarne erken ik dat (dit) een van de redenen is waarom zeeofficieren en bevaren klerken aan het Instituut geplaatst zijn; een andere reden is om koersen op te maken uit het verzamelde, iets waaraan geen ander dan een zeeman zich zou wagen; maar de wijze van verzamelen, het ordenen en doelmatig verbinden is het werk der wetenschap, en daarom moet de zeeofficier, een zuiver practisch man, te rade gaan met den meteoroloog. Het verdienstelijke van Maury's arbeid ware nog hooger te schatten, indien hem de vorderingen der wetenschap vollediger waren bekend geweest.
Nog een ander doel van het detacheeren van een zeeofficier is, omdat die beter met andere zeeofficieren waarmede het Instituut telkens in aanraking komt kan handelen en vooral om bij den zeeman het vertrouwen te vestigen waarop ik in mijn circulaire van 3 Febr. jl. zoo uitdrukkelijk wees, echter altijd, wat de Directeur der Zeevaart schijnt over het hoofd gezien te hebben, tevens aanduidende dat de wetenschap wel niet zou dwingen, maar toch zou leiden. Dat is hare roeping! de praxis moet alles afwijzen wat nog niet genoeg bevestigd is maar zelve vinden kan zij slecht zonder de hulp en de aanwijzing der wetenschap.
Het is Uwe Excellentie bekend hoe de titel van Directeur aan het hoofd van de beide afdeelingen gegeven is. De heer Jansen had vroeger in brieven aan mij slechts van assistenten gesproken, maar waar Directeur staat naast Hoofddirecteur volgt toch dat de eerste niet geregtigd is om alles eigenmagtig en zonder medewerken van den laatsten te doen. Buiten dien noem ik het dirigeeren indien men wel eerst met een ander overlegt, over de zaak spreekt, maar dan ook vrije hand heeft om het gevallen besluit te doen uitvoeren en er op toe te zien. Het is nooit mijn plan geweest, mijne beschouwingen van den aard der werkzaamheden door te drijven, maar ik eisch dat men mijne redenen voor en tegen eene methode aan-