Bolland, Tromp.
Vastgesteld werd de volgende overeenkomst, op grondslag waarvan met aspiranten zal worden in overleg getreden.
1. | Aspiranten moeten minstens een half jaar op de vestiging gewerkt hebben, om lid te kunnen worden. |
2. | Indien zij na afloop van dien tijd geene uitnoodiging krijgen, om te blijven, vertrekken zij. |
3. | Het aspirantschap kan worden verlengd, echter niet langer dan tot 1 jaar. |
4. | Gedurende het aspirantschap behouden beide partijen, gemeenschap en aspirant, zich het recht voor, in geval van byzondere moeielijkheden de overeenkomst te verbreken en het verblijf van den aspirant te doen eindigen met 14 dagen opzeggen. |
5. | De aspirant kan bij zijn vertrek aanspraak maken op eene zekere geldelijke vergoeding, waarvan het bedrag per week vooraf is vastgesteld, wat na de eerste week van het verblijf van den aspirant moet geschieden. |
6. | Tot grondslag voor de bepaling dezer vergoeding, strekt de som, die de aspirant in de gewone maatschappij had kunnen verdienen met de werkzaamheden, die op de vestiging van hem worden gevergd, na aftrek van de onderhoudskosten van den aspirant en zijn gezin. |
7. | De aspirant kan de vergaderingen bijwonen, indien geen der leden zich daartegen verklaart. |
Nadat het bovenstaande vastgesteld was, werden De Haer en zijne vrouw in de vergadering toegelaten en hun de overeenkomst voorgelezen, waartegen zij geene bezwaren hadden, zoodat zij als aspiranten zijn toegetreden. Binnen eene maand zal het loon dus worden bepaald. Van Eeden heet hen welkom in ons midden, hoopt dat de samenwerking van langen duur zal zijn en tot vermeerdering der bloei van de kolonie zal strekken.