Den lacchenden Apoll, uytbarstende in drollige rymen(1667)–Pieter Elsevier– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 45] [p. 45] Levertjen. Toon: Rozemond die lag, &c. 't LEvertjen ô zoete Susje! Is geweldig droog van smaak, Dus gunt my een lekker kusje, Dat ik het wat vochtig maak; Want door 't vocht van uwe mont Gy mijn daat'lijk helpen kont. 2. Leg u lipjes op mijn lippen, Leg u montjen op het mijn, Laat de nectar overglippen, En het lekker Ambrozijn: Want door 't vocht van uwen mont Gy mijn daat'lijk helpen kont. 3. Laat mijn tong dan op de kantjes Dwalen, daar het wit albast Zig vertoont van uwe tantjes, En in Suyker-stroompjes wast: [pagina 46] [p. 46] Want door 't vocht van uwen mont Ghy mijn daetlijk helpen kont. 4. Laet den Honig soete waesem Pruyssen door u tantjes heen, Mengt u lieffelijken asem En de mijne dan door een: Want door 't vocht van uwen mont Ghy mijn daetlijk helpen kont: Vorige Volgende