| |
| |
| |
5 Eksport van de provolutie
In het najaar van 1965 sloeg de provolutie naar allerlei dorpen en steden
in het Nederlandse taalgebied over. De provokaties op Prinsjesdag 1965 in Den Haag zijn al vermeld in het tweede hoofdstuk.
In Vlaanderen werden de Provo-ideeën door de kleine provotariese minderheden die dit volk rijk was als de langverwachte boodschap ontvangen.
In Antwerpen verscheen in de tweede helft van 1965 het tijdschrift Happening News. De groep rond dit blad hield zich veel meer met kunst en happenings bezig dan met politiek en cybernetica. De happenings die zij op de Groenplaats organiseerden waren wel, zoals elke happening, provokaties op zichzelf, maar zij werden niet door díe typiese Provo-ideeën gedragen die van happenings sociale konflikten maken.
Maar de jongens van Happening News werden snel door Provo beïnvloed. Eind 1965 schreef redakteur Wout Vercammen:
‘Als nihilist die geheel de maatschappelijke orde wil vernietigen is voor mij de happening het uitdrukkingsmiddel bij uitstek. Een verschijnsel zonder pretentie. Het absoluut gebod van zelfbehoud dikteert de mens de voorwaarden waaronder hij dient te leven. De
voorlichtingsapparatuur is vergiftigd. U wordt voorgelogen. U gaapt na. U bent reeds stereotiep. U bent zonder fantasie. U hebt angst. U leeft in een harnas. U bent vermolmd, verblind, verslaafd. Het reageren is u verleerd. Radio, tv, auto: onze lievelingen.
Daarom een nihilisme, vernietiging die weer opbouwt. Nihilisme is voor het ogenblik nauw verwant met de happening, een kunstzinnige revolte tegen de maatschappij.’
De ontwikkeling van artistiek naar politiek engagement werd door het optreden van Koen Calliauw in de hand gewerkt. Al in oktober 1965 had deze jonge vriend van Kamiel Huysmans een Provo-aktie georganiseerd onder het motto: weest lief voor de politie.
‘Wuift onze agenten na!! Trakteer ze op pinten! Bemoeder ze! Kus ze! Verwen ze!!’
luidde een passage uit een in de kleuren van de Belgiese vlag gedrukte provokatie.
Tot in de zomer hoorden we niet veel meer van de jongens uit Antwerpen. Provo-groepen vallen en staan op. De bevolking van de westerse asfaltjungles is in twee kategorieën verdeeld: de aangepasten en de wanhopigen. En Provo werkt nu eenmaal met de laatste kate- | |
| |
gorie, die er niet altijd in slaagt zijn wanhoop te kombineren met volhardende energie.
In Brussel was intussen een groepje schrijvers rond de tijdschriften Bok en Mep door Provo geïnspireerd. Herman J. Claeys nam het initiatief tot Vlaanderens eerste Provo-blad, Revo. Het eerste nummer verscheen in april 1966. Het verwekte geen overweldigend enthousiasme, omdat het in woordgebruik, stijl en uitgave teveel een imitatie van Provo was.
Wel gaf het blad de stoot tot de oprichting van enkele plaatselijke Provo-bladen. In Gent verscheen Eindelijk, dat onder de Gentse studenten
gelezen wordt. Eindelijk is het beste van de Vlaamse Provo-bladen. Het blad introduceerde in het derde nummer het ik-waardeer-je plan, dat een voorloper van de Klaasbank is:
‘Tegenover het utilitair geld van onze maatschappij zetten wij ons anti-utilitair geld, ons waarderingsgeld dat niet door goud wordt gedekt maar door oprechte gevoelens. Zo is ons geld meer waard dan al het andere geld ter wereld’. ‘Door Eindelijk worden bankbriefjes uitgegeven zonder utilitair doel. De bedoeling ervan is de intermenselijke relaties te verbeteren.
Is iemand goed voor je geweest, heeft iemand met jou existentieel gecommuniceerd, heeft iemand je - hoe dan ook - gelukkig gemaakt, dan geef je hem zulks waarderingsbiljet en vult daarop zijn naam in. Zo krijgt dit bankbriefje voor deze persoon een zekere waarde.
Hij zal later dit bankbriefje doorgeven aan een andere persoon en schrijft dan die zijn naam achter de zijne. Het bankbriefje krijgt steeds meer waarde. Blijk van allerhoogste waardering is dus iemand een volgeschreven bankbriefje te schenken waarop zijn naam als laatste wordt geschreven.’
Het ludieke Eindelijk lanceerde in het vierde nummer het Witte-Fietsenspel, dat een soort ganzenbord is. Een soort indoktrinatieganzenbord; want wat gebeurt er bijvoorbeeld als je op vakje 33 terechtkomt?
‘33: Je hebt dienst genomen in het leger, smeerlap. Je zult er blijven tot een andere smeerlap je komt aflossen. Betaal de inzet.’
Het einddoel is vakje 60, New Babylon.
De andere Vlaamse Provo-bladen zijn: Anar (Antwerpen), Protest (Dendermonde), Bom (Aalst) en Daele (Brussel). Een Franstalige editie van Revo verscheen sinds november 1966 in Brussel. Van deze Provo-bladen werden Bom en Anar tot nu toe de eer waardig gekeurd in beslag genomen te worden. Bom wegens een zogenaamd pornografies artikel, Anar vermoedelijk wegens het vrijelijk uiten van anti-monarchistiese emoties.
Ondanks de geïsoleerde positie waarin de Vlaamse provoos zich door het vrijwel ontbreken van een linkse intelligentsia en überhaupt een linkse beweging bevindt, kwamen de straatakties in de zomer van 1966 enigszins op gang. In Antwerpen bracht Coen Kalliauw het Blote Voetenplan. De provoos liepen zonder schoenen als protest tegen:
‘1. | De verslaafde konsument |
| |
| |
2. | Onmogelijkheid tot kommunikatie (de zool belet het kontakt met de aarde) |
3. | Kreativiteitsbelemmering (engheid van de schoen).’ |
Elke zaterdagmiddag demonstreerden zij op hun blote voeten op de Groenplaats tegen de vestiging van de nato in België. Veel meer dan een incidentele arrestatie van Koen werd er niet bereikt.
Maar onder de leuze sos (‘Shape op 't Schavot’) werd de aktie in Brussel voortgezet. Op zaterdag 1 oktober 1966 vond de eerste sos-happening plaats bij de Beurs. De politie reageerde nog niet, maar de volgende week werden een tiental Brusselaars gearresteerd. Onder
hen waren ook toeschouwers, die pas zaterdagavond laat op verzoek van volksvertegenwoordiger Legrève werden vrijgelaten.
De week daarop gebeurde er in Brussel niets; de provoos waren naar Luik, waar een grote anti-militaristiese betoging gehouden werd. Verschillende Provo-groepen, waaronder een groep achter een bord ‘provo france’, namen aan de demonstratie deel.
Uit de happenings op het Brouckereplein van 22 tot 29 oktober is gebleken dat de Brusselse politie dezelfde autoritaire vrees bezielt voor het witte gevaar als de Amsterdamse. Voor de happenings begonnen gaven de zijstraten al het bekende beeld te zien van overvalwagens en wachtende politiemensen. Het in Amsterdam overbekende verhaal van charges, vuur en arrestaties hoeft niet nog eens verteld te worden. Maar om een indruk van de lachwekkende gebeurtenissen in Brussel te geven zal ik in details weergeven wat er na afloop van de happening van 22 oktober gebeurde (gegevens ontleend aan Herman J. Claeys).
Zoals afgesproken werd er gehergroepeerd op het nabijgelegen Martelarenplein. Om kwart voor zes bevond zich daar een zestigtal provoos. Enkele minuten later rukten verscheidene politiewagens aan. Toen begon een anti-autoriteitenspel, dat die hele avond voort zou duren. Omstreeks 6.15 uur werd het alarmsysteem op het Finistèreplein door provoos in werking gesteld (sos, sos!), wat een afgrendeling van de Nieuwstraat ten gevolge had. Om 6.30 uur waren enkele provoos erin geslaagd op het monument op het Brouckereplein een bord te plaatsen met een magies appeltje. Om 6.45 uur kwam de brandweer het verwijderen. Ondertussen begon op het Rogierplein de fontein te schuimen en zo over te lopen dat het hele plein met wit schuim bedekt was. De politie was niet op deze aktie voorbereid en beperkte zich tot het regelen van het verkeer. Een uur later begon Manneke Pis (Brussels provo nr. 1) schuim te pissen terwijl hij op zijn voetstuk een bord droeg met: provo Bruxelles-Brussel.
Om 7.30 uur kreeg de hoofdkommissaris van politie een telefoniese oproep namens Provo-Brussel. Hem werd gezegd dat als de gearresteerde provoos niet voor 9 uur zouden zijn vrijgelaten er precies om 9 uur op de Grote Markt een bom zou ontploffen. Vijf minuten later werd de Grote Markt afgezet door met mitraillettes gewapende politieagenten, die iedereen sommeerden door te lopen. Om 5 voor negen slaagde een groepje van zes provoos erin een kartonnen doos op de Grote Markt te plaatsen. Enkelen van hen werden vijf minuten later gearresteerd in een zijstraat. De politie beval hen de doos weg
| |
| |
te halen, maar zij weigerden. Een half uur later zijn vijf agenten aarzelend en behoedzaam de doos gaan weghalen. De doos werd op het buro gebracht terwijl de provoos er nog stonden te wachten. De kommissaris maakte de doos open: er zat stinkende rotzooi in. Hij werd woedend toen de provoos erom lachten.
De negen gearresteerde provoos werden in de loop van de volgende dag vrijgelaten.
Thom Jaspers, de veilig-verkeersmagiër uit Gouda, was een van de eersten geweest die de provolutie in Antwerpen had gebracht. Met
een arm in het gips, als gevolg van een politie-optreden, verhuisde hij begin 1966 naar Groningen en nam daar het initiatief tot de oprichting van het provoblad Scandal. Daarvoor was er in Groningen nauwelijks sprake geweest van provoos. Wel bestonden er groepjes, rond het tijdschrift Luca en de Noordelijke Anti-militaristische Jongeren Groep, die levendig met Provo sympathiseerden.
Het eerste nummer van Scandal (uitgegeven door de nvo = nv Ondermijning) werd in beslag genomen op een manier die het dubbelhartig beleid van de justitie t.a.v. provoos en studenten (Hans Tuynman - Tres) nog eens onderstreepte. In Scandal waren namelijk enkele wulpse gedichten overgenomen uit een studententijdschrift, Zwengelwerk. Deze gedichten, die wel in het studentenblad waren getolereerd, waren voor Scandal de aanleiding van de inbeslagname.
Inbeslagname is de beste stimulans voor een Provo-groep in het beginstadium. Provo in Groningen bloeide op. In de Mussengang richtten zij hun illegale Woningburo in, bedoeld als tegenhanger voor het officiële Groningse woningburo. Onbewoonbaar verklaarde woningen werden geadministreerd en aan provoos ‘toegewezen’. Tevens werd in de Mussengang de ‘Paranoia Shop’ gevestigd, dat overigens ook als ‘Paranoia Theater’ werd gebruikt.
Happenings op het Martinikerkhof waren werkelijk happenings, omdat de politie nauwelijks ingreep. Hoofdcommissaris Müller, de eerste pop-art kommissaris in Nederland, verklaarde later dat het Martinikerkhof als legale speelplaats voor provoos kon worden beschouwd. Op de schutting van het Martinikerkhof werd door Thom Jaspers en anderen het voedseloverschot van het Westen geëxhibitioneerd door er belegde broodjes op vast te spijkeren.
Toch werden bij een van deze happenings onverwachts drie provoos gearresteerd. Onder hen was Melle Siepel (‘internationaal pretmaker’ en ‘kommunikant’), die een protestbrief naar de officier van justitie stuurde. In deze brief beklaagt hij zich over het feit dat bij die gelegenheid zonder afgifte van een ontvangstbiljet al zijn kreatieve speelgoed, waaronder 2 gedichten, 5 uien (Siepel = ui in het Gronings), 1 kommunikaatsieplank en 1 rol verband in beslag genomen werd. Hij schrijft:
‘Zondagavond 24 juli, terwijl ik kreatief bezig was een van mijn gedichten op een der bomen van de voorlopig toegestane speelplaats door hoofdcommissaris Müller binnen de paaltjes op te hangen, werd dit gedicht zonder enige aanleiding door een van uw agenten van de boom (die daar staat) gegrist. Toen ik hem vertelde dat dit gedicht niet alleen voor hem, doch voor iedereen was, ging
| |
| |
hij smalend lachend heen met de opmerking: “Daar heb ik niets mee te maken, ik neem het mee naar het bureau” (waarschijnlijk het politiebureau). Toen ik daarna een duplikaat ervan aan de boom prikte (met punaises), plus de daarbij behorende collage, bestaande uit een kommunikaatsieplank met vijf opgespijkerde uien en ander communicerend goed, onder de boom New Babylon creërend met ter plaatse aanwezige stenen, waarna Hans Tuynman het verband zag en er aldus verband omheen wikkelde, kwam er weer een van uw mensen de hele zaak lomp weggrissen, zonder zich aan te kondigen; vernielde New Babylon en spoedde zich eveneens richting hoofdbureau.’
Siepel konkludeert dat deze politiemannen of bewonderaars van hem waren of de goede orde verstoorden. Hij eist zo spoedig mogelijk zijn eigendommen terug en vraagt tenslotte een onderzoek in te stellen naar de ‘raadselachtige bedoelingen van deze politiemensen’.
De Groningse provoos gebruiken dezelfde pop-art sprookjes om de gevestigde denktrant in deze samenleving te provoceren, als Robert Jasper dat doet. Zij hebben het niet zo op met Klaas, meer met de
‘moluk
De Moluk, het vriendje van de smurf en het vriendinnetje van de hoempapa, is bijna gevangen. In Heeg (Fr.) slaagde een lid van de personeelsvereniging van drukkerij Erven van der Kamp te Groningen erin de Moluk boven water te brengen. Omstanders zagen de man daarna ineenstorten en grijs worden. Hij stamelde onsamenhangende klanken. De Moluk ontsnapte inmiddels. De man heeft voortijdig pensioen gekregen en leeft geheel teruggetrokken in Sebaldeburen (Gr.). Zelden zien zijn buurtgenoten hem. Maar ze weten niet wat de man overkomen is. Hij zag de Moluk en overleefde het.’
(Uit: Scandal nr.4)
Op 3 september 1966 volbrachten de Groningse provoos een provokatie, die alle voorpaginaas gehaald had wanneer hij in Amsterdam had plaatsgevonden. Al lang hadden de provoos de bedoeling op de Martinitoren een bom te plaatsen om zodoende meer mensen in de kerk te krijgen, die dan allen hun eigen erediensten konden opvoeren door naar de bom te staren. Het thema bom, dat de Groningse provoos (die zich wel ‘Verzetsgroep Derde Wereldoorlog’ noemen) beheerste, werd door hen weer opgevat toen zij bij de nv Lichtwerk in Hoogeveen een raket kwamen aanbieden, samen met de volgende brief:
‘Meine heren,
Nadat wij al enige malen onze hoofden troosteloos bij elkaar gestoken hebben, zijn wij tot de konklusie gekomen dat wij onmaatschappelijk zijn. Na enig heen en weer gedebatteer, hadden we twee ideeën om ons toch sosjaal te engageren. Ten eerste verdienen wij geen droge boterham, dus hebben we het eerste brood bakken en ten tweede raketten bouwen. Meteen het tweede idee maar uitgevoerd.
| |
| |
Hierbij bieden wij onze eerste raket aan, in de hoop op meerdere orders. Wetende dat daar raketten gebouwd worden, deze ook gebruikt worden, willen we ook de bijbehorende bommen wel leveren. Een monstereksemplaar zullen we een dezer dagen bij een van uw opslagplaatsen bezorgen. Aan de bouw van de raket herkent u misschien enige oosterse invloeden.
Paranoiashop
Mussengang 5
Groningen’
Door een gelukkige samenloop van omstandigheden slaagden de provoos erin door te dringen tot in het hart van ‘het kruitvat van Europa’ (Drente) en een vliegtuigtank, die het vervaarlijk uiterlijk van een bom vertoonde, uit de nv Lichtwerk te ontvoeren. Later zouden de provoos voor deze daad de aanklacht ‘Diefstal van Rijkseigendom, door inklimming in groepsverband’ tegen zich krijgen. De pseudobom werd in een open volkswagenbusje vervoerd en omdat het allemaal niet zo best paste, kon het niet anders of er moest aan de achterkant nog bijna de helft uitsteken.
De vliegtuigtank leek zoveel op een reuzenbom, dat de winkelende Groningers in paniek uiteenstoven toen de provoos de bom door de straten droegen. De suggestie dat de provoos nu werkelijk helemaal krankzinnig geworden waren, werd nog versterkt doordat de provoos luidkeels aftelden: ‘10, 9, 8...’ enz., gevolgd door een luide knal. Door het branden van wierookstokjes leek het inderdaad alsof de bom op ontploffen stond. Zelfs de politie durfde aanvankelijk niet te naderen. Pas op de Herebrug ging de politie tot inbeslagname over. Een jeep met een laadbak en een ziekenauto moesten eraan te pas komen. Omdat de bom, volgens zeggen van de provoos, ‘van Johnson’ was, werd geen van de provoos gearresteerd.
Om de geslaagde demonstratie tegen de opslag van munitie in Drente te vieren trokken de provoos daarop naar het dorpje Nieuw-Balinge. Daar had de Amsterdamse provo en ex-Bastaard Joop Dielemans zich in een boerderijtje gevestigd. In Het Vrije Volk vertelt de vrouw van Joop, Magda, de ongelukkige afloop van het feest:
‘Om half tien zag men aan de overkant van de weg een overvalwagen rijden. Tien agenten met zaklantaarns kwamen op de boerderij af. Op de vraag of zij beschikten over een arrestatiebevel dan wel over een bevel tot huiszoeking kwam geen antwoord. Het was de politie te doen om Joop D. Thom J. zei dat de huisbewoner niet aanwezig was.
Nadat de agenten in de keuken waren toegelaten verplaatste het gesprek zich naar buiten. Daar klonk opeens het bevel: ‘Nou jongens, pak ze.’ Thom J. en Siep P. werden met vijf anderen afgevoerd.
Enige tijd later drongen twee agenten ongevraagd en zonder arrestatiebevel de woning binnen en namen uit de keuken één van de bezoekers mee. Een langharige jongen werd onder het motto: ‘We moeten alleen jongens hebben,’ verbijsterd achtergelaten. Intussen zat Joop D. niet zonder angst in de slaapkamer van zijn
| |
| |
woning opgesloten. Volgens Magda kon hij het daar niet langer uithouden van angst. Hij stak een lampionnetje aan en werd van buiten door een agent herkend.
Toen werd er op de deur gebonsd. ‘Maak open.’ Het antwoord dat van binnenuit kwam was: ‘U heeft geen arrestatiebevel.’
Daarna sloeg men de ruiten van de deur in en verschafte zich toegang tot de woning. Met drie man sterk haastte men zich naar de slaapkamer waar zij door Joop D. werden begroet met de woorden: ‘Hallo, ga zitten.’ Inmiddels had dit grootse politie-optreden (tien agenten waren met twee overvalwagens vijf uren in aktie geweest) indruk gemaakt in Nieuw-Balinge. Onder aanvoering van de huisbaas van Joop Dielemans wapende de bevolking zich en ging over tot een volksgericht. De dorpelingen kwamen met stalen buizen en messen en gingen daarmee de Groninger verzetslieden te lijf, schoppend en trappend. Ook meisjes werden afgebeuld, een ervan werd zelfs met een klomp op een geheime plaats tussen haar benen geschopt.
De reaktie van het gezag was weer verbluffend. Mr. C.J. van Ollenbeel, officier van justitie in Assen, gaf als kommentaar op deze uitbarsting van het ‘gesundes Volksempfinden’:
‘Als de bevolking van Nieuw-Balinge inderdaad heeft “gedemonstreerd” tegen de aanwezigheid van provoos in het dorp, dan vind ik dat een gezonde reaktie. In Amsterdam wacht men al jaren op een dergelijke reaktie.’
Joop Dielemans, Thom Jaspers en Siep Postema werden drie maanden in Assen gevangen gehouden. Bovendien werd Dielemans na afloop van deze periode in Veenhuizen te werk gesteld en Thom Jaspers nog tot een straf van twintig dagen gedwongen, die hij in Rotterdam had opgelopen.
In Rotterdam begonnen de provokaties in november 1965. In verschillende cafés die door het provotariaat bezocht worden (Frida, Miramar, Oom Tom) hingen affiches om de happening aan te kondigen. Op de beurstrappen kwam men (zoals gewoonlijk) samen en vandaar trok men naar de christelijke gemeente Alblasserdam. Bij elkaar zo'n 250 provoos. In het centrum van het dorpje begon Waldo van Dreven, gehuld in een geel plastic gewaad, in het rond te dansen. Centen werden rondgestrooid om de geldlustigen te helpen: ‘Voor mensen die van geld houden!’ Enkele omstanders begonnen tot groot vermaak van de provoos te rapen; de eerste happening was geslaagd.
Thom Jaspers had al eerder in Rotterdam een incidentele aktie gevoerd tegen het huwelijk van Beatrix. In mei 1966 nam hij weer deel bij de inmiddels op gang gekomen happenings rond het beeldje van de gnothond Fikkie. Na een van de happenings werd hij al de volgende zondag tot twintig dagen gevangenisstraf veroordeeld wegens het witkalken van Fikkie.
Dit ‘snelrecht’ was de belangrijkste Rotterdamse variatie op het Amsterdamse happening-patroon. In het algemeen kregen de verdachten nauwelijks de kans een advocaat te krijgen die hen behoor- | |
| |
lijk kon verdedigen. De Rotterdamse kantonrechter, mr. Van de Brug, pakte de provoos nogal totalitair aan. Volgens Het Vrije Volk zei hij tijdens een van zijn zittingen tegen een negentienjarige jongen, die niet doorgelopen was:
‘U zegt student te zijn. Wel, studeer dan en houd u bij uw leest, want u bent nog te jong om iets van politiek te begrijpen.’
Omdat de opgelegde straffen onmiddellijk ingingen was hoger beroep met kans op sukses uitgesloten. De Rotterdamse provo-happenings bezweken, waarschijnlijk wel als gevolg van deze drastiese
aanpak. Maar de liefde van de Rotterdamse provoos tegenover de overheid is er sindsdien niet inniger op geworden.
Het blad van de Rotterdamse provoos heet Desperado. Men is het met Provo in Amsterdam niet helemaal eens. Ric Bloc schijft in Desperado nr. 4:
‘In de laatste stad is Provo een politieke partij geworden waarmee Provo, gebruikmakend van de wapens van zijn tegenstander, zijn eigen zaak onnoemelijk heeft verzwakt immers het heeft met de politieke hulpmiddelen in mindere of meerdere mate een konsessie aan de bestaande maatschappij gedaan en dat is in principe onvergeeflijk. Een provo, in ideaal een bewust levend persoon, die de huidige maatschappij aan een kritiek onderwerpt en zelf op anarchistiese wijze aanvalt, verzwakt zijn eigen zaak, zijn eigen overtuiging op ontzaglijke wijze als hij op serieuze wijze de middelen van zijn tegenstander gaat gebruiken want dan erkent hij die middelen in zekere zin en konsessioneert zich en elke konsessie is een sluipende moordenaar in de overtuigingen en het leven van de provo.’
Desperado verwijt ons dus vooral onze deelname aan de gemeenteraad. Daarentegen doet het blad zelf wel konsessies aan de mislijk makende middenstand door een advertentie op te nemen van een konfektiezaak... Sommige Rotterdamse provoos konden zich met Desperado niet verenigen en voegden een nieuw blaadje aan de rijke kollektie Provo-lektuur toe: Nieuwe generaatsie.
Den Haag.
In Den Haag ontstond op soortgelijke wijze een Provo-groep. Twee animators (Ton Venselaar en Hans Tuynman) werden door Provo in Amsterdam geïnspireerd tot aktie.
Pas in de zomer van 1966 kwamen regelmatig aktiviteiten los. Samen met pacifistiese jongeren werden elke twee weken op zaterdagmiddag demonstraties bij de Amerikaanse ambassade tegen de oorlog in Vietnam gehouden. Hierbij vielen de eerste arrestaties i.v.m. de kreet: ‘Johnson moordenaar’. De eerste die om deze overtreding veroordeeld werd kreeg ƒ 200,- boete en twee weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. In Amsterdam kregen ‘Johnson moordenaar’-roepers tien dagen hechtenis.
Na Prinsjesdag 1965 was de meest suksesvolle happening van het Haagse provotariaat die tegen Zwolsman en diens uitbuiting van het Scheveningse strand. De ems liet het publiek een kwartje entreegeld betalen voor het strand. Met de leuze: ‘Oom Dagobert, mag ik mijn
| |
| |
Christi Baas en Kasper Schuckink-Kool, Haagse provo's, demonstreren tegen de bombardementen in Vietnam.
strand terug? De Neefjes’ werd er gedemonstreerd. Bovendien werden door de provoos schilderijtjes aan de Scheveningse bevolking uitgedeeld om de kunst onder het volk te brengen.
Natuurlijk kon de politie het niet laten en arresteerde de schilderijtjes-uitdelers. Toen bij het buro tegen deze arrestaties werd gedemonstreerd vonden woeste charges plaats. Mede door het politie-optreden haalde de aktie de volgende maandag ruimschoots de pers en vrijdag 29 juli maakte Zwolsman bekend dat het strand voortaan weer gratis toegankelijk zou zijn.
Het Haagse provotariaat komt elk jaar op de derde dinsdag in september in de vererende situatie gekonfronteerd te worden met de meest protserige, verspillende en overbodige uiting van monarchisme. In 1966 werd er in samenwerking met Amsterdamse provoos alles uitgehaald wat erin zit. De fotoos van de rookbommen en van de gearresteerde rookbommengooiers haalden de voorpaginaas van de Europese dagbladen. Terwijl de Troonrede sprak over een jeugdprobleem zonder te beseffen dat we in Nederland alleen maar met een klootjesvolkprobleem te kampen hebben, beheersten rellen het centrum van Den Haag tot in de avond toe. Massale arrestaties en molestaties van de kant van de politie tegenover provoos en persmensen. Pamfletten met een overdruk uit het eerste nummer van God, Nederland en Oranje, waarop Juliana afgebeeld staat als een hoer voor het
| |
| |
raam, waarop een prijskaart: ƒ 5 200 000,- (haar voorgestelde nieuwe salaris).
Op Prinsjesdag openbaarde zich voor het eerst het verschijnsel van ‘The Harpers’. Dit is een gang van jongens die met messenvechten trachten zich van dezelfde energie te ontdoen als wij met provoceren. Aangezien onze Haagse kameraden er niet in slaagden deze jongens duidelijk te maken dat deze agressieve energie gesublimeerd moet worden in geraffineerde aanvallen op dit maatschappelijk systeem en bovendien omdat zij jaloers waren op de publiciteit die de provoos kregen, richtte hun agressie zich vanaf Prinsjesdag op de provoos.
Aan de kant van de politie, die deze hulp dankbaar aanvaardde, trokken zij er met hun stilettoos op los.
Later hebben The Harpers zelfs een overval gedaan op het Provohoofdkwartier in de Westerbaenstraat, waarbij zij zo'n grote schade aanrichtten, dat het huis moest worden opgegeven. Bekende Haagse provoos kunnen op dat moment niet ongewapend door Den Haag wandelen zonder veilig te zijn tegen aanslagen van Harpers. Sommige provoos lopen met grote zwaarden onder hun jassen. Rekening houdend met het feit dat Harpers al verschillende moorden op hun rekening hebben zou geweldloosheid in dit geval een fatale taktiek zijn.
Op Prinsjesdag was het eerste nummer van het Haagse provoblad Lynx verschenen. Het tweede nummer van het blad kreeg de onderscheiding die Provo-bladen kenmerkt: inbeslagname, met stencilmachine en al. Aanleiding was een artikel: ‘Bernard Bilderberg of De Wolf in Schaapskleren’, waarin duidelijk aangetoond wordt dat de Bilderberg-konferenties wel degelijk politieke betekenis hebben en dat prins Bernhard als voorzitter van deze konferenties, in weerwil van alle sprookjes als zou het koningshuis geen reële politieke macht zijn, dus een belangrijke politieke rol speelt. Dit kon worden aangetoond doordat Haagse provoos een vertrouwelijk rapport (‘not for publication either in whole or in part’) over deze konferenties in handen gespeeld kregen.
De meest kreatieve Provo-groep buiten Amsterdam wordt gevormd door de Maastrichtse provoos van het tijdschrift Ontbijt op bed. In het oerkonservatieve Limburg lijkt deze beweging (die zich ‘luuksbeweging’ noemt) de eerste werkelijk linkse stroming te zijn die aanhang krijgt. Een originele stroming, omdat hun provocisme ook geen letterlijke kopie is van het Amsterdamse (andere groepen lijden daar wel aan). Typerend voor het verschil met Amsterdam is dat zij in tegenstelling tot onze recepten voor de ‘praktische anarchist’ hun Witte Whambom hebben gelanceerd.
Deze luuksbom is een bijzonder lieve bom, zoals de luuksbeweging met recht een lieve revolutionaire beweging genoemd kan worden. De provoos in Maastricht gaan ervan uit dat harde provokaties in Limburg een afschuwelijke fascistiese reaktie zouden oproepen, die alle aarzelende linkse pogingen zou wegvagen.
Een kenmerkende lieve provokatie is het luukspak. Het luukspak is kleding die uit afzonderlijke onderdelen zoals broekspijpen (in verschillende kleuren) bestaat die aan elkaar geritst kunnen worden. Het
| |
| |
luukspak heeft een tweeledige bedoeling: provokatie van de mislijk makende middenstand door goedkope en verantwoorde produktie en provoganda door overdracht van het luuksgevoel op de drager van het luukspak.
Nog een ander sympathiek verschil bestaat er tussen de Maastrichtse en de Amsterdamse provoos. Lanseren wij het ene ‘imaazje’ van een ‘Provo-leider’ na het andere, zij werken zoveel mogelijk anoniem, zodat alle ruzies en rancunes die het gevolg zijn van een publisiteitskultus rond één persoon vermeden worden.
Behalve de luuksbeweging bestaat er een meer ‘orthodokse’ groep provoos in Maastricht, rond Jan Molin, die happenings rond de
Maastrichter Gels begonnen (april 1966). De happenings werden door de kranten niet als nieuws beschouwd, omdat de politie met de plaatselijke pers afgesproken had dat zij geen publisiteit aan de happenings zouden geven. Het einde van de happenings kwam toen de Maastrichtse politie het beeldje van zijn sokkel haalde en opborg.
Sinds september verscheen er in Maastricht een tweede Provo-blad, dat toevallig evenals het Haagse Provo-blad Lynx heet en meer dan Ontbijt op bed op politiek georiënteerd is.
Ik kan niet alle Provo-groepen buiten Amsterdam bespreken. Ik kan alleen memoreren dat er groepen zijn in Utrecht (tijdschrift: Volte), Leeuwarden (Por), Vaals (Kejje nagaan), Amersfoort, Leiden, Dordrecht, enz. In het buitenland is de omvang van de provolutie nog beperkt tot groepjes in Stockholm (Skyt), Londen, Manchester, Oxford, Parijs, Milaan, Praag (massa-arrestaties en zware straffen), New York, Chicago en Philadelphia.
Op 12 november 1966 kwam het eerste internationale provotariese konsilie bijeen in het Europahuis in Maastricht. Provoos uit verschillende landen kwamen er bijeen. Wij beschouwden het als de formele afsluiting van het tijdperk van het proletariese socialisme in West-Europa.
Robert Jasper schreeuwde er zijn wanhoop uit, ik liet, om de ondergang van de westerse beschaving te herdenken voordat dat niet meer mogelijk zal zijn, een minuut stilte houden en de Maastrichtse provoos spraken hun hoop over de komende kollektieve kreativiteit uit en benadrukten dat Provo zich zal moeten vernieuwen door zijn eigen imaazje te vermoorden. En dat typeerde de Provo-beweging: wij balanseren van het ene moment op het andere tussen hoop en wanhoop.
1 november 1966
| |
| |
| |
Kontra-provokaties en kommentaren
Hun aktiviteit komt eigenlijk neer op een vorm van kwerulantie, van epateren van de autoriteiten. Anders dan de jongere provo's, die bij deelname aan provokaties wat meer lawaai trachten te maken en hun jonge energie proberen kwijt te raken, wekken hun leiders de indruk dat zij een bepaald politiek spel spelen, om er in de ogen der omstaanders, en tegelijkertijd in die van zichzelf, uit te zien als de slachtoffers van de bestaande orde, mensen van betekenis, niet van het doorsneetype, mensen die boven de heersende toestanden staan. Vandaar dat hun optreden, of, zoals zij het noemen, hun provokaties soms neerkomen op zinloze, door futiele aanleidingen ontstane schermutselingen met de politie.
Zij zijn zoals vele jonge mensen in verschillende landen van de wereld, fel gekant tegen pogingen om het fascisme te doen herleven, pogingen om de geest van het militarisme te steunen, om datgene te vergeten wat de mensen in de jaren van de fascistische bezetting doorstaan hebben.
En wanneer de provo's protesteren tegen het feit dat de Nederlandse regering het met de Duitse Bondsrepubliek op een akkoordje gooit, wanneer zij optreden tegen het fascistisch regime in Portugal, beëindiging eisen van de oorlog in Vietnam, zich opwinden over het feit dat men het loon van de bouwvakkers in hun land wil verlagen en uit solidariteit deelnemen aan hun sit-down-staking, dan geven zij uitdrukking aan stemmingen die leven onder brede lagen van het Nederlandse volk.
Dat was juist hetgeen ons ertoe dreef te vertellen over de Nederlandse provo's.
E.Z. Zjoekowskaja, in: Konsomolskaja Prawda, 30 juli 1966
La crise est effectivement venue à Amsterdam. Les provos ont forcé les autorités à se manifester sous leur vrai visage, d'un côté les flics, les souteneurs, les partis politiques et les bonzes syndicaux, de l'autre les anarchistes, les blousons noirs, les travailleurs las des bureaucraties syndicales. D'un côté les représentants de l'ordre, de l'autre les éléments incontrôlés c'est-à-dire ceux qui refusant de se plier au contrôle et au dirigisme de tout état-major qu'il soit politique, religieux ou syndical, coupent ainsi tous les ponts entre eux et la bourgeoisie,
| |
| |
qui ne peut alors désamorcer leurs luttes par des tractations entre états-majors.
Camarades d'Amsterdam, votre appel a été entendu en Angleterre, en Belgique, en France et partout, la crise des autorités provoquées répondra à Paris ou ailleurs à votre action.
Uit: Le Monde Libertaire, juli-augustus 1966
Nu de uitzending van provo's buiten de stad niet aan de verwachtingen heeft beantwoord, zou het wellicht aanbeveling verdienen hen voortaan tijdelijk onderdak te verschaffen op het eilandje in de voormalige Zuiderzee, nl. Pampus.
De mannelijke provo's met hun bewierookte helden zouden daar b.v. een of meerdere dagen zonder voedsel kunnen worden gedeponeerd onder bewaking om uitwijking naar de kust te voorkomen.
H. Landstra (ingezonden stuk in Het Parool)
| |
| |
| |
uit Provo nr. 10
Federatie Benelux
De Provo-beweging hoeft wat betreft het bereiken van direkte resultaten in het Pop-art landje Nederland bepaald niet desperaat te zijn. Met de steun van een invloedrijke intelligentsia achter ons zijn we er binnen een jaar in geslaagd het nu bekende imaazje te scheppen van een nieuwe opstandige generatie, ruim 13 000 kiezers in Amsterdam voor ons te winnen en een blad uit te geven met een nog grotere oplage.
Natuurlijk, de oorlog in Vietnam kunnen we niet beïnvloeden, laat staan doen ophouden en daarom blijft er voor wanhoop t.a.v. de werkelijk belangrijke internationale politiek alle reden. Maar eerst recht desperaat is het Belgiese provotariaat eraan toe, dat zelfs tegenover de binnenlandse politiek verkeert in de positie van een gevangene tussen twee ijzeren tangen.
De ene tang is het unitaire koninkrijk België met zijn rijkswacht, zijn NATO en zijn kapitalisme en de andere is de federalistiese oppositie met zijn knokploegen en zijn dreigend fascisme.
| |
Het unitaire België
Op dit moment wordt België geregeerd door een klootjesvolksfront van katholieken (CVP) en liberalen (PVV). Deze wankele regering probeert nu zijn oppositie te versterken door NATO-hoofdkwartieren in België te installeren, zonder voorafgaande raadpleging van de bevolking. En dat op een zeer achterbakse manier! Terwijl de minister op parlementaire vragen over de vestiging van vreemde bases in België antwoordde, dat hem daarvan niets bekend is, kon REVO (Brussels PROVO-blad) al een hele lijst publiseren van NATO-bases in België met hun preciese aardrijkskundige ligging. Daarnaast berekende REVO dat de nu zeer waarschijnlijke overbrenging van de SHAPE (administratief hoofdkwartier van de NATO) naar de omgeving van Brussel uit Frankrijk België bijna 2 miljard en 4 honderd miljoen frank gaat kosten.
Zelfs rechtse partijen opponeren tegen deze politiek. De NATO is niet het enige paardemiddel waarmee de Belgiese staat zich in stand tracht te houden. Haar andere toeverlaat is de Rijkswacht, een gruwelijk stelletje patsers, dat berucht van de moorden in Zwartberg is. Onder de titel ‘Matrakkesabat’ organiseerden de Antwerpse provoos in een dubieuze samenwerking met de Volksunie een fototentoonstelling over matrakkerende (d.w.z. knuppelende) Rijkswacht.
Dat de huidige klootjesvolksfront-regering in de komende herfst zijn nek zal breken staat al vast. De kwestie-Leuven, waarmee de taalstrijd, zal dan vernietigend losbranden. De Vlaamse studenten willen de Universiteit van Leuven splitsen in een Vlaamstalige en Franstalige, welke laatste ergens in Wallonië geplaatst zou moeten worden. Regering en parlement willen dat niet, zoals blijkt uit het afketsen van een voorstel tot in overwegingneming van het plan-Verroken, dat splitsing van de Universiteit inhoudt.
| |
De taalstrijd
Het centrale politieke probleem in België. De taalstrijd doet zelfs het hart van de minst geïnteresseerde Belg opgewonden kloppen. Vooral de Vlamingen zijn gebeten op de zgn. Franskiljons, Franssprekende Vlamingen.
Voor wie enigszins internationaal denkt doet deze taalstrijd nogal kleinzielig aan, doch in Vlaanderen is de taalhaat zeker te verklaren uit het feit, dat de heersende klassen, de kerk en de geldwereld, hier altijd Frans spraken. Daardoor werd de klassentegenstelling van bezitters en nietbezitters nog gemarkeerd. Rosa Luxemburg schijnt eens tijdens een bezoek aan de Vlaamse socialist Anseel te hebben gezegd: ‘De Vlaamse proletariërs zijn de enige proletariërs die hun tegenstanders aan hun taal al herkennen kunnen.’ Hoe het zij, sympathiek of antipathiek, deze taalstrijd zal in de komende jaren het Belgiese politieke en kulturele leven als belangrijkste faktor beïnvloeden. Des te lulliger dat de taalstrijd in Vlaanderen geclaimd is door rechtse krachten, die in de meest kwaadaardige schakeringen floreren. De gevaarlijkste rechtse partij is de Volksunie, die in grootte nog de derde partij is na de
| |
| |
CVP en de BSP, maar ongetwijfeld het meest militant en het populairst bij de jeugd. Een enquête wees uit, dat 70% der 13/14-jarige Vlamingen op de Volksunie zouden stemmen.
| |
Federalisme
De Volksunie heeft officieel geen ideologie en haar enige direkte doel is een federaal België.
Er zou een taalgrens moeten komen, Vlaanderen en Wallonië zouden autonoom moeten zijn en Brussel, als enige neutrale en tweetalige stad, zou een unitaire regering met zeer beperkte bevoegdheden moeten huisvesten. In theorie is dit zeker een aanvaardbaar program, maar men vreest dat de uitvoering hiervan slechts een stap op weg zou zijn naar een Vlaams separatisme, waardoor de anachronistiese situatie van twee elkaar bekiftende zelfstandige staatjes zou ontstaan. Bovendien loopt Vlaanderen dan de kans ook uit verzet tegen het linkse Wallonië, in een semi-fascistiese diktatuur terecht te komen.
Nu zijn de extreem-rechtse krachten in Vlaanderen al zo sterk, dat een Volksunie-senator in de kamer rustig kon zeggen, dat er in de laatste wereldoorlog niet genoeg joden vermoord zijn. De linkse en provo-minded schrijver Weverbergh kondigde al aan in geval van federalisme te moeten evacueren!
Tegenover deze sombere vooruitzichten staat de mening van de Antwerpse Provoos, dat als men de door taalhaat gefrustreerde Vlamingen bevredigt door de realisatie van het federalisme, bij hen een demokratiese gezindheid zal groeien. Jammer genoeg heeft de geschiedenis geleerd dat het doen van konsessies aan gefrustreerden wel eens een averechts effekt heeft - maar belangrijker lijkt mij het argument dat er in de Volksunie een demokratiese stroming is. Onder invloed zowel van interne als van externe demokratiese invloeden kan een aan de macht gekomen Volksunie zijn extreem-rechts karakter verliezen.
| |
Het Belgiese provotariaat
Het Vlaamse provotariaat is kwantitatief nog gering. Beatniks zijn er bijna alleen rond de Antwerpse cafés ‘Paddock’ en de ‘Muze’. Van de studenten tonen alleen de Gentse belangstelling voor Provo. De rest van de jeugd is nog apathies en het zal voor de provo-beweginkjes in Antwerpen, Brussel en Gent moeilijk zijn haar werkelijk te emanciperen. Het belangrijkste wat de Vlaamse Provoos tot nu toe hebben gedaan is de uitgave van een aantal tijdschriften: Anar, Revo, Eindeijk, Bom en Daele. Ook in Luik zal binnenkort een Franstalig Provo-blad uitgegeven worden. In Antwerpen worden elke zaterdagmiddag happenings gehouden, die in het teken van het protest tegen de NAVO-vestiging in België staan. Ook het Blote Voeten-plan is hier geïntroduceerd.
Dat laatste is een protest tegen:
1 | Verslaafde konsument. |
2 | Onmogelijkheid tot kommunikatie (de zool belet het kontakt met de aarde). |
3 | Kreativiteitsbelemmering (engheid in de schoen). |
De deplorabele positie van dit zichzelf ontdekkend provotariaat wordt nog benadrukt door het vrijwel ontbreken van een linkse beweging, en een bijna volledige absentie van wat wel kultuur genoemd wordt. De oplage bijvoorbeeld van het bekende en uitstekende tijdschrift MEP is nooit meer dan 400.
Hugo Claus verkocht in Vlaanderen in een jaar 400 boeken, terwijl Gust Gils het formidabele getal van 3 haalde.
Misschien is het prettiger als een roepende in de woestijn te zijn dan als een provo te midden van een Vlaams conglomeraat van verslaafde konsumenten met nationalistiese sentimenten.
| |
Unitairisme of federalisme?
De Vlaamse Provoos moeten kiezen. Zonder een duidelijk standpunt te bepalen tegenover de kwestie federalisme-unitairisme kunnen zij onmogelijk invloed krijgen.
Theoreties is de keuze makkelijk. Federalisme leidt tot grotere autonomie van de onderdelen en is dus een stap op weg naar de anarchistiese maatschappij, die immers een federatie van zo autonoom mogelijke gemeenschappen is. In het verleden konden de anarchisten dan ook makkelijk aansluiten bij separatistiese gevoelens, die in streken als Catalonië en Friesland bestonden. In Vlaanderen echter moet de vrees voor een federaal maar rechts-diktatoriaal regiem de anarchistiese Provoos weerhouden van een klakkeloze verdediging van het federalisme. Terecht schrijft daarom Koen Calliauw in het blad van het Antwerpse provotariaat ANAR, dat hij het federalisme wel verdedigen wil maar:
‘Wij moeten echter nu reeds ten zeerste op onze hoede zijn voor elementen die integendeel gebruik zouden maken van een splitsing en vernietiging van de Belgiese staat om met een bepaalde kleine groep een diktatoriale macht te vestigen. Ook onze akties voor federalisme moeten daarom doordrongen zijn van onze anarchistiese principes.’
| |
| |
| |
Witte Benelux
Hoe kan nu het Vlaamse provotariaat het federalisme verdedigen zonder de Volksunie in de kaart te spelen door de aktie voor federalisme te doordringen van anarchistiese principes?
Door de strijd voor federalisme in het kader van een anarchisties Wit Plan te plaatsen.
In het kader van een strijd voor een WITTE BENELUX, die een federatie is van een aantal autonome gemeenschappen. Deze autonome gemeenschappen kunnen zijn: Vlaanderen, Wallonië, Luxemburg, het gebied tussen de grote rivieren en de (voormalige) Belgiese grens, de Randstad Holland en het noordoosten van (het voormalige) Nederland.
Deze gemeenschappen zouden organisatories d.m.v. een Streekraad kunnen funksioneren die echter strikt verantwoording schuldig moet zijn aan de Gemeentes (met hun gemeenteraden) waaruit de verschillende gemeenschappen bestaan. Als algemeen koördinatiecentrum kan een Benelux-raad optreden, die op zijn beurt strikt gekontroleerd moet worden, door Streek- en Gemeenteraden.
Vertegenwoordigers in deze drie types van raden mogen niet langer zitting hebben dan 2 jaar en moeten een nauw kontakt met hun kiezers onderhouden. Zelfs onder de huidige kapitalistiese ekonomie zou deze organisatievorm een stap nader zijn tot de optimale demokratie, d.w.z. tot de anarchie. Kunstmatige vormen als de naties België, Nederland en Luxemburg konden worden opgeheven. Kunstmatige organisatievormen als parlementen en Provinciale Staten konden worden ontbonden.
| |
Reformisme & provocisme
Men kan mij aanvallen en zeggen dat dit een reformisties plan is, in flagrante tegenstelling met de revolutionaire houding van de provoos. Dat is het ook en ik geef toe dat uitvoering van dit plan de kapitalistiese maatschappij alleen maar wat meer bewoonbaar maken zal, zonder de revolutie te verhaasten. Maar moeten wij, zoals de anarchisten rond Domela Nieuwenhuis, elke verbetering bestrijden om te spekuleren op een zo grote ontevredenheid, dat zij tot revolutie leiden zal? Dat was toen een twijfelachtige taktiek en is nu een volkomen hopeloze taktiek. Zou er nu een strijd voor een 8-urige werkdag gevoerd moeten worden, dan zouden wij ons er in tegenstelling tot de vooroorlogse anarchisten achter moeten zetten.
Onze taktiek moet een mengeling van reformisme en provocisme zijn. Positief en negatief ageren, maar in beide extreem. Aan de ene kant moeten wij door reformistiese Witte plannen laten zien hoe de maatschappij zou kunnen zijn, aan de andere kant moeten we door provokaatsies laten zien hoe de maatschappij in werkelijkheid is.
Vandaar dat ik de Vlaamse provoos voorstel het plan voor een Benelux-federatie nader uit te werken en te propageren.
Roel van Duyn
| |
Vreet meer suiker
Het zou de Provoos dunkt mij sieren als er uit hun midden behalve een anti-rookmagiër en een anti-automagiër ook nog een anti-suikermagiër opstond. Immers wat tabak is voor volwassenen - dat is suiker voor kinderen: hun tanden worden er rot van. Kreten als het ‘suiker-etend klootjesvolk’ of het klootjesvolk dat zijn kinderen niet met liefde opvoedt maar met suiker zoethoudt zouden in dit verband op hun plaats zijn. Evenals er een arts is, die een moedige eenmansstrijd tegen de tabaksconcerns voert (L. Meinsma) zo is er ook een arts die een eenmansgevecht tegen de suikerfabrieken en de suikerverwerkende industie voert: H. Egyedi. Zijn boekje Gaaf houden stuur ik hierbij, als aanwinst voor de Provo-bibliotheek. De suikerkwestie verdient juist dit jaar nog iets meer aandacht dan gewoonlijk, omdat een der direkteuren van de Centrale Suiker Maatschappij onlangs - bij de opening van een nieuwe suikersilo te Hoogkerk - heeft verteld, dat de CSM dit jaar suikeroverschotten verwacht, en weinig zin heeft die te gaan exporteren, omdat de wereldmarktprijs lager ligt dan de binnenlandse prijs. Men zal daarom proberen die overschotten door Nederlanders te doen opeten door middel van een reklamekampagne, waarin men voor geen leugens zal terugschrikken: één motief zal zijn dat
| |
| |
suiker niet dik maakt, een tweede dat suiker niet slecht is voor het gebit.
Dingen zoals: dat sigaretten een heel belangrijke faktor zijn bij de veroorzaking van bronchitis, hartziekten en longkanker, of: dat veel suiker naar binnen krijgen, speciaal tussen je nulde en tiende jaar, een belangrijke faktor is bij de veroorzaking van tandcariës, zijn eigenlijk nooit met wiskundige exaktheid te bewijzen. Maar wat wel kán, is dat een groep mensen een reeks argumenten verzamelt, die samen zo sterk spreken, dat elk verstandig mens die ze voorgeschoteld krijgt reageert met een: ‘Nu, wat mij betreft, mij overtuigt dit in ieder geval.’ Dr. Egyedi heeft mij overtuigd, en zijn boekje heb ik aan heel wat vriendinnen toegestopt. Niemand voelt ervoor zijn tweede kind met een heel ander dieet groot te brengen als het eerste - het lijkt dan net of je een gemaakte fout heb toegegeven - vandaar dat ik alleen effekt had bij haar die het eerste kind net hadden gekregen of nog moesten krijgen. En inderdaad: terwijl bij heel wat 2½-jarige stakkers reeds onderdelen van het lichaam moeten worden vervangen door een kwikhoudende metaallegering, zijn de tanden van bijvoorbeeld Gertje V. nog puntgaaf gebleven. Nu is natuurlijk helemaal niet bewezen, dat dat er ook maar enigszins mee samenhangt, dat zijn moeder het boekje Gaaf houden destijds met zoveel aandacht heeft gelezen en het kind tegen suiker heeft beschermd, maar dit te geloven is toch het goed recht van
H. Ocus
Gaaf houden door dr. H. Egyedi. Prijs ƒ1,95.
| |
Gedichten uit het huis van bewaring
| |
Gevangenis erotiek
de Officier van Justitie versierde
terwijl hij poëties trachtte
van het Wetboek van strafvordering
hij was net begonnen met 63
maar bij 64 vergat hij z'n wetboek
het was een zeer bevredigende droom.
(Deze en andere gedichten van Hans Tuynman verschijnen binnenkort gebundeld bij de anarchistiese uitgeverij De parel van de Jordaan. Te bestellen à ƒ 2,50 bij Postbus 1602 o.v.v. Gedichten.)
| |
Rechtspraak
Opmerking: de bedoeling van dit artikeltje is niet zozeer om een theoretiese beschouwing te geven van het al dan niet goed funktioneren van de Nederlandse wetgeving en rechtsspraak. Een ieder weet voor zichzelf toch al zo'n beetje hoe korrupt die is. Wat wél de bedoeling is: de Nederlandse justitie heeft diverse provoos (fassistoïde) voorwaarden opgelegd, waaraan zij zich gedurende een half jaar zouden moeten houden. Deze voorwaarde reikt zó ver en is zó vaag, dat de justitie iedere manifestatie van provo de grond in wil boren door met de voorwaarde aan te komen dragen ‘dat dit wel eens een handeling zou kunnen zijn die de openbare orde verstoort en die een strafbaar feit oplevert’.
Vandaar dat sommige provoos nu genoodzaakt zijn om in de illegaliteit te duiken om vandaar uit de bestaande orde (wan)orde te provoceren. Dat dit vaak veel grotere mogelijkheden schept heeft de justitie blijkbaar niet begrepen. Wat nu de zaak is van ‘provo-onder-voorwaarde’, straataktiviteiten hier in Amsterdam en elders te stimuleren.
| |
| |
| |
Happeningpromotors
Provoos onder voorwaarde zouden zich nu happeningpromotor of protesthappenaar moeten noemen.
Overal in Nederland ligt provotariese grond nog braak en die kan en moet ontgonnen worden.
Hoofdzaak is dat men het land afreist en in gezamenlijk overleg met plaatselijke provoos de mogelijkheden bekijkt die zo'n stad biedt om tot werkelijk gerichte provokatie te komen. Men wekt namenlijk veel sympathie als men eerst de plaatselijke wantoestanden aan de kaak stelt. Een sympathiserend front op de achtergrond is beslist noodzakelijk voor het verdere optreden en voor de kommunikatie. Het sympathiserend front bepaalt ook veelal het optreden van de tegenstander - dit is in eerste instantie meestal de politie.
De Nederlandse wetgeving tracht nu op nationaal niveau het provotariaat uit te schakelen, door tegen happeners en andere bewust rebellerende jongeren straffen uit te vaardigen die in volmaakte (wan)verhouding staan tot de gepleegde ‘strafbare’ feiten.
Men spiegelt zich hierbij voornamelijk aan Amsterdam, uit angst dat dezelfde ‘ordeverstoringen’ in de toekomst ook wel eens in hún stad kunnen voorkomen. Hieruit blijkt tevens, dat recht geen recht is, niet bestaat, maar uitsluitend een angstpsychose voor aantasting van hún gevestigde moraal- en normenwereld. Dat dit gepaard gaat met materiële uitbuitingen, schept ongelijkheid - en ongelijkheid is welhaast het grootste bestaansrecht van hun manifestatie. Recht is daarom in iedere autoritair georganiseerde samenleving structureel gebaseerd op de materiële ongelijkheid, ‘zuerst kommt das Fressen, und dann die Moral’, een farce.
| |
Andere samenleving
Daarom dienen wij bij het bestrijden van het autoritair gezag tevens een andere sociaal-ekonomische samenleving, gebaseerd op de gelijkwaardigheid, voor ogen te stellen. Dit is namelijk het effektiefst en het enige alternatief.
Dit in tegenstelling tot andere links-gerichte politieke groeperingen die ageren tegen, en zich blindstaren op de huidige symptomen van het autoritair gezag, daarvoor in de plaats stellen een andere, volgens velen betere, ekonomiese samenleving, gebaseerd op de gelijkwaardigheid. Zij lopen allemaal mee in het spelletje van kat en muis, doch veranderen niets wezenlijks. De ongelijkheid van het individu blijft ook binnen díé samenleving voortbestaan. Men moet de kern van dit alles primair stellen in het strijdprogram. En daar is geen enkele twijfel mogelijk - dat IS HET AUTORITAIR GEZAG!! Het bestrijden van de autoritaire kapitalistiese maatschappij kan wel nuttig zijn, doch het is in feite konservatief. Wil het effektief zijn, dan dienen beide bestreden te worden: oorzaak en symptoom! Daarom putten wij onze inspiratie voor het verzet tegen de gevestigde samenleving uit het anarchisme. Door uit te gaan van zijn grootste tegenstelling peuter je de hevigste tegenreakties los. Dat konservatief gedachtenwereldje moet opengebroken worden! Die tegenreaktie die je oproept, is bevordelijk - of kan het zijn - voor de vooruitgang en de openlijke kommunikatie. Alleen al vanuit dit licht bezien is Provo zeer positief.
| |
Kanker voor de mens
Konservatisme, het ogenblikkelijk verwerpen van andere ideeën en stellingen, is kanker voor de mens. En als men kanker niet bestrijdt, woekert het onverminderd voort - totdat het op een gegeven ogenblik niet meer uit te roeien valt. Dit leidt dan maatschappelijk bezien tot een bundeling van alle oerkonservatieve korrupte elementen, welke de objektief-kritiese geest vertrappen, voor mijn part noem je het fascisme. De tendensen hiervan zijn in de huidige samenleving al duidelijk merkbaar geworden. Wat ik in het begin reeds stelde, is het dan het beste om vanuit de illegaliteit aan deze samenleving slagen toe te brengen. In de laatste wereldoorlog is het diverse malen gebleken dat men het nationaal-socialistiese regiem vanuit de illegaliteit gevoelige slagen kon toebrengen.
Weliswaar werd het pas definitief(?) verslagen na het gewelddadig optreden van de geallieerden, doch wij zien daar weinig in, in deze toestand. Je loopt met je kop tegen die muur te pletter. Het overige provotariaat, zij zonder voorwaarde, dient met de autoriteiten te ‘spelen’, ze belachelijk te maken. In de belachelijkheid toont de tegenstander zijn ware aard. Ik pleit voor openlijke (illegale) kommunikatie.
Voor die openlijke kommunikatie dienen wij overal op de barrikaden te staan - Amsterdam, Dordrecht, Rotterdam, Den Haag of Maastricht en waar de mogelijkheden zich ook maar voordoen.
Peter Bronkhorst
| |
| |
| |
De gemeenteraadsverkiezingen
De op 1 juni j.l. gehouden gemeenteraadsverkiezingen hebben de Boeren wederom winst opgeleverd. In Rotterdam, Den Haag en Utrecht gingen ze vergeleken met de verkiezingen voor de Provinciale Staten (23 maart j.l.) resp. met 3%, 4% en 3,2% vooruit. In Amsterdam ging de Boerenpartij in de tien weken tussen de twee verkiezingen slechts 0,4% vooruit. Daar was tenminste een betere groepering waarop je je reserves t.o.v. de autoriteiten tot uitdrukking kon brengen: Lijst 12, PROVO. Dankzij 13.105 Amsterdammers beschikken we nu over een morele ruggesteun en een raadszetel waarmee we de autoriteiten veel last zullen bezorgen.
Van de voorkeursstemmen kreeg Irène van de Weetering de meeste, n.l. 1286. Hans Tuynman verenigde 773 stemmen op zich. Daarna volgen Roel van Duyn (709), Jef Last (445), Luud Schimmelpenninck (243), Duco van Weerlee (200), Koosje Koster (177), Constant Nieuwenhuijs (96), Rob de Groot (54), Geert Schut (41), Ite Hamming (21) en Han Schook (16). De resterende 9044 werden op nummer 1 uitgebracht.
PROVO dient aan inkapseling in het parlementaire systeem te ontkomen. Het belangrijkste blijven de demonstraties, happenings, provokaties en voetbalwedstrijden. Daarnaast zal PROVO de politieke partijtjes provoceren en de gemeenteraad blijvend onveilig maken. De pers ziet nu al uit naar september, de maand waarin het nieuwe zittingsjaar begint.
Aan iedere zitting dient enkele dagen tevoren overleg met zoveel mogelijk Provostemmers vooraf te gaan. Als enige partij willen wij regelmatig kiezersvergaderingen organiseren.
Iedere partij, dus ook PROVO, heeft recht op een soort sekretaris in de raad. Het eerste jaar treedt nummer 1 op als raadslid, nummer 2 is dan helper. Het tweede jaar is nummer 2 raadslid, terwijl nummer 3 dan toegevoegd is, enz. enz.
Andere oplossingen zijn vanzelfsprekend ook mogelijk. In ieder geval moet PROVO deze unieke kans niet onbenut laten.
Bernhard
| |
Onze bladen
De provotarische pers in Nederland en België
Nodig is zelfprovokatie! Want hoewel het op zichzelf mooi is dat er duizenden provoos in Nederland roepen dat Johnson een moordenaar is, dat Van Hall ten val moet, vormt voor ons een intern konformisme een onmiddellijk gevaar.
Leuzen meebrallen is geen kunst; het gevaar dat 't voor de Autoriteiten betekent is soms zelfs kleiner dan het gevaar dat het voor onszelf oplevert. Het provotariaat moet er zich van bewust zijn waarom deze strijd gevoerd wordt en hoe zij gevoerd moet worden. Slagen wij er niet in de meestal nog onbewuste opstandigheid van het provotariaat politiek & kultureel bewust te maken, dan zal de bom die wij plaatsen in eigen gelederen ontploffen, niet tot Lieverevolutie maar tot Reaktie leiden.
Het optreden van rechtse provokateurs bijvoorbeeld is mogelijk temidden van een massa politiek onbewuste meelopers, maar onmogelijk temidden van bewuste en werkelijk anarchistiese provoos.
We hebben ervoor te zorgen dat de intellektuele inhoud van de massa die we op de been hebben gebracht in verhouding blijft met de geweldige omvang die ons straatwerk heeft aangenomen.
Hoe? Door diskussies in het provotariaat te provoceren over alle mogelijke maatschappelijke problemen. Dat kan niet alleen met het gesproken, maar vooral ook met het geschreven woord. Gelukkig begint er de laatste tijd een internationale provo-pers van de grond te komen.
Hieronder bespreek ik de ons bekende provotariese publikaties, als aansporing tot méér eigen publicity. Want als we onze decentraliserende, kollektiviserende en demilitariserende plannen waar willen maken, hebben we een bloeiende eigen pers nodig. Dan zal elke happening-stad zijn eigen provo-blad moeten hebben, dan zullen we ons een rotje moeten schrijven.
Ik geloof dat het provotariaat het meest dringend een wekelijks op zondag verschijnend blaadje nodig heeft, dat het laatste nieuws geeft over een groot aantal telefoniese korrespondenten over het hele land. Het zou onze straatbeweging richting en een duidelijker inhoud kunnen geven. Wie neemt het initiatief?
| |
| |
De bladen die Provo het meest nabij komen zijn Scandal Desperado, Inept, Wij, Revo en Eindelijk. Het zijn (slecht) gestencilde bladen, die hoogstens eenmaal per maand verschijnen. Ook het formaat hebben ze (behalve Desperado) met Provo gemeen. Meestal is de oplage niet hoger dan 500 eksemplaren.
| |
Scandal
Van Scandal is één nummer verschenen, dat door inbeslagname in het nieuws kwam. Een majesteitsschennende prijsvraag over troetelnaampjes voor het eventuele nageslacht van Beatrix en Claus was onze overgevoelige Justitie weer eens te veel. We zullen de tekst hier niet letterlijk overnemen; Provo is al vaak genoeg in beslag genomen. Hopelijk publiceert PC het nu, dat kan wel een ekstraatje publiciteit gebruiken.
Internationale happening-promotor Thom Jaspers is een van de redakteuren van dit Groningse tijdschrift. Hij schrijft over zijn verschijnen voor de Rotterdamse politierechter:
‘Het hoofd van meneer Van de Brug was helemaal te gek. Een puinhoop. Het hele gezicht vertrokken en in voortdurende beweging (het heeft iets met zenuwen te maken). Het rechteroog (van de zaal uit links), het bewegende gezicht drukt honger uit. Een HONGERhoofd. Het was geen gezicht!’
TJ: ‘Moet u over mij oordelen? U ziet mij liever dood dan levend. U vreet uzelf op omdat u mij niet op kunt eten.’
Het eerste nummer van Scandal is helaas ook niet veel meer dan een puinhoopje. Een tweede nummer kan in elk geval een oplagesucces worden dankzij inbeslagname. Nog minder is het in Amsterdam verschijnende Inept. Dat is niet zomaar een blaadje, nee, het is een uitgave van de KZPRESSCOMBINATION. Het is al aan zijn zesde nummer toe, maar het maakt de indruk van een klubblaadje dat bekend nieuws uit de grote pers overneemt, slechts opgeluisterd met wat gedichtjes. Een gedachte erin valt de lezer niet makkelijk op.
Even bescheiden is het blad: Wij. Het maakt een sympathieke indruk, maar het is weer jammer dat het allemaal zo'n imitatie van Provo is. De voornaamste figuur van Wij noemt zich bijvoorbeeld ‘gevoels-magiër’. Kunnen Wij niet wat kreatiever zijn?
| |
Desperado
Desperado, van de Rotterdamse provoos, doet een betere poging, jammer alleen dat het afschuwelijk slecht gestencild is. Het meest opmerkelijke artikel uit het eerste nummer nemen we in deze Provo over. Het blad heeft een veelzijdige belangstelling:
‘niet alleen min of meer politiek getinte kopij, ook bv. verslagen van happenings, gejatte overheidsgeheimen, orizjinele gedachten, provokaatsies, steken onder water en boven de gordel, praktiese plannen, anti-burgelukke, anti-kerkelukke en anti-oorlogs artikelen, kranteknipsels, kartoens, foto's (liefst kompromieterende), feiten over wat we niet mogen weten, afrekenen met konvensies (willem duys-achtige burgerlukke huichelarij), militèrisme, heilige huizen en andere onbewoonbaar verklaarde woningen.’
Ik hoop dat het als ‘binnenkort te verschijnen’ aangekondigde tweede nummer nu je dit leest, inmiddels verschenen is.
Het Vlaamse provotariaat kent twee provobladen. Het één nog onregelmatiger verschijnend dan het andere.
| |
Revo
Revo is tot nu toe nog maar één maal verschenen. De aktiefste redakteur is Groene-korrespondent Herman J. Claeys. De invloed van Provo op Revo is nog te groot. Orizjineel aan het blad is zijn speling:
‘Revo, loot van de in Amsterdam ontstane Provo-beweging, die zelf haar wortels heeft deels in et beat-anarchisme, deels in de internationale banthe-bomb aksi, wil et bewustzijn van de belgise outgroep aanwakkere.’
De door Revo georganiseerde happenings schijnen prakties doodgelopen te zijn. Erg jammer, want de Revoos hadden wel leuke ideetjes: Manneke Pis uit te roepen tot Provo nr. 1 en om de volgens Revo overbodige lettergrepen OU, EI en letters als X in het openbaar te verbranden waren
| |
| |
nieuw. Het eerste nummer verscheen maart 1966. Ik hoop niet dat 't het laatste was.
Eindelijk uit Gent is drie maal verschenen. Het vierde nummer verschijnt pas weer in oktober. Het is een mooi krantje met lekkere stukjes, citaten van oude anarchisten, grappen en Plannen. Zo lanseert Eindelijk nr. 2 het IKWAARDEERJE PLAN, ‘ter verbetering van de intermenselijke betrekkingen’.
Want: ‘Wij moeten ons teweer stellen tegen het alles kapot makende materialisme, tegen het functionalisme. We zullen hen bestrijden met hun eigen wapen: geld. Tegenover het utilitaire geld van onze maatschappij zetten wij ons anti-utilitair geld, ons waarderingsgeld dat niet door goud wordt gedekt, maar door oprechte gevoelens. Zo is ons geld meer waard dan al het andere geld ter wereld. Konkreet: Door Eindelijk worden bankbriefjes uitgegeven zonder utilitair doel. Is iemand goed voor je geweest, heeft iemand met jou existentieel gecommuniceerd, heeft iemand je - hoe dan ook - gelukkig gemaakt, dan geef je hem zulks waarderingsbiljet en vult daarop zijn naam in. Zo krijgt dit bankbriefje voor deze persoon een zekere waarde.
Hij zal later dit briefje doorgeven aan een andere persoon en schrijft dan diens naam achter de zijne. Het bankbriefje krijgt steeds meer waarde. Blijk van allerhoogste waardering is dus iemand een volgeschreven bankbriefje te schenken waarop zijn naam als laatste wordt geschreven.
Men kan het waarderingsgeld van Eindelijk bestellen door ƒ 1,50 (gewoon rotgeld!) te sturen naar Eindelijk. Men ontvangt dan dertig biljetten. Spoedig hoop ik er eentje van iemand te krijgen.
Ontbijt op bed is een Dada-achtig tijdschriftje van het Maastrichtse provotariaat. Het is heel mooi ge-off-set. Er zijn drie nummers van verschenen, die meer artistiek dan sociaal geëngageerd waren. Ze zijn dan ook samengesteld door een groepje jonge kunstenaars, die kontakt hebben met jongens die rond ‘Der Geis’ happenden (tot ‘Der Geis’ werd afgebroken!). Abonneer je maar snel.
Te midden van deze provotariese lektuur is het goed ook de beide anarchistiese tijdschriften in Nederland te behandelen, want provotariaat & anarchisme horen bij elkaar.
| |
De vrije anarchistisch tijdschrift
Het minst invloedloos is het Rotterdamse maandblad De Vrije. Het verschijnt keurig elke maand, al even keurig gestencild. De oplage is nu ± 1500. Gelukkig is er in de redaksie van het blad een tendens zich op de provocerende jongeren te gaan richten. Die richting tenminste wordt voorgestaan door Wim de Lobel, die het bestaan van het blad jarenlang voortgesleept heeft, toen dit nog een uitzichtloze zaak leek.
De ijverigste redakteur van het blad, die onder het pseudoniem Arthur Mendes-Georges schuil wenst te gaan, wil niets hebben van Provo. Hij noemt het een ‘klein-burgerlijke stroming’ (april-nummer, blz. 20). Merkwaardigerwijs is dit dezelfde kwalifikatie als de kommunisten voor ons gebruiken.
Deze houding van AM-G is overigens in opvallende tegenstelling tot de houding van de door AM-G zo bewonderde Spaanse anarcho-syndicalisten (CNT). Deze schrijven in hun weekblad Le Combat Syndicaliste (19 mei) dat onze ‘Oproep aan het internationale provotariaat’ ongetwijfeld sympathieke, en misschien ook oorspronkelijke trekken bevat en aan het eind van dit sympathiserende artikel wensen zij ‘de Provo's van Amsterdam het beste met hun anarchistisch streven’. Eerlijk gezegd lijkt me het gezuurpruim van Arthur Mendes-Georges over het provotariaat niets anders dan de rancune van een man, die niet erkennen wil dat anderen dan hij een effektievere manier van propaganda voor het anarchisme hebben gevonden. Ik ben ervan overtuigd, dat zijn orthodoxe en betweterige mentaliteit een obstakel is voor De Vrije voor een verdere ontplooiing. Met deze figuur op de voorgrond kan De Vrije moeilijk werkelijk invloed op de jeugd krijgen, wat op zichzelf te hopen is.
| |
| |
| |
Recht voor allen
No. 610 van 11 juni 1966
Orgaan van de
Federatie van Vrije Socialisten.
Ten slotte het 14-daagse Recht voor Allen een blad dat al jaren zijn bestaan rekt. Gelezen wordt het grotendeels door de ouderen en alleroudsten, die Domela Nieuwenhuis zelf nog gekend hebben. Zodoende krijgt het, mede door de ‘Pinkster Mobillisatie’, (die het nog elk jaar in Appelscha op een eigen terrein organiseert) een folkloristies tintje.
Natuurlijk is het zonder meer een sympathiek blad, maar des te meer te betreuren is het dat het niet wit vernieuwen door de typografie en de naam te vermoderniseren en de redaksie te verjongen. Wie weet komt het binnenkort zo ver, als jongere anarchisten zich beschikbaar stellen.
Roel van Duyn
| |
De ‘demokratische’ orde te Maastricht
De Maastrichtse politie beperkt zich, naar haar zeggen, tot het handhaven van verordeningen en wetten. Zij houdt zich buiten ieder gesprek over de mogelijkheid van straatdemonstratie, zich daarbij op het standpunt stellend dat de vernieuwing van leefklimaat zonder bijdragen van de politie moet verlopen. In de uitvoering van haar taak laat zij zich opjutten door de eigen afkeer van ordeverstoring. De algemene politieverordening in Maastricht maakt het haar daarbij bijzonder gemakkelijk. Deze verordening is het afgelopen jaar door de gemeenteraad opnieuw samengesteld en bevat nog de volgende artikelen:
art. 6:
In geval van volksverzamelingen, oplopen, vechtpartijen of andere stoornis der openbare orde of vrees voor het ontstaan daarvan, is een ieder verplicht, terstond te gehoorzamen aan de bevelen, welke door de politie ter handhaving der openbare orde worden gegeven.
art. 83:
Het is aan een ongehuwde persoon beneden de leeftijd van 18 jaar verboden: a. zich tussen 21.00 en 6.00 uur te bevinden in een café, restaurant of soortgelijke inrichting; b. zich tussen 21.30 en 6.00 uur zonder redelijk doel op straat te bevinden.
Ook in Maastricht heeft de politie het verlangen de onzekerheid in haar optreden naar buiten toe, niet te tonen; haar gedrag is autoritair. Het zal je toch maar gebeuren...
De uitgaande jeugd in Maastricht is genoodzaakt gebruik te maken van door de overheid gesubsidieerde jeugdsociëteiten. Deze sociëteiten zijn alleen toegankelijk voor leden en hebben een konservatief karakter. Door deze sociëteiten zijn de vermaakzoekende jongeren van elkaar geïsoleerd. De isolatie maakt hun verlangen naar vernieuwing ongevaarlijk voor de autoriteit. De meeste sociëteitsleden zijn zich deze situatie nauwelijks bewust. De sociëteiten zijn aangesloten bij de Maastrichtse jeugdraad. B & W ter stede hebben het principebesluit genomen alleen via deze jeugdraad contact met de jongeren te onderhouden. De gemiddelde leeftijd van de jeugdraad ligt ongeveer op 40 jaar. Het jongste lid zal 34 zijn.
| |
Straatdemonstraties
Het initiatief hiertoe werd genomen door de ongeorganiseerde jeugd. Zij weigeren in clubverband te dansen, onder het toeziend oog van een geestelijke adviseur, maar willen centraal gelegen voor iedereen toegankelijke danscafées. De demonstraties zijn ontstaan uit een gevoel van onbehagen, zonder programma, en zeer verschillend gepluimde vogels doen eraan mee.
| |
Gerichtheid
De demonstraties keren zich o.a. tegen autoritair gezag, tegen tekort aan zwembaden, en zijn gericht op medezeggenschap, op de vanzelfsprekendheid zich op straat, ongehinderd door de politie, te kunnen uiten.
De provo-minded jeugd van Maastricht heeft 15 mei een gesprek met de burgemeester baron M.v.K. aangevraagd. Wij zouden, bij uitzondering, 14 juni ontvangen worden. Nu 4 juni een der woordvoerders van de Maastrichtse provoos is gearresteerd, weigert de burgemeester hen nog te ontvangen (!).
Hoe verloopt zo'n arrestatie?
Lees wat J. Moling zegt:
‘Bij een demonstratie werd ik opgepakt omdat ik zei: - Jongens, loop door, anders word je opgepakt, want tegen het gezag doe je niks. Toen grepen ze mij wegens ordeverstoring. Ik werd in de overvalwagen (een splinternieuwe, blauw met
| |
| |
witte, met gaas voor de ramen) gegooid. Ik sprong eruit, maar ze kwamen me achterna en ik werd op de grond gegooid. Er werd een voet op mijn borst gezet en twee vingers werden in mijn ogen gestoken. (Ik moest de volgende dag naar de dokter omdat ik met mijn ene oog wazig zag). In het politieburo duwden ze met mijn hoofd de klapdeur open. Ik moest mijn zakken leegmaken. Een agent draaide mijn arm naar achter, een andere pakte me bij mijn haren en sloeg met m'n hoofd op de tafel (hoofdpijn).
Een hoofdagent zei: - Kom nou maar met oom agent mee, als een zoete jongen, dan mag je fijn hier een nachtje slapen. Na een uur werd ik uit onze gemeenschappelijke cel gehaald en in een andere geduwd, die te klein was om er te liggen. Een paar uur later weer terug. Slapen was onmogelijk, doordat voortdurend de rust verstoord werd. 's Morgens van half tien tot half twaalf verhoor. Daarna vrij. Ik heb het proces-verbaal niet te lezen gekregen. De aanklacht kwam met de post thuis: ...geschreeuwd en de orde verstoord zulks terwijl hij, verdachte, alstoen in staat van dronkenschap verkeerde... - Ik was helemaal niet dronken. Ook heeft niemand gevraagd om een bloedproef. Ik heb een klacht ingediend.’
We kunnen de politie beter negeren.
Het autoritair gezag in Maastricht wordt ondersteund door de gewestelijke rechtse pers (een andere is er niet). De gevaarlijkste eksponent is de Nieuwe Limburger waar o.a. een aantal mensen met een besmet oorlogsverleden een grote vinger in de pap hebben. Wie in Limburg van het plaatselijke nieuws op de hoogte wil zijn is op de regionale pers aangewezen. Wel heeft Het Vrije Volk een speciale Limburgse editie, maar het aantal abonnees is nog gering.
Minstens 29 van de 37 zetels in de gemeenteraad zijn rechts. De kranten, de politie, de industriëlen, de geestelijkheid, de schooldirekties, de ambtenaren, de middenstand vormen samen een konservatief blok (autoritair en kapitalisties).
| |
Maastrichter Geis
Eind april zijn de straatdemonstraties bij de Maastrichter Geis begonnen. (Geis is een onoriginele harlekijn, die door de Maastrichtse bevolking aan de jubilerende burgemeester is kado gedaan. Het tracht het Maastrichtse levensgevoel te symboliseren. Toen deze Geest tijdens een demonstratie scheef kwam te staan werd het beeldje verwijderd. Tot op heden is het beeldje door de politie teruggenomen.
De politie had met de plaatselijke pers afgesproken dat zij geen publiciteit aan de happening zou geven, als er geen vermeldenswaardige incidenten zouden voorvallen. De demonstratie werd door de kranten niet als nieuws beschouwd, wél echter door Regionale Omroep Zuid, ondanks pressie van de burgemeester op deze omroep.
In Maastricht is de ontwikkeling van het provotariaat in volle gang. De provo-minded jongeren hebben hun opvattingen tijdens een 3 juni gehouden teach-in over vrije tijd op straat uitgeschreeuwd. Er wordt nu gedacht over een eigen strategie. Veel jonge en oudere mensen zijn er op zoek naar een engagement.
Provo-minded Maastricht, juni 1966
| |
Zonder commentaar
Op woensdag 1 juni wordt Frans Gutman door een agent van voor het monument op de Dam geplukt, meegenomen naar buro Warmoesstraat en door vier anderen prakties kaalgeschoren en met die yankee go home-kop weer op straat gezet, met de mededeling: ‘Zo, dat is je straf!...’
| |
| |
| |
Uit Provo nr. 12
Solidariteit provo-proletariaat
Om een werkelijke revolutie tot stand te brengen is er een klasse van mensen nodig die zijn belang ziet in de revolutie en die zich ermee kan vereenzelvigen.
Die revolutionaire klasse is in de allereerste plaats het kolossale hongerproletariaat in de onderontwikkelde werelddelen. De verhongerde massa's hebben een evident belang bij een direkte en algehele ommekeer in de verdeling van het voedsel en de andere rijkdommen in deze wereld. Kan een wereldrevolutie van het hongerproletariaat slagen zonder hulp van een revolutionaire macht uit de rijke landen?
Dat lijkt onwaarschijnlijk en als dit al zal lukken, dan zal deze revolutie door de kommunisten in zeer autoritaire en dogmatische banen worden geleid. Maar er is in de westerse asfaltjungles een revolutionaire klasse aan het ontstaan: het provotariaat, de opstandige jongeren die niet met handen en voeten geboeid zijn aan het kapitalistiese of kommunistiese produktieproces. Het gaat erom de solidariteit van het provotariaat in de overontwikkelde landen met het proletariaat in de onderontwikkelde landen op te voeren. Het provotariaat moet het revolutionaire komplement van het hongerproletariaat worden.
De vele akties van de jongeren in de westerse wereld tegen de oorlog in Vietnam zijn een begin van die ontwikkeling. Een uitgebreide informatie over de toestand van het hongerproletariaat is ook van groot belang voor die solidariteit.
Daarom brengt Provo in dit proletennummer niet alleen een artikel over de verwaarlozing van de Nederlandse studenten (provotariaat), maar ook artikelen over de strijd van de gekleurde volkeren in Amerika, Angola, Vietnam en Zuid-Afrika (proletariaat) tegen hun blanke overheersers.
roel
| |
The forecast is hot
Aangezien wij voor de volle 100% de politieke, theologiese, literère, filosofiese en akademiese veronderstellingen verwerpen die de hengsels vormen waarmee onze maatschappij aan de verroeste koelkest der civilisatie hangt (en die geworteld zijn in stompzinnigheid en klasse-belangen) en omdat wij bovendien blijven vasthouden aan onze eigen onweerstaanbare emotionele autonomie, zijn wij van mening dat het van essentieel belang is om hier en nu, zonder enig voorbehoud en tot elke prijs, te verklaren, dat wij zeker zijn van de fantastiese, rood-en-zwarte, waardevolle juistheid van het absolute verzet als de enige houding die waard is te blijven voertbestaan in het huidige tijdperk van straten en idealen.
Nu alles voortdurend op het spel staat vinden wij het meer dan ooit noodzakelijk om op te roepen tot de hartstochtelijke gebruikmaking van de gevaarlijkste wapens uit het arsenaal van de vrijheid:
RAZENDE LIEFDE: volslagen subversief, de absolute vijand van de klootjesvolkkultuur;
POËZIE: (als het tegenovergestelde van literatuur) ademend als een machinegeweer, de blonde vlaggen van de onmiddellijke realiteit verdelgend;
HUMOR: psychologiese dynamiet- en guerrillaoorlogvoering, op haar eigen terrein even effectief als de fysieke dynamiet - en guerrilla-oorlog in de straten (wees er zonodig echter verzekerd van: wij zullen alle middelen te baat nemen welke ons ter beschikking staan);
SABOTAGE: meedogenloze en onbarmhartige vernietiging van de burokiatiese en kulturele machinerie van de verdrukking.
Het is soms (zoals nu) noodzakelijk de dingen ronduit te zeggen: wij bevestigen vanuit ons delitium eenvoudigweg de totale bevrijding van de mens. Leve de negers van Watts, de Puertoricanen van Chicago, de Provoos van Amsterdam, de Zengakuren van Japan en de Jeugd van alle lan- | |
| |
den die politie-autoos op straat in brand steekt en door deze modelbetogingen demonstreert dat de strijd voor de vrijheid niet gevoerd kan worden volgens de regels van priesters en politici!
Leve die stam in Nieuw-Guinea welke, zich bewust van de stupiditeit van de technologiese civilisatie, een slachting aanrichtte onder de managers van een wasmachinefabriek, het gebouw overnam en het veranderde in een tempel voor de wonderbare maar niet te vatten Konijn-god!
Leve de jeugd van Fairbanks, Alaska, die toen een wet hen verbood van school te gaan, wraak nam door het schoolgebouw af te branden!
Leve de psychopaat die uit een asiel ontsnapte en op z'n gemak in het centrum van de stad een bank beroofde met als enig resultaat dat zijn ‘gezonde’ broer hem aangaf bij oom agent!
Leve Barry Bondhus uit Big Lake, Minnesota, die twee emmers stront leeggooide in de archieven van zijn indelingsraad!
Leve die twaalf teenagers van Fort Lauderdale, Florida, die door hun scholen verhinderd zinvol te experimenteren, zelfstandig LSD begonnen te maken, plus plastiekbommen en een gevarieerde en katalytiese sortering ijzerwaren voor de komende revolutie!
Leve de Incredible Hulk, ongeorganiseerde stakers, de Slavenopstand, gesjeesde studenten, dienst-onderduikers, deserteurs, delinkwenten, saboteurs, en al die broeders naar de geest, de dromers met hun wilde ogen, echte en ingebeelde helden van provokatie en rebellie die hun collectieve middelen bijeenbrengen in de ekskwisiete materiële transformatie van de wereld naar mens!!
De helderheid van straatstenen en gebroken flessen is in de plaats gekomen van de vallende bladeren in de herfst - de alle kreativiteit vernietigende onderdanigheid aan de autoriteiten uiteengescheurd door de fantastiese destruktie van molotov-koktails, en, zeker niet in het minst, de uitdrukkingsloze streling is aangenaam overtroffen door die aanraking welke de gevoelige poriën van het enige dynamisme dat van belang is stimuleert tot ongehoorde hoogten. Als bevrijde geesten (en dat zijn we, want niets kan onze naspeuringen nu nog stuiten) hebben we noodzakelijkerwijs een histories benijdenswaardige rol als kosmiese architekten gewapend met hamers elektriese gitaren en apokalyptiese visioenen, maar wat van nog meer betekenis is, gewapend met de vreugde gevende kennis dat wij systematies alle obstakels kunnen verpletteren die men op de weg naar de verwezenlijking van onze wensen plaatst en dat wij in staat zijn om opnieuw alles op te bouwen.
Rebel Worker Group.
Surrealist Group.
Anarchist Horde.
c/o Solidarity Bookshop.
1947 Larrabee
Chicago.
Phone: 751-8726.
Voorafgaand stuk is een soort Beginselverklaring van een aktieve groep Amerikaanse anarchisten te Chicago. Het is in pamfletvorm verspreid tijdens een van Kings marsen voor rassengelijkheid.
Gerard Barendregt.
lid ned. sektie v.d. 4e intern.
| |
Hoera, een autoriteit minder!
De reakties van de Nederlandse regering en de dagbladpers op de moord op Verwoerd getuigen van een sentimenteel soort kollaboratie met het huidige regiem in Zuid-Afrika. Als men ongezouten de waarheid gezegd had over het fascistiese leven van Verwoerd en de diskriminatie in zijn land had de moord aanleiding kunnen zijn tot een massale verontwaardiging over de apartheidspolitiek. In plaats daarvan richtte men zijn verontwaardiging liever op de ‘lafhartige’ moord. Terecht wees een ingezonden-stukkenschrijver in Het Parool erop, dat Tsafendas voor deze moord toch maar de moed heeft moeten opbrengen om zijn eigen leven te riskeren, ja zelfs vrijwel zeker op te offeren.
Leve Tsafendas! De hopeloze politieke situatie in Zuid-Afrika is met de moord op Verwoerd er zeker niet slechter op geworden. De overheersing van de blanke stamverwanten heeft een schok gekregen die nog wel niet beslissend is, maar allicht de beroering in Zuid-Afrika zal aanwakkeren. De weg van de louter geweldloze akties tegen het semi-fascisties bewind in Zuid-Afrika was doodgelopen. Tenminste een glimpje van een nieuw perspectief heeft zich aangeboden. Het vonnis over de partijleider-misdadiger is ge- | |
| |
veld. Op dit moment weten we nog niet wie zijn opvolger zal zijn; wel dat ook de opvolger zich schuldig gemaakt heeft aan de diktatuur door een minderheid over de meerderheid en aan het systematies stimuleren van rassenhaat.
Het baantje van zaalwachter dat Tsafendas bekleedde is nog open. Nieuwe vonnissen over autoriteiten kunnen de beroering in Zuid-Afrika doen uitgroeien tot een verwarring, die het arbeidsveld van alle revolutionairen is.
P.S. De opvolger blijkt Vorster te zijn, een man die in Nederland in staat zou zijn Koekoek of Van Dis wegens kommunistiese sympathieën te vervolgen. Een aantrekkelijker prooi voor een tweede Tsafendas is nauwelijks denkbaar.
roel
| |
Sociale smoesjes
Met minder inspanning en met minder tijd is het in onze westerse maatschappij mogelijk in leven te blijven. Had onze voorouder al zijn tijd te offeren aan het produktieproces (wilde hij niet kreperen), nu kan hij over een ruime hoeveelheid vrije tijd (tijd voor zichzelf) beschikken, over bijna net zoveel tijd als hij wil. In de praktijk laat men zich die potentiële vrije tijd weer ontnemen door een grotere materiële welvaart na te streven, doordat men nog volgens de oude moraal door blijft leven dat niet-werken zedelijk slecht is, of omdat men niet kan bedenken hoe die nieuwe ruimte gevuld zou kunnen worden. De consument laat zich verslaven en daardoor uitbuiten door een geraffineerde klasse producenten. In het zweet Uws aanschijns zult gij ook op de vrije zaterdag werken teneinde een elektriese roomklopper te verwerven, want ledigheid is des duivels oorkussen. En trouwens, wat zou je anders moeten doen...?
Toch zal deze situatie niet stabiel blijken te zijn. Voor een deel van de nieuwe generatie is een sjieke baan en een mooie auto niet meer zoiets uiterst begeerlijks. Men begint aan welvaart te wennen, men stelt zich kritisch op tegenover het oude arbeids-ethos, en is minder bevreesd de nieuwe dimensie van vrije tijd te vullen. Men krijgt de tijd na te denken over zichzelf en over de kwaliteit van zijn bestaan. Massamedia, reismogelijkheden, psychedelische middelen, revolutionaire evolutie in normgevende instituten (als kerken) schokken het individu in de illusie dat er een zekerheid zou zijn. Zijn uitgangspunt verplaatst zich voortdurend, hij wordt normloos in die zin dat hij beter gaat kijken, verdraagzamer gaat waarnemen. Hij exploiteert zijn eigen mogelijkheden en gunt de ander diens experimenten. Dit is de groei naar een maatschappij van grotere vrijheid en kreativiteit.
Het ouderwetse autoritaire gezag gaat voor de bijl, naarmate de mens zichzelf ontdekt en zich hier en nu tot ontplooiing wil brengen. Hij laat zich niet langer lijmen door beloften zijn loon in het hiernamaals te kunnen incasseren. Hij wil hier en nu zijn, tussen zijn geboorte en zijn dood, als vrije en niet als slaaf.
Simon Vinkenoog zegt: ‘Vlieg er eens uit met 'n ik; je hebt niets te verliezen dan (wee je gebeente) het paradijs op aarde.’ Er is geen scheiding meer tussen een geestelijk en een stoffelijk leven, tussen een zondige sterveling en een engeltje in de hemel. Ik eis de vrijheid van de homofiele liefde. Het is deze vrijheid die ik ook de ander gun (al koos hij uit angst voor vrijheid onvrij te zijn) en een zekere zorgvuldigheid in het maatschappelijk verkeer zal de grenzen tussen ons beider vrijheid afpalen. Organisatie heet het nieuwe gezag. Creativiteit is niet langer het privilege van het uitzonderlijke talent. Elk idividu is creatief, ook het zwakzinnige. Dit is de revolutie in de kunst, dit opent ook de mogelijkheid voor collectieve kunstvormen. In de happening spelen alle individuen een gezamenlijk expressief en inventief spel. Maar de happening moet niet beperkt blijven tot een lokaal te isoleren creatief gebeuren voor gekken of excentrieke snobs. De hele samenleving dient een samenspel te worden, een kleurrijke kaleidoscoop van ideeën, expressies, communiecatieflitsen, kritiek, humor. Elk mens is een kameleon, een vallende ster, de meetkundige plaats van al zijn mogelijkheden. Amateurisme is een verouderd woord, want iedereen is zijn eigen creativiteit waard. Hoeveel honderden jongens hebben de afgelopen twee jaar alleen al in Nederland niet een gitaar gepakt, met een paar andere een bandje gevormd om vervolgens eigen (slechte) liedjes te gaan spelen.
PROVO lanceert de sociale happening.
Provocerend, beweeglijk, ongrijpbaar zal PROVO een voortdurende uitdaging zijn. Een levensgevaar voor regentenmentaliteit, bureaucratie, uitbuiting. Een steun in de rug voor professor Belinfante, Ed van Thijn, Harry Mulisch, een effectief struikelblok voor Smallenbroek, Van der Molen, Van Hall. Om maar een paar zijstraten te noemen.
Duco van Weerlee
| |
| |
| |
uit Provo nr. 13
Witte lijken plan
Provoos eerste bijdrage tot de oplossing van het verkeersprobleem in Amsterdam was het Wittefietsenplan. De autoriteiten hebben het getorpedeerd door alle witte fietsen die provo aan Amsterdam heeft aangeboden, met haastige spoed in beslag te nemen. En de verkeersterreur is toegenomen. Al op de eerste dag van het nieuwe jaar heeft het monster een tweejarig kind doodgebeten. Wacht op wat verder komen gaat. De moordenaars rijden vrij op straat.
Als straf voor verkeersmisdadigers en als een waarschuwend teken - gedenk te sterven - voor iedereen die rondloopt in het massakerkhof Amsterdam stelt provo nu het Witte-lijkenplan voor. De autoriteiten moeten het zelf maar uitvoeren, het is eenvoudig genoeg voor ze.
Voor het Witte-lijkenplan moet de ongevallendienst van de politie worden uitgerust met een pijpje krijt, een beitel, een hamer en een emmer witte specie.
Als ergens in Amsterdam het monster toeslaat en iemand tegen het gruwelijk asfalt smakt, moet de politie de omtrek van het slachtoffer met het pijpje krijt aftekenen op de grond.
Zodra de droeve resten door een ziekenwagen zijn afgevoerd moet de moordenaar zelf, onder toezicht van de politie, het siloewet van zijn slachtoffer met de beitel en de hamer drie centimeter diep uitkappen in het asfalt. Daarna moet hij de holte met witte specie opvullen.
Misschien zullen in het vervolg aspirant-moordenaars, die de onheilsplek naderen, even de voet van het gaspedaal nemen.
Bovendien moeten de geslachte offers van het verkeer op kosten van hun moordenaar een witte begrafenis krijgen. De voetgangers die een witte lijkstoet door de stad zien gaan weten: weer heeft het monster iemand overrompeld en onverhoeds weggerukt uit het leven.
Voetganger, bezin u, de automobilist is onbezonnen.
| |
Regering investeert voor oliemaatschappijen.
Om een verlaging te verkrijgen van de vervoerskosten worden door de oliemaatschappijen steeds grotere tankers gebruikt. 100 000, 200 000 ton en over enige tijd waarschijnlijk 500 000 ton. Een logiese ontwikkeling waarbij steeds meer mensen worden vrijgemaakt. Minder logies is de eensgezinde pressie van de vier betrokken oliemaatschappijen op de Nederlandse regering om de benodigde aanvullende voorzieningen voor haar rekening te nemen.
De regering heeft reeds toegezegd, de haven van 50 voet op 53 voet te brengen, de volgende verdieping tot 57 voet is ook al toegezegd, hoewel nog niet officieel. Door Rotterdam wordt de pressie ondersteund voor een verdieping tot 62 voet. Hierbij kunnen tankers binnenkomen van 150 000 ton, zodat het einde nog lang niet in zicht is.
Nu er geen geld is voor soosjale voorzieningen als openbaar vervoer, is dit a-soosjaal. Zeker daar het de betreffende maatschappijen niet aan geld ontbreekt.
Provo stelt voor in diep water voor de kust, voor rekening van de oliemaatschappijen, een grote drijvende haveninstallatie te bouwen, die door pijpleidingen met de kust verbonden is. Een snelle verbinding kan worden verkregen door hooverkrafts en/of helikopters.
Van Rotterdam gaan leidingen naar Amsterdam, Keulen, Beek (Limburg), Antwerpen, Terneuzen etc. Met deze maatregel zal een groot stuk rekreatieruimte bij Rotterdam en Den Haag bespaard worden.
Voor Amsterdam zal een ekstra dijk naar Muiden worden gebouwd.
Bij iedere uitgevoerde verdieping van de havenmond is de verzilting verder het land ingeschoven. Een voorbeeld van de gevolgen hiervan is te vinden in de hoogheemraadschappen Delftland en Rijnland. Deze betrokken water uit de Nieuwe Maas. Door de verzilting was dit niet meer mogelijk (tuinbouw ging naar de knoppen). Al jaren wordt het nu betrokken uit de Hollandse IJssel. Bij de komende verdieping zal het verder opdringende zout dit onmogelijk maken.
Nu worden voorbereidingen gemaakt voor het betrekken van zoet water uit het IJsselmeer. Bij Muiden wordt een inlaatgemaal geplaatst op de sluis, het water wordt dan via de Vecht, het Amsterdam-Rijnkanaal en de Oude Rijn aangevoerd. Voor Amsterdam zal een ekstra dijk naar Muiden worden gebouwd om het gezuiverde ri- | |
| |
oolwater buiten te sluiten. De inpoldering van de Markerwaard zal zeer waarschijnlijk niet worden voortgezet om een groter waterbekken te vormen. Al deze kosten worden door onze regering gemaakt, tuinders worden weggewerkt voor oliebelangen, die ook op andere wijze en voor andere rekening zijn te realiseren.
Luud Schimmelpenninck
| |
Bangk
Wo-avond na AJAX-Liverpool vertikt Van Hall ut weer als pap in z'n zetel te gaan liggen, alvorens een paraplu met de tekst ‘Laat de Bank springen’ en het meisje dat hiermee demonstreerde uit de publieke tribune is verwijderd.
De heer Koets treedt de volgende avond op als schoolmeester als we de publieke tribune willen bezoeken zonder kaartje. Eenmaal binnengesmokkeld door een verzamelaar van dit soort kaartjes, blijken er minder mensen te worden toegelaten dan er zitplaatsen zijn. Van Hall heeft de tv niet toegestaan opnamen te maken en de pers blijkt voor noppes aanwezig, evenals de raadsleden. De pers zwijgt lomp over de BANK-affaire: de raadslieden die scherpzinnige kommentaren geven (Brinkgreve van de KVP) worden lomp behandeld door B & W, die gaan gapen, met elkaar praten, een windje laten en eens even weggaan. Bernard de Vries en Verlaan (Boer) worden afgedaan als onevenwichtige beginnelingen; Ed van Thijn (PvdA) wordt onnodig onderbroken in zijn motivering om tegen de BANK te stemmen, Bruggeman (PSP) kijkt niet in de toekomst volgens wethouder publieke werken, als hij protesteert tegen verkeersplannen in de binnenstad, die nog niet in de raad besproken zijn en waarmee B & W de noodzaak van de vestiging van de BANK willen bewijzen.
Wat steekt er achter dat smalende kleinerende gegiechel van wethouder De Wit (PW en PvdA) naar Van Hall (gewezen BANK direkteur)? Waarom maken de wethouders De Wit en Elsenburg (KVP) zich zo kwaad als er een raadslid met zinnige tegenargumenten komt? Waarom spreekt de raad zich niet uit tegen B & W, die hen met voldongen feiten (de toestemming een BANK te bouwen) konfronteert? Kijkend naar het gedrag van B & W en door goed te luisteren wat verzwegen wordt, ga je het volgende beseffen:
Na het instorten van een winkelpand in de Vijzelstraat liet de stichting die de hele huizenrij bezat de overige huizen afbreken, liet een nieuw plan ontwerpen voor winkelhuizen met daarboven woonhuizen, en B & W gaven toestemming voor de bouw, die reeds een tijd aan de gang is. Er bleek een garage van 300 autos bij het plan te zijn opgenomen.
Waarom werd de bouw gestopt?
Texeira ging failliet. De stichting werd medeslachtoffer. De kommissarissen van deze stichting overleggen; onder hen zijn ongetwijfeld enige bankdirekteuren. De grond moet verkocht worden om de huid van de stichting te redden. Wie wil het hebben, mét de reeds goedgekeurde bouwplannen? ABN. Maar dan moeten ze ook kantoorruimte hebben in een van de panden.
Het huizenplan moet dus worden gewijzigd en publieke werken (De Wit) keurt deze wijziging af. B & W heeft immers haar eigen kommissies met adviseurs en architekten? Die verdienen nog niets aan de transaktie.
Dus goedkeuring van B & W kan alleen tot stand komen als de aan de gemeente verbonden architekt het plan bekijkt en zo nodig wijzigt, en als hij (inklusief B & W) er goed aan verdient.
De stichting is bang dat de verkoop mislukt en komt over de drug. B & W eten er eens smakelijk van. De semi-gemeente-architekt Duintjer zal eventueel wijzigingen aanbrengen. Hoe de bankiers (en B & W) hem ertoe gedwongen hebben van het woningkomplex een bankgebouw te maken, is onbekend. Het heeft waarschijnlijk met miljoenen te maken. Volgens deskundigen is de afzichtelijke onbewoonbare klomp ongeschikt voor het nu bestaande fundament. Aan het verbreken van het kettingbeding met de vorige winkelpanden verdienen B & W ƒ 600.000,- (wordt gebruikt om de binnenstad mee te verfraaien). Van zijn vriendjes krijgt Van Hall bij elk volgend ABN-gebouw een stuivertje in zijn vuistje gedrukt.
Toen de zaak in de raad kwam, was de transaktie al ondertekend. De Wit (PW) riep dan ook uit, (na 2 dagen vergaderen): ‘Maar voorzitter, de toestemming is toch al lang verleend, de beslissing van de raad kan de bouw toch niet meer verhinderen!’
Deze patriarch en zijn rechterhand stellen ekonomiese belangen en gebouwen boven kultureel verantwoorde verblijven als woningen en winkels. Zij voelen mee met de adressanten, drijven de spot met de tiets-in als was dit een gekamoefleerde protestvergadering (waarbij B & W schitter- | |
| |
den door afwezigheid). B & W, die hun macht handhaven door vragen van gemeenteraadsleden onbeantwoord te laten, niet naar hen te luisteren of hen om de tuin te leiden met niet ter zake doende plannen, kunnen dat ook door: elkaar te spekken: anderen te sjanteren; de bewoonbaarheid van de stad in te ruilen voor bankgebouwen; de minachting die Van Hall toont voor de raad; door de pers die het af laat weten.
| |
Aktie
Een suikerklontje in de betonmolen en het beton wordt niet meer hard.
Verzamel de kaartjes bij het stadhuis totdat er niemand meer op de publieke tribune zit.
Probeer Van Hall een onrechtmatige daad te laten plegen zodat hij eens ophoepelt.
Laat iemand die werkelijk weet wat de heren van B & W uitgespookt hebben, dat publiseren.
Een geringe troost is, dat ongetwijfeld de leden van de bouwkommissie de bouw voorlopig nog wel zullen uitstellen opdat hun zak nog wat gevuld wordt en inmiddels zullen door de winter en de opwaartse druk van het grondwater de fundamenten vanzelf splijten. Dat kost twaalf miel per week. Kortom, het kan nog jaren duren voor de onstedelukke poeetise statuskolom, de onbewoonbare fantastische nachtmerrie, het stenen schrikbewind, groter, schoner en hiegiejenieser dan het Paleis op de Dam, verrezen is.
Ir. Jan Maarten
| |
Waarschuwing tegen ademhalen!!!
Grote rookwolken pakken zich samen boven onze hoofden.
Binnen de grachtengordels zal het ademhalen binnenkort een dermate gevaar voor de gezondheid opleveren dat zulks ten strengste wordt afgeraden.
PROVO zal binnenkort luchtflessen met geperste bos- en heidelucht in de handel brengen, ter konsumptie in de binnenstad.
Het verblijf in de binnenstad kan binnen afzienbare tijd alleen in hoogst noodzakelijke gevallen worden toegestaan. Als noodzakelijk wordt iedere Amsterdammer aangeraden alleen door gesteriliseerde gaasjes te ademen.
BLIJF GEZOND; ADEM NIET.
De eerste paal van Mobil-Oil is een symbool van de luchtverpestende faktoren die een ernstige bedreiging vormen voor onze samenleving.
MOBILISEERT TEGEN DE MOBIL-OIL ROOK TERREUR!!!
De vereniging ter bescherming van frisse lucht
| |
Blijf zitten waar je zit
Nederlands meest konsekwent anti-provotariese dagblad dreigt z'n zin weer eens te krijgen.
Weken geleden is in De Telegraaf geïnsinueerd dat de Damrakkertjes lustig om het monument lagen te neuken. Dagen achtereen zijn er toen rankuneuze ingezonden stukken geplaatst (van sexuele frustranten?), waarin, evenals in een redaktioneel kommentaar, de overheid werd opgeruid deze ‘schande voor de toeristen’ weg te knuppelen. Het klootjesvolk, waarvan De Telegraaf de spreekbuis is, scheen instinktief te begrijpen dat een openbaar provotaries centrum binnen de grachtengordel een gevaar betekent voor de huidige orde (= verkeerschaos).
Enige dagen later werden de Damrakkertjes inderdaad door de rakkers van buro Warmoesstraat weggeknuppeld. De vroeger zo levendige stoepen rond het monument werden doodgemaakt. De hekken werden er in een steeds wijdere autoritaire sirkel omheengezet. Alleen nette kortharige toeristen met cameraas op hun buiken mogen er nu nog zitten. Maar langharige buitenlanders ‘zonder middelen van bestaan’ werden er (in het raam van een internationale anti-provotariese kampanje) gearresteerd en het land uitgezet.
Het monument staat op de Dam om hen te gedenken die hun leven gaven voor de vrijheid. Niet alleen voor de plechtstatige vrijheid om eens in het jaar een officiële speech van de burgemeester aan te horen, maar vooral voor de gewone alledaagse vrijheid. Bijvoorbeeld de vrijheid om rond een monument te zitten, lang haar te dragen en met elkaar te vrijen waar dat uitkomt. Het is zeker in tegenspraak met de bedoelingen van beeldhouwer Andriesen deze vrijheid te beknotten. Is het toevallig dat de hekken vrijwel direkt na de dood van de beeldhouwer neergezet zijn?
| |
| |
In het kader van Amsterdams Magies Centrum (eerste sektor van New Babylon) gaat het erom van de Dam een ludiek plein te maken. Daarom moeten de rechten van het provotariaat rond het monument verdedigd worden.
Want voorlopig is het een recht om op de stoepen van het monument te zitten. Geen wet die dat verbiedt. De destijds ingediende wet die verbiedt zich in de direkte nabijheid van monumenten te bevinden, is er niet doorgekomen. Geen agent heeft het recht je te verjagen. Blijft hij toch aandringen, eis dan een proces-verbaal. Hij kan dat onmogelijk opmaken, je hebt immers niets strafbaars gedaan. Let er slechts op dat je tijdens het bekvechten met de Warmoesrakkers geen volksoploop veroorzaakt; dat zou hem inderdaad het recht geven een proces-verbaal op te maken. Het parool is eenvoudig: Blijf zitten waar je zit!!
roel
| |
PROVO in Londen: Londen in PROVO
6 Augustus: ‘Remember Hiroshima,’ Een groot grijs gebouw vol atoomkoppen, omgeven door hoog prikkeldraad, in de buurt van Reading. Ervoor, in de stromende regen: 200 protesterige CND-ers plus drie bobby's met de pest in. Verder: weilanden, koeien, varkens & paarden. Maar zie: voor deze vijf paarden, drie varkens, drie agenten en 20 koeien (ik heb ze geteld) presenteert het Londense provotariaat een prachtige selektie uit haar repertoire van Yells, slogans en protestsongs. Als alles op is, lopen ze moe, maar zeer voldaan en tevreden (over zichzelf natuurlijk) naar de bussen terug. ‘Construction, not destruction,’ roept een dametje van een jaar of 70 nog. Dan stapt ze in. Een paar doornatte, langharige beatniks volgen haar. Het woord padvinder is nog te goed voor ze.
Het is erg triest, jongens, maar ik zal een aantal illusies, zo die nog bestonden, de grond in moeten boren. New Left is dood, CND is dood. (Sommige jonge anarchisten in Londen waren woedend toen ze zagen dat wij het symbool van ‘that bloody CND’ op sommige nummers van PROVO afdrukten); de Peace Pledge Union heeft nooit geleefd (over de intenties niets dan goeds, natuurlijk).
De Committee of 100 ligt op sterven en er zal een verdomd knappe dokter voor nodig zijn, wil de patiënt weer de oude worden (al was dat dan ook een zeer aktief en militant persoontje). Freedom Press, de Londense anarchistenbeweging, zit vol aardige mensen, die tezamen een volmaakt machteloos en onbelangrijk groepje vormen. (Hun publikaties zijn niet kwa uiterlijk, maar wel kwa inhoud zeer de moeite waard). De War Resisters International tenslotte, heeft alle mogelijkheden om iets heel goeds te worden, maar op het ogenblik is deze nog van weinig belang, (Wie geïnteresseerd is in Londens provosisties verleden, is van harte welkom-Herenweg 122, Heemstede-; ik heb van al deze bewegingen enige kiloos dokumentatiemateriaal meegenomen. Van de enorme aktiviteiten, die deze groepen tussen 1960 en 1963 aan de dag legden, kunnen we nog heel wat leren).
Toch gebeurt er erg veel in Londen. Zo is er in Notting Hill, het Londense Kattenburg, een groep die zich ‘Notting Hill Provo's’ noemt. In datzelfde Notting Hill is George Clark bezig met een projekt ter oplossing van de grote sociale problemen daar, iets waar de regering geen pest aan doet. Clark is nu gestart met een jaar zuiver researchwerk, hetgeen wel duidelijk de professionalistiese wijze tekent, waarop dit alles is opgezet, Clark, die, de maand dat ik in Londen was, een hongerstaking hield uit protest tegen wat de Amerikanen in Vietnam doen, is met een caravan door Engeland getrokken om overal de ideeën van de Committee of 100 en dergelijke bewegingen uit te dragen. Hij levert het springlevend bewijs voor het feit, dat een volwassen provo beslist geen brave-huisvader-achter-kinderwagen behoeft te worden. (Wat een opluchting, hè.)
In ditzelfde Notting Hill heeft John Hopkins zijn Free School gevestigd. Deze heel wat minder professionalistiese, maar met een geweldige spontaniteit opgezette ‘school’ organiseert niet alleen avonden, waar buurtbewoners wordt geleerd hoe ze zich wettelijk kunnen beschermen tegen hun huisbazen of de politie, of welke opleiding ze hun kinderen kunnen laten volgen, maar zorgt ook voor beatfeesten aan de kust of Jazz and Poetry performances in de straten van Notting Hill. Onbebouwde stukken grond worden tot speelruimten voor de kinderen gemaakt, terwijl de school ook lessen geeft in tekenen, muziek maken en allerlei andere fijne dingen. John Hopkins (‘doe de groeten aan Simon’) werkt zeer nauw samen met George Clark. Zo vullen het professionalistiese en het amateuristiese (in de goede zin van het woord)projekt elkaar zeer goed aan.
Alvorens met John Hopkins in de ‘Underground’ te duiken wil ik eerst nog even wijzen op een paar zeer goede bladen.
| |
| |
Onlangs verscheen het eerste nummer van Resurgence, een blad, waarin de beatnik-gentleman John Papworth een wijze van politiek denken lanseert, die frappante overeenkomsten vertoont met de provo-filosofie. Toch is John een van de weinige, niet door provo geïnfecteerde mensen in Londen en de manier waarop hij tot zijn konklusies is gekomen is zeer verschillend van de weg langs welke wij onze ideeën hebben ontwikkeld. Verder geeft Charles Radcliff het uit Amerika geimporteerde Rebel Worker uit. (Iedereen werkt. Wij doen dat juist niet. Zo zijn we dus toch weer werkers, alleen ‘rebel workers’,) Verder publiceert Charles het zeer op provo georiënteerde Heat Wave, waarin hij er blijk van geeft een goed beeld van onze beweging te hebben en waarin hij ons zijn vaak rake kritiek niet spaart. Op een aantal zeer goede andere tijdschriftjes kom ik nog in de ‘Underground’ terug.
De grote ellende in Londen is, dat talloze mensen hele belangrijke dingen doen maar niet van elkaar weten dat ze het doen. Van koördinatie is totaal geen sprake. De samenwerking tussen Clark en Hopkins is iets heel bijzonders. De situatie is nu als volgt: enkele jaren geleden was er in Londen een grote straatbeweging. De belangrijke mensen daarin trokken zich echter terug, toen ze ontdekten, dat het met hun organisaties bergafwaarts ging en zij sloegen aan het denken en het schrijven. Gevolg: een enorme hoeveelheid uitmuntende tijdschriften met hele goede ideeën. Die ontwikkeling echter loopt nu ten einde. De denkertjes gaan de straat weer op.
Mister Peter verkondigt op Speakers Corner het anarchisme en beneden hem zingt een beatnik protestsongs in de voetgangerstunneltjes omdat hij het verdomt voor een snobisties folk-club publiek op te treden. Morgen ontmoeten de schrijvertjes elkaar weer op straat en ze hebben elkaar heel wat nieuws te vertellen. En het resultaat daarvan kan alleen maar een prachtig stuk vuurwerk zijn.
Behalve hippe boetiekjes heeft Londen ook een paar ontzettend hippe boekenwinkeltjes, (‘Kom je uit Holland? Meet je even wachten! En daar komt het meisje heel trots terug met Randstad 1 t/m 10, De Nieuwe Stijl deel 1 en 2 en Liefde van Vinkenoog. ‘Dat is alles wat we van Holland hebben,’) Rond deze winkels, zoals Better Books en Indica Bookshop (Miles; ‘Doe de groeten aan Simon’) bevinden zich allerlei groepjes van dichters, schrijvers, intellektuelen, anarchisten en dat soort tuig, die samen de ‘Underground’ vormen. Ook hier weet niemand van het ene kliekje waar het andere kliekje mee bezig is. Maar ondanks hun snobisme zijn deze mensen ontiegelijk belangrijk omdat ze keihard werken. En wat ze doen is allemaal erg goed. Zelfs na een maand heb je nog geen enkel inzicht in de schier eindeloze reeks van hippe blaadjes, waarmee dit soort zaken gevuld zijn. Maar het is zowat allemaal erg gek en erg goed.
In dit verband moet ik de naam noemen van Jeff Nuttall, de ‘anarchist poet’, die een geweldig Lucebert-achtig boekje uitgaf, Pieces of Poetry. Samen met Dick Wilcocks werkt hij in een happening-groep en ook geeft hij het uitmuntende en volslagen idiote blad My own Mag uit. Deze Dick Wilcocks (‘Doe de groeten aan Simon’) is ook aktief in Sigma. Overigens schijnt Sigma niet erg best te lopen in Londen. ‘Trocchi denkt dat de wereld wel als een rijpe appel in zijn schoot zal vallen binnen niet al te veel tijd en daar zit hij nu maar op te wachten’, vertelde iemand me. Uit de overvloed van tijdschriften wil ik alleen nog noemen Cuddon's Cosmopolitan Review, een anarchisties blad, dat vooral door de goede lay-out en de geweldige tekeningen van Arthur Moyse iets heel bijzonders is.
Het blijkt dus dat niet alleen de individuele rebellen, maar ook groepjes van kunstenaars zich op iets voorbereiden. De anarchistiese tendens bij hen is aan geen twijfel onderhevig. En ook zij zullen binnen niet al te lange tijd de straat opgaan. Daar zullen ze de ervaren en wijzer geworden demonstranten ontmoeten en het gevolg mag bekend verondersteld worden; vuurwerk in rood en wit.
Tenslotte is er in Londen dan nog een provotariaat, dat heel gekompliseerd is van struktuur (Mods, Rockers, Beatniks, Ton-Ups, Ban-de Bombers, Teddyboys, Ravers, Beats), maar waarvan een groot gedeelte zonder enige twijfel provosistiese aktiviteiten zal steunen. Ik heb ze leren kennen als heel aardige mensen die gemiddeld al op een veel hoger nivoo staan dan ‘The Kids’ in Holland. Een vetkuivenmentaliteit zoals je die in sommige plaatsen hier nog wel vindt ben ik in Londen niet tegen gekomen.
[...]
Bart van Heerikhuizen
|
|