2704 Aan Erasmus Schets
Freiburg, 27 augustus 1532
Een hartelijke groet. Ik had met de vorige beursGa naar voetnoot1. zorgvuldig opgelet dat er een brieven van mij in handen kwamen van de drukker Bebel. En toch heeft hij op een of andere manier een brief van mij te pakken gekregen en overhandigd aan de aartsbisschop van Canterbury, en een andere aan Thomas More, maar hij bracht geen enkel antwoord mee terug, behalve één brief van de aartsbisschop. Hij is, zoals iedereen zegt, een ongelofelijke sluwerd.Ga naar voetnoot2.
Ik kreeg een pot met suiker van de Portugese gezant,Ga naar voetnoot3. leerling en beschermheer van Resende. Je zegt dat ook jijzelf, mijn beste Schets, over een eervol geschenk denkt, maar als mijn middelen gelijke pas hielden met mijn bedoelingen, was het billijker dat ik jou iets als dank zou geven voor alle diensten die je mij hebt bewezen. Had de Portugese gezant maar Hollands linnen in plaats van suiker gestuurd!
Hieronymus Froben heeft geheel te goeder trouw het bedrag uitbetaald in florijnen van een deugdelijke soort met het juiste gewicht.Ga naar voetnoot4. Je hoeft geen twijfels te hebben als iets aan hem toevertrouwd wordt.
Ik heb deze Quirinus uit Holland,Ga naar voetnoot5. een nieuwe en nog onervaren dienaar, naar Engeland gestuurd in de hoop dat ik via hem meer zekerheid krijg. Want er zijn mensen die ik verdenk van pogingen om een wig te drijven tussen oude vrienden en mij.
Ik heb het huis zo verbouwd dat het vermoedelijk geschikt voor mij zal zijn.Ga naar voetnoot6. Mijn hart is echter in Vlaanderen en Brabant. Maar het lot staat in de weg.Ga naar voetnoot7. Ik wens je samen met je familie het allerbeste.
Freiburg, 27 augustus 1532
Vraag niets van Jan de Hondt. Hij heeft de verplichting van het jaargeld overgedragen op die driedubbel overgehaalde theoloog Pierre Barbier.Ga naar voetnoot8.
En Luis de Castro schijnt iets van de bisschop van RochesterGa naar voetnoot9. gevraagd te hebben. Hij is niets verschuldigd.
Aan de voortreffelijke heer Erasmus Schets. Antwerpen