Over de verschillende Italiaansche en Nederlandsche uitgaven van de werken van den contrapuntist Giovanni Giacomo Gastoldi, geboren te Caravaggio, o. 1556, gestorven in 1622, zie Rob. Eitner, Quellen-Lexicon, IV (1901) bl. 168 vlg.
De Cantus (bovenstem) waaraan de melodie hier is ontleend, stemt, wat de muziek betreft, heel en al overeen met Gastoldi's Balletti a tre voci, con suoi versi per cantare, sonare e ballare, bij de voornoemde erfgenamen verschenen in 1631. Beide uitgaven bevatten zestien liederen en hebben dezelfde pagineering. Ziehier de aanvangstrophe van het als wijs opgegeven Italiaansche lied, op zijne beurt tot titel dragend: ‘In Costante’:
Fin ch'avrò vita vò seguir Amor,
Segua che vuol che sempr'il vò servir,
Ch'o spem' un giorno ancor per lui gioir.
De Nederlandsche tekst is dus geene navolging van den Italiaanschen, en natuurlijk blijft zijn vervaardiger verantwoordelijk voor de manier waarop hij de Nederlandsche metriek verstond.
De melodie is oorspronkelijk genoteerd in de uitgave van 1631, met
3, in die van 1641, met
3.