Zwiers, wiens atelier u bezoeken kunt, heeft het sprookje van Giethoorn vastgelegd. Verder kan op het program gezet worden een puntertocht, een boottocht naar en van Zwolle, Meppel, Hasselt en Zwartsluis en een bezoek aan het schildersatelier van H. Boer en het poppenhuis van D. Twaalfhoven. En let u ook op de drijvende grasvlakten in de omgeving, waarop het vee kan lopen en die zelfs verplaatst kunnen worden.
Nu moet Giethoorn wel erg oppassen dat het zijn eigen aard niet verliest (er zijn enkele vege tekenen), want anders gaan de ware reisbroeders naar Belt- en Schutsloot, in de oneindigheid van rietvelden en water en minstens zo karakteristiek. De hele weg van Giethoorn naar Blauwehand dwars door de Belterwijde naar Belt- en Schutsloot is een belévenis en in boerderij-restaurant De Kraggehof in Schutsloot kunt u dan uw koffie drinken.
Naar de andere kant van Giethoorn is het land al even karakteristiek, een mysterieuze natuur met vaarwatertjes en binnenmeertjes. Zoekt u hier eens het kleine waterdorp Dwarsgracht op, maar ook Scheerwolde, een voorbeeld van rationele, maar niet geslaagde planologie; zeker ook Muggenbeet, wel het schilderachtigste dorpje van deze streek; zeker ook Kalenberg, dat nog niet lang geleden voor het verkeer werd ontsloten en waar auto's nog zeldzaam zijn. U bent hier midden in het gebied waar uit water, kraggen en riet het land wordt gewonnen. En daar vindt u ook het dorpje Nederland, alleen wat bedoeninkjes aan het water, Nederland in Nederland, zoals het uniek is in Europa. En verder tip ik u in de kop van Overijssel het ook voor kinderen interessante natuurhistorisch museum Schoonewelle in Zwartsluis. En ik tip het stille, maar allerminst dode Genemuiden, dat de halve wereld van mattekloppers voorziet en waar aan de Achterweg 's zomers niet gerookt mag worden in verband mer de vele hooibergen en de geverfde kokosmatten die te drogen hangen; iets unieks wederom in Europa en iets dat uw kinderen niet licht zullen vergeten.
Maar ik aarzel eigenlijk om Staphorst te tippen en Rouveen, want het zou nooit te druk mogen worden in deze plaatsen, naar aspect en sfeer volgens wijlen Fred Thomas het grootste sprookje van ons land. Het zijn aan een mooie weg gelegen dorpen met groen en blauw geschilderde boerderijen in veel bomen en met een bevolking (niet op fotograferen gesteld) in oude klederdrachten en gehecht aan oude zeden, afstammelingen van de sekte der flagellanten of zelfkastijders. Het schouwspel van Staphorst, zo tegen het uur dat de school uitgaat, met de entourage van dit uitzonderlijk mooie dorp, dat is iets dat niet meer mogelijk geacht zou worden in deze tijd. En op zondagochtenden gaan honderden vrouwen in klederdracht uit de kerk naar huis, marcherend in gelid als een leger, de ogen naar de grond, de bijbel