[Voorwoord]
Gaarne neem ik de gelegenheid waar, om mijn dank te betuigen aan zoovelen, die gedurende mijne Academische loopbaan tot mijn vorming hebben bijgedragen.
Vooral geldt dit U, Hooggeleerde Donders, die mij zulk een krachtdadigen steun bij het samenstellen van dit proefschrift verleend hebt. Uw opwekkend voorbeeld en Uwe bezielende lessen hebben een diepen indruk op mij gemaakt, die nimmer kan worden uitgewischt.
Ook jegens U, Hooggeleerde Snellen, onder wiens leiding ik steeds met vrucht en genoegen werkzaam was, gevoel ik mij zeer verplicht. Uwe vriendschap, Uwe talrijke lessen en nuttige wenken weet ik op den waren prijs te stellen.