aan de kinderen wat geschiedenis weg te geven: bij het monument voor Jan van Hoof over 1944, bij het beeld van keizer Trajanus over de Romeinen en de nederzetting Noviomagus, en bij het nabije Valkhof over Karel de Grote en Claudius Civilis, die ‘hier knarsetandend stond’ en dus niet zoals wij gelet zal hebben op het heel mooie panorama, dat overigens van de Belvédèretoren daar in de verte nog mooier is. Van het Valkhof de Burchtstraat ingaande, vertellen we bij het stadhuis dat er in 1678 de vrede van Nijmegen werd gesloten, maar zonder dat we ons precies herinneren wat dat ook weer was, terwijl de oudste zeker een foto zal nemen van dit hoogst fotogenieke bouwwerk, even fleurig en speels als het Waaggebouw op de Markt, waar we kort daarop arriveren. En daar laten we de kinderen de kerktoren beklimmen en zien ze op de hoek Burchtstraat-Broerstraat de blauwe steen waarop vroeger de straffen werden voltrokken. Mijn vrouw zou dan beslist de moderne winkels gaan bekijken, ik zou eerst nog afdalen naar de smalle straatjes aan de Waal, de te saneren ‘kasba’ van Nijmegen, en er aan de Waalpromenade het Groene Balkon ontdekken, maar daarna zou ik óók winkels gaan bekijken.
Daarna met zijn allen naar de Goffert, het tachtig hectare grote stadspark met vogelvijver, bijenstal, siertuinen, plasvijvers met strand, speeltuin, kinderboerderij en ga zo maar door. Dan de weg naar Groesbeek op en naar de Heilig-Landstichting, een bijbels openluchtmuseum met een natuurgetrouwe weergave van de omgeving en de sfeer waarin Christus leefde, maar wel zó vermoeiend, dat we misschien het nabije en interessante Afrikamuseum zouden preferen om daar kennis te maken met negerculturen en een compleet negerdorp. Vader pakt daarna de kaart en noteert daarop als landschappelijk héél mooie wegen: de Zevenheuvelenweg tussen Berg en Dal en Groesbeek, de panoramarijke weg tussen Ubbergen en Beek, de weg tussen Beek en Wyler en die tussen Wyler en Groesbeek. Omdat die kaart het blad Brabant-Oost (inderdaad ja) van de anwb zou zijn, schaal 1:100.000, zouden die vier wegen direct te vinden zijn. Deze wegen berijdend en ervan genietend, zouden we tevens het zwembad Wylermeer kunnen bezoeken, de speeltuinen in Berg en Dal (maar de uitzichten niet vergeten), en de uitzichttoren op de Sterrenberg in Beek.
Zuidwaarts nu, de weg richting Venlo op en zo naar Malden, want iedereen heeft het al zo vaak gehad over die moderne kerk in dit plaatsje, dat wij ze ook gezien willen hebben. Een enkele druk op het gaspedaal zou ons brengen aan de Plasmolen met natuurbad en speelvijver. En daar zou ik me herinneren, dat in het anwb-boekje ‘Per auto en te voet’, deel III, een pracht van een wandeling in dit gebied haarfijn staat beschreven. De deeltjes van dit boekje liggen natuurlijk altijd in de auto. Allemaal uitstappen dus, de kinderen de tekst laten