De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 6. Brieven 842-992
(2010)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 129]
| |
ervoor zorgen dat het werk voorspoedig zal verschijnen. Laat me weten of er enig antwoord uit Rome is gekomen over wat ik via Pucci had geschreven.Ga naar voetnoot1. Ik heb jouw brief ontvangen. Over de boeken heerst bij FranzGa naar voetnoot2. diepe stilte; door hem te laten beslissen heb je een ongunstige schatting gedaan en heb je weinig Griekse boeken gekocht. Ik denk dat je de lijst met boeken die je in opdracht van mij moest kopen, kwijt bent geraakt. De wissel die aan ArnoldGa naar voetnoot3. gegeven moest worden, stuur je terug; het was je zeker ontschoten wat ik had opgedragen. Zo handel je als vriend en peter!Ga naar voetnoot4. Als je wilt dat er iets gebeurd met het lexicon, zorg dan dat er een afschrift komt van wat door Cono is toegevoegd, ik meen in het oude lexicon van Bruno.Ga naar voetnoot5. Stuur verder het geschreven lexicon van retorische termen, eveneens het lexicon gedrukt door Mazzocchi te Ferrara,Ga naar voetnoot6. wat hier nergens te vinden is. Ik zal mijn uiterste best doen om jouw belang te dienen. Zie jij erop toe dat jij ook naar beste vermogen je schouders eronder zet. Je hebt een goede naam verworven, die kan je groot voordeel opleveren, als jij op jouw kosten extra zorg aan het boek besteedt.Ga naar voetnoot7. Maar mij bevalt het niet dat bij jou thuis de vrouw het voor het zeggen heeft. Geen lastposten als er geroeid moet worden!Ga naar voetnoot8. Van de kant van de Parijzenaars dreigt geen enkel gevaar, als je het nuchter bekijkt. Zie hier goed nieuws; geef de bode dus iets extra's. Jouw vriend Descousu uit Châlon-sur-Saône, een minderbroeder, een groot licht van de kerk, is in Brugge.Ga naar voetnoot9. Schrijf hem, als er iets is wat je wilt. Dit ongemak en deze kosten waren niet nodig, als je op tijd met het werk was begonnen. Ik zal binnenkort de rest sturen, dat zijn de voorwoorden en de aanhangsels. Deze jongeman lijkt talent te hebben en behoorlijk thuis te zijn in beide talen; ten slotte, hij is een Hollander. Hij komt naar je toe in de | |
[pagina 130]
| |
verwachting dat hij bij jou in de drukkerij een plaats krijgt met passende beloning. Dat hij enige goedgunstigheid mag ondervinden, ook op grond van mijn aanbeveling. Overigens is het op jouw verzoek wat ik deed. Telkens weer wil ik je, krachtens onze vriendschap, op het hart drukken dat je de goede naam die jouw drukkerij heeft verworven, niet verwaarloost en je ver houdt van de adviezen van ezels. Luister naar Beatus, de enige die verstand heeft. Ik gaf deze Menard vier gouden florijnen en een frank; je moet opdracht geven dat ik die van Franz terugkrijg. Want ik heb genoeg gedaan op eigen kosten en met persoonlijk risico, zoals je kunt lezen in mijn brief aan Beatus. Het ga je goed, dierbare peter, met je vrouw en al de jouwen. Leuven, 22 oktober Aan Johann Froben, de bekende drukker. Bazel |
|