Oude mede nieuwe vreughde-klanck die haer laet hooren hier in verscheyde soo geestelycke als kluchtige zangen
(1664)–Joannes van Dyck– AuteursrechtvrijStem: Edel Karssouw.O Iesu soet!
Leydt my in uwen Tempel
Door uwen Heyl’gen Geest
U te gemoet.
Na Simeons exempel.
Dat mijn ziel onbevreest
Die dus langh is geweest
Benauwt en vol van lijden,
Mach oock van hier in vrede gaen,
| |
[pagina 16]
| |
En eeuwigh haer verblijden.
Geeft my te sien
Met mijnder zielen oogen
Uw’ zaligheyt bereydt,
Voor alle Lien
Die u te vinden poogen;
Want mijn ziele verbeydt
Alleen uw’ Majesteyt,
Met een licht in haer handen:
Maer ghy, die zijt het eeuwigh Licht,
Doet mijn licht meerder branden.
Maria fijn,
Reyn onbevleckte Maget,
Een dageraet ydoon,
Die geeft een schijn
Des morgens als ‘t vroegh daget,
Soo ghy der Sonnen Throon
Brenght ons het Licht seer schoon;
Heel vroegh komt ghy oprijsen:
Dus singen wy: weest wellekoom,
En gaen u eer bewijsen.
Godts Moeder reyn,
U mijnder wilt ontfermen,
Toont my uw klaer aenschijn,
Uw’ kindlijn kleyn
Geeft my in mijnen ermen;
Druckt het in ‘t herte mijn.
Ick bid u door de pijn,
Die u hert’ heeft doorsneden,
Dat ick mach wijs en suyver zijn,
En lichten door goe zeden.
|
|