De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 18. Brieven 2516-2750
(2020)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2548 Van Jan Boner
| |
[pagina 70]
| |
Maar mijn onbesuisde waaghalzerij zal gerechtvaardigd worden door mijn genegenheid en bewondering voor u. Gedreven door die gevoelens beken ik dat ik u wegens de welwillenheid die u tegenover ons aan de dag legde, meer verschuldigd ben dan ik kan teruggeven. Want u was bereid ons, die het niet waard waren met u om te gaan, niet slechts als tafelgenoten toe te laten, maar ons zelfs onder uw vaste vrienden op te nemen.Ga naar voetnoot1. U hebt ons niet alleen met spijzen, maar ook dagelijks met zeer geleerde gesprekken verzadigd; ooit zal het ons genoegen doen ze gehoord te hebben.Ga naar voetnoot2. Daarom bedank ik u en ik zal mij ook binnenkort via mijn oudersGa naar voetnoot3. dankbaar tonen; in al mijn brieven aan hen heb ik uw houding tegenover ons en uw gastvrijheid onder de aandacht gebracht. Het ga u goed en beschouw de familie Boner als zeer in de gunst van uw muzen aanbevolen. Bazel, 20 september 1531 Jan Boner, u altijd zeer toegedaan Aan de zeer geleerde Erasmus van Rotterdam, zijn zeer eerbiedwaardige meester en leraar |
|