Lyrisch labyrinth(1930)–Anton van Duinkerken– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 114] [p. 114] Le Rouge et le Noir ‘Ik houd van het rood, waar de meisjes manteltjes van maken’... etc. Pater van Ginneken S.J. Ik houd van het rood wat Van Deijssel Weleer van het proza hield. 't Zij het rood van een bloedbad te Rijssel Of een krootmarkt in Baconsfield. Ik houd van het rood van de kroegwijn En 't rood van een gloeienden haard; Geen rood kan mij ooit rood genoeg zijn In een bruine pater z'n baard. 'k Houd van 't rood op een roodhuid, die dood is, En de kieuw van de kabeljauw; O, geef mij een rood, dat zo rood is Als het blauw van het zakjes blauw! Vorige Volgende