De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 16. Brieven 2204-2356
(2018)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2243 Van Erasmus Schets
| |
[pagina 86]
| |
melijk dat hij niet langer verplicht was iets te betalen. Quirinus zocht hem op in Kortrijk. Hij zal je vertellen welke reden De Hondt heeft om te weigeren. Ik heb gekeken naar wat je zegt over navraag naar het jaargeld, dat een jaar geleden via Italianen uit naam van de aartsbisschop van CanterburyGa naar voetnoot5. aan Pieter Gillis is uitbetaald en waar zo weinig van over was gebleven. Maar ik heb nergens iets kunnen ontdekken. De Italianen zeiden dat ze niets verschuldigd waren behalve wat er op hun wissel stond; of ze meer hebben gekregen kan moeilijk achterhaald worden, tenzij men navraag doet bij de aartsbisschop zelf, maar het ligt niet op mijn weg dat te proberen. Ik erger me er flink aan dat je niets uit Portugal hebt ontvangen, geen geschenk en geen dank.Ga naar voetnoot6. Mijn vriend João Brandão, op wie ik daar vroeger kon rekenen, is twee jaar geleden overleden. Als de dood hem niet weggerukt had, zou u daarvandaan - dat weet ik zeker - een behoorlijk geschenk hebben ontvangen. Je zou nauwelijks geloven hoe jammer ik het vind dat de hoop dat je hier bij ons terugkomt zozeer in rook is vervlogen, ook al weet ik dat je om al die redenen die je noemde, rustiger leeft waar je nu bent. Maar toch vallen er naar mijn oordeel geen geringe stormen te vrezen door de ontwikkelingen in Duitsland, zolang er op deze manier overal aan weerszijden een opeenhoping van zoveel sekten en facties van verschillende partijen plaatsvindt; ik voorzie dat die nauwelijks zonder geweld en bloedvergieten tot bedaren gebracht of opgeheven kunnen worden. God geve dat alles zich ten goede keert! Wees er alsjeblieft intussen van verzekerd, dat zich hier je vriend Erasmus bevindt, die zoveel als hij waard is, de jouwe is; maak altijd vrijelijk gebruik van wat ik kan, wat dat ook voorstelt, want er is niets wat mij meer genoegen geeft dan gehoorzaamheid aan jou en jou van dienst te zijn zodra je iets vraagt. Groet alsjeblieft Frans van der Dilft, als hij nog bij je is. Het ga je goed. Antwerpen, 13 december 1529 Erasmus Schets, geheel de jouwe Aan de zeer geleerde en voortreffelijke heer Erasmus van Rotterdam, zijn zeer trouwe vriend. Freiburg |
|