Tekst en melodie.
Gio. Giacomo Gastoldi, Baletten met dry stemmen, Antw. 1641 (zie bl. 897-8 hiervoren), Cantus, bl. 15, met het opschrift: ‘'tSchuyt van S. Reyn-uyt’, en de wijsaanduiding: ‘O che diletto’. Volgens de hiervoren t.a.p. vermelde uitgave van 1631, met Italiaanschen tekst, vangt deze aan:
Vorrei cent' occh' haver,
Quand' io ti sto a veder, enz.
Zoomin als voor het lied: ‘Als wij soldaten’ (nr. 247) is de Nederlandsche tekst eene navolging van den Italiaanschen. Wij geven de melodie, waarop de vervaardiger van het Nederlandsch lied zijne verzen schoeide volgens zijne begrippen van de metriek, onveranderd terug.
Het schip van Sinte Reynuyt is eene herinnering aan de hiervoren, onder nr. 302 bl. 1079 besproken ‘Blauwe Scute’. De bemanning van beide vaartuigen is ongeveer dezelfde. Dr. Kalff, Het lied in de M.E., bl. 461 en 467-8, vermeldt verschillende andere liederen van zelfden aard, en wel namelijk: a) Een lied uit het Kamper-lb. (vóór 1542, zie Tijdschr. voor N.-N. mzgsch. III (1891) bl. 125 vlg.), waarvan ons slechts de eerste strophe van den tekst is overgebleven:
Nae Sinte Reynwt soe moeten wij varen,
dat hebben ons meest die vroukens ghedaen,
diet ons soe ruyte[r]lick hebben helpen sparen,
dat men met stucken ter merct moet gaen.
So helpen sijt ons duer de billen slaen.
Noch moeten si ghecleet gaen als een bruyt,
wij moeten varen nae sinte Reynwt.
b) ‘Een nyeu liedeken’, nr. 174, bl. 263, Antw. lb. 1544: ‘Al ben ic van den