Melodie.
Een Duytsch musyck boeck, Loven-Antw., 1572, nr. 23, ‘Al hadden wij vijv-en-veertich bedden’, enz., variante van str. 3 hierboven, vierstemmige bewerking van Joan de Lattre, gest. na 1576, ook bekend als Delatre (Claude Petit Jean), Petit Jean zonder meer, P. Jehan, of De Latre, De Lattre, De Latere (zie Rob. Eitner, Bibliogr. der Musik-sammelwerke, 1877. bl. 513). De melodie in superius; zie onze partituur-uitgave in Tijdschrift der Vereeniging voor N.-N. mzgsch. Amst., III (1890), bl. 173. - Eene bewerking van hetzelfde lied, door denzelfden componist, te vinden in Livre septième, Anvers 1636, en 1641, wordt door Eitner, t.a.p., vermeld.