Het goud der gouden eeuw
(1955)–Anton van Duinkerken– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 259]
| |
Rekening van gedane visite aan mejuffer N.N. in haar ziekteMijn min, die 't dokterschap, door lang bij mij te wonen,
Al heeft vrij meesterlijk geleerd,
Heeft in uw ziekte, o overschone,
U vijf, zes maal gevisiteerd.
Het loon hetgeen hij eist, nu dat gij zijt genezen
Van deze uw innerlijke smart,
Zal, zo gij wilt, alleen maar wezen
Een duimbreed plaatsje in uw hart.
Doch wijl hij zich niet durft op goed geloof verlaten,
MitsGa naar voetnoot1) de patiënten in 't gemeinGa naar voetnoot2)
De dokters als de duivels haten,
Zodra zij slechts genezen zijn;
Zo wil hij - om daarin voortaan gerust te leven -
Dat gij mij zult voor elk' visiet
Tot zekerheid zes kusjes geven,
En meer betaling wil hij niet.
w.g. van focquenbroch (1630-1675) |
|