Groot-Duitsche dichtkunst(1942)–Jan H. Eekhout– Auteursrecht onbekendEen reeks vertolkingen Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] De loutering Weerloos sta ik in de vlam en Ken geen spreuk, die haar bezweert. 't Vuur laait voort langs tak en stam en Heeft ook mij weldra verteerd. Duldend, weet mijn mond te zwijgen, Want geboorte is blijde pijn En wanneer de tongen nijgen Zal uit d' asch ik opwaarts stijgen En hernieuwd en blinkend zijn. Wolfram Brockmeier Vorige Volgende