De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 19. Brieven 2751-2986
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2762 Aan Nicolaus Olahus
| |
[pagina 28]
| |
mijn kwetsbare gezondheid. Maar bovenal zou ik willen dat het om een eervolle verhuizing gaat. Als een brief niet kan worden verzonden via deze bode uit Freiburg, kan die bij de voorjaarsbeurs via Erasmus Schets aan Hieronymus Froben worden verstuurd; daarheen kan ook het geschenk van de koningin worden gezonden, als dat wordt toegekend. Maar hoe de zaak ook wordt geregeld, zorg ervoor dat ik tijdig op de hoogte ben, zodat ik mijn voorbereidingen kan treffen. Mijn hart verlangt naar mijn vaderland. Maak alsjeblieft niet algemeen bekend dat ik me gereed maak terug te keren: des te veiliger zal mijn reis verlopen. Talrijk zijn de menselijke hinderlagen. Ik verzoek je met klem in deze aangelegenheid dezelfde trouwhartigheid aan de dag te leggen die uit je brieven spreekt. Het gerucht gaat dat mijn Lieven getrouwd is. Als dit waar is, wens ik hem hiermee alle geluk toe, want ik twijfel er niet aan dat hij een vrouw aan de haak heeft geslagen die hem waard is. Als hij in de letteren was doorgegaan, zou hij nu beroemd zijn. Ik had geen tijd om nog iets toe te voegen. De bode staat te springen. Ik heb niet herlezen wat ik heb geschreven, excuus. Freiburg, 7 februari 1533 |
|