Het oude Nederlandsche lied. Deel 2(1905)–Florimond van Duyse– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 1121] [p. 1121] 315. Drink ik ä pintje. Drink ik ä pintje, 'k drinken 'lyk ä zwyntje. Drink ik ä kannetje, 'k drinken 'lyk ä mannetje. Drink ik ä stooptje, 'k vollen in än hooptje. Nooyt van me leven meer, 'k en drinken geen genever meer. 6. t.: ä hooptje. De Coussemaker, Chants pop. des Flamands de France, 1856, nr. 220, bl. 355, uit den mond der Duinkerksche zeelui. Vorige Volgende