De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 18. Brieven 2516-2750
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2686 Aan Bonifacius Amerbach
| |
[pagina 315]
| |
den ongeduldig. Ik stuurde later mijn dienaar om het antwoord te verzachten en te zeggen dat ik over het voorwoord zou nadenken. Mijn dienaar kreeg de volle laag: dat hij op jouw aanraden hierheen was gekomen om over verschillende dingen met mij te overleggen. Maar we hebben vrij lang met elkaar gepraat, hoewel hij het alleen maar over het voorwoord had, waar ik geen moment over nagedacht had. Want ik had hem over enkele andere dingen geschreven. Bovendien kon ik, als hij een gesprek met mij wilde, niet tegelijk een brief schrijven en met hem praten. Maar als hij echt boos is, geef ik er weinig om, mits hij mij voortaan niet meer stoort. Het ga je goed, samen met hen die je zeer dierbaar zijn. Freiburg, 8 juli 1532 Je herkent de hand van je vriend Aan de zeer illustere doctor Bonifacius Amerbach. Bazel |
|