466 Van Andrea Ammonio aan paus Leo X
[Westminster, september 1516]
Heilige vader, etc. Het is lang geleden dat zich iets zo belangrijks voordeed dat het me gerechtvaardigd leek een brief te richten tot de troon vanwaar Uwe Heiligheid heerst over het mensenras. Nu echter dwingt me een gerechtvaardigde reden, meen ik, om dit te wagen, namelijk om zelf te proberen - en ik meen dat alle liefhebbers van de letteren dit zouden moeten doen - Erasmus, die door zijn uitmuntende geleerdheid al in hoog aanzien bij Uwe Heiligheid staat, nog meer bij u aan te bevelen, zodat hij zich met rustiger gemoed kan wijden aan de republiek der letteren en Uwe onsterfelijke Heiligheid deze zo grote man die Uwe Hoogheid volkomen is toegewijd aan zich bindt. Zeker, Uwe Heiligheid kan niet groter worden door enige lof, maar met geen offerdier vereert men de goden beter dan met de lof van een priester die zuiver van hart is en in geest het dichtst bij God staat. De bovenmenselijke edelmoedigheid van Uwe Heiligheid geeft mij hoop, want u bent gewoon een luisterend oor te lenen aan de gebeden van zelfs nederige personen, en pleegt de studiën niet alleen met welwillendheid maar ook met goud en zilver te koesteren. Erasmus streeft niet dat laatste na, maar is tevreden als u hem uw welwillendheid laat blijken, die hij, naar mijn mening,
Auteursrechtelijk beschermd