LXXVIII.
De uitdrukking ‘ik moet bloemen verkoopen’ slaat op wat Couperus mij eens zeide over het voor levensonderhoud moèten schrijven van artikelen en boeken en wat ik aan v.E. overbracht. Couperus vond zich zelf als een bloemenverkooper, zeide hij mij eens. Mooie, dichterlijke dingen aan den man te moeten brengen voor geld.
Walden, Bussum, 14 Oct. 1915.
Beste Henri, dank voor je welgemeend schrijven. Wil je dan maar zelf aan Brouwer en mij schrijven wanneer we in Blaricum zullen bijeen koomen?
Noch Bach, noch Beethoven, noch Mahler kan mij helpen. En ik wil ook niet geholpen worden.
Ik weet dat het moet, en het is maar zwakte van mij als ik er anderen oover spreek of schrijf. De hoofdzaak is dat ik gereegeld voortga met mijn werk. ‘Ik moet bloemen verkoopen’. Vreemden bemerken niets. Maar ik heb geen surplus van kracht of blijdschap.
Stuur de ingeslooten briefspoedig terug, en zeg me hoe je dien vind.
Tot spoedig!
F.v.E.
Auteursrecht onbekend