2748 Aan Henricus Cornelius Agrippa
Freiburg, 9 december 1532
Erasmus aan Agrippa
Een hartelijke groet. Ik heb tot nu toe, zeer geleerde heer, niet op uw briefGa naar voetnoot1. geantwoord, omdat ik het beter vind helemaal te zwijgen dan slordig te antwoorden. Ik heb de hele tijd op een vrij moment gewacht, maar dat is me tot nu toe niet gegund. Ik weet niet over welke koerier u het hebt en Cratander heeft geen brief van u die over de theologische geschiedenis vertelt overhandigd. Als er hierna iets is wat u via betrouwbare handen bij mij wilt laten bezorgen, moet u het aan Hieronymus Froben geven. Ik betreur het dat u het met horzels aan de stok hebt. Maak u er zoveel mogelijk los van. Weinigen is het gevecht met hen goed bekomen. Met de eerste zwaluwGa naar voetnoot2. zal ik, als Christus genadig is, uitgebreider schrijven. Wees er ondertussen van overtuigd dat Erasmus tot degenen behoort die Agrippa welgezind zijn. Het ga u goed.
Freiburg, 9 december 1532