Lyrisch labyrinth(1930)–Anton van Duinkerken– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 78] [p. 78] Het onbekende Meisje van de Seine Men mag wellicht geloven, dat zij in de Seine sprong om haar maagdelikheid te behoeden.... ...toen werd het vreemd en groen bewegen stil vertrouwelik als eigen huis of kerk. (De vloer der kathedraal dekt zerk aan zerk rustiger doden dan uit eigen wil.) Daar was geen leven meer. Geen laatste wens ging haren dood vooraf: een mild ontvangen worden in strelende golven of glijdende horden van wieren... of zielen? Handen van een mens of iemands ademtocht bewoog in haar haren. De wereld trok zich samen tot dit beven. Haar prille dood nam 't roekeloze leven om niets dan haar verstilde glimlach te bewaren. Vorige Volgende