gasten, waardoor voorloopig de ergste nood gestild wordt.’
Broekman: Hoewel Klein-Cruysbergen aan mevrouw Van Eeden-van Warmelo was verkocht, woonde de familie Broekman er nog in. Zij hadden bovendien nog een deel van de grond in handen gelegen tussen het oostelijk en westelijk deel van Walden; de kolonisten mochten daar niet overheen lopen (zie bijlage II).
Dop: Toen Van Eeden en B. Zimmerman zonder af te dingen de gevraagde som voor Cruysbergen betaalden, probeerde Dop voor de inrichting daarvan, meubels, stoffering en andere dingen, óók zoveel mogelijk geld te krijgen. Hier protesteerde Van Eeden echter tegen en weigerde het bedrag te betalen. Tenslotte heeft Bertha Zimmerman toch Dops eisen ingewilligd.