[Over Graad Engels]
Graad Engels werd in 1907 te Helden geboren in het gehucht ‘Eyndt’. Tot 1938 was hij werkzaam op de boerderij van zijn vader. Daarna kwam hij in dienst als voorlichter bij de Rijkslandbouwvoorlichting, waar hij kennis van bodem, plant en dier nuttig kon gebruiken en uitbreiden. Vanwege zijn beroep kwam hij veelvuldig in kontakt met de boerenbevolking bij wie nog veel van het oude cultuurgoed leefde. Hij raakte geboeid door alles wat met geschiedenis en volkscultuur te maken had. Doordat hij begreep dat veel van wat hij hiervan op het land hoorde en zag verloren ging, begon hij aan zijn notities omtrent gebruiken, volksverhalen, liederen, dialect en oude ambachten. Hij stelde een lijst samen van verdwijnende dialectwoorden, verzamelde verhalen en uitdrukkingen en schreef rapporten over oude ambachten.
Sinds 1950 is hij medewerker aan het Instituut voor Dialectologie en Volkskunde van de Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen te Amsterdam en van de Universiteit van Nijmegen.
Na zijn pensionering vond hij de tijd om zijn verzameling notities uit te werken en te ordenen. Een van de resultaten hiervan is deze bundel volksverhalen.
Hij vindt het belangrijk dat zijn volkskundige notities niet verloren gaan en wenst vooral dat de bevolking van de eigen streek kennis neemt van wat haar eigen cultureel erfgoed is.
Op het ogenblik werkt hij aan de samenstelling van een lijst woorden uit het eigen dialect.
Naar zijn eigen woorden:
‘Het verbaast me telkens hoe levend en rijk onze spreektaal is aan uitdrukkingswijzen. Het is jammer dat velen