Wat blijft komt nooit terug(1979)–Jan Eijkelboom– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 34] [p. 34] Wat blijft komt nooit terug Nevelverscheurend kraait een haan vanuit onzichtbare tuin achter vage huizen, het rozerood van de dageraad al in top. In een andere tuin voerde ik grootmoeders kippen nadat een andere haan mij had gewekt op de donkere vliering die geurde naar appels. Ik hoor dit nu, ik zie dat nog. Het blijft bij me en ik kan het niet vasthouden al zou ik zelf een kippenhok gaan bouwen (ik zou dan trouwens ter vervolmaking die gedempte stinksloot achter de tuin ook opnieuw moeten graven). Vorige Volgende