En ik denk aan kinderen in de Twentse textiel- en in de Maastrichtse aardewerkfabrieken.....
En ik denk aan mijnwerkers die kreperen aan stoflongen, nu nòg.....
En ik denk aan de miljarden naamlozen, die nooit meer genoemd, toch de geschiedenis mee bepaalden. En met Berthold Brecht vraag ik: ‘Wie bouwde Thebe met zijn zeven torens? In de boeken staan de namen van de koningen. Hebben die koningen de rotsblokken aangevoerd.....?’
Een van die miljarden naamlozen was de grootvader van mijn grootvader, die als dagloner in Wijnandsrade leefde. Hoe hij leefde en hoe het alledaagse leven van gewone dorpsmensen zich afspeelde probeer ik te achterhalen.
Eeuwenlang leefde in het huidige Zuid-Limburg een ‘naamloos volk zonder vaderland’, bevochten door veel machten, maar nooit zichzelf. Hier leefden mensen ‘zo mishandeld, dat het begrip vaderland voor hen even reëel geweest moet zijn als voor een vondeling het begrip ‘ouders’, aldus Prof. Rogier.
De eeuwenlange machteloosheid, de onderhorigheid aan kasteelheer en kerk, de keer op keer wisselende bezetting door vreemde machten, de onderdrukking, de uitbuiting en de vernedering, het liet diepe lidtekens achter en drukte een stempel op aard en mentaliteit van de mensen. Lidtekens, die eerst nu langzaam verdwijnen.
Ook lichamelijk laat een hard verleden sporen achter. In Maastricht viel mij dat voor het eerst op in de dertiger jaren. De gekneusde vrouwtjes met hangende buiken en borsten, met doorgroefde gezichten, zoveel sporen van ellende. De bloedeloze kinderen in lompen, met vroeg-wijze gezichten, oud zonder ooit echt jong geweest te zijn. De in leed verzopen mannen. Maatschappelijk en lichamelijk kleine mensen, fabrieksproletariaat, triest resultaat van een eeuw roofbouw op mensen.
Zó ellendig geschonden waren de boerendagloners niet. Maar die eeuwige onderdanigheid dat voortdurende buigen, die volledige afhankelijkheid, dat zien van wraakroepende rijkdom, dat ondergaan van onrecht en vernedering, dat leed om vroeggestorven kinderen, die honger, ziekte en pijn, die angst en ellende, wat heeft dat allemaal bij hen en hun nageslacht teweeg gebracht?