Den lacchenden Apoll, uytbarstende in drollige rymen
(1667)–Pieter Elsevier– Auteursrechtvrij
[pagina 40]
| |
Ik lach zoo, dat ik met mijn vingeren de mont sluyt,
Om dat ons Jantjes Jan dat ronde Hoetjen past?
Gelijk een Prince-Vlag op een bestoven stront-schuyt.
P. Elzevier.
|
|