Het goud der gouden eeuw(1955)–Anton van Duinkerken– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 192] [p. 192] Kindermoord Toen de gekroonde wolf de schaapkes nieuw-geboren Met zijne wrede muil te Bethlehem verslond, En klagelijk geschrei steeg van der aarde grond En kwam ten hemel in voor Gods gerechte oren. Een vliegende gezwerm der engelen verkoren Omving de kleine hoop gepletterd en doorwond, En nam de witte ziel van hare rode mond, Die stellende onbesmet Gods aangezicht te voren. Hoe kort was hunne tijd in droevig tranendal! Hoe groot is hunne vreugd die eeuwig duren zal! Hoe loven zij de Heer hun gunstige weldader! Zij gingen haastelijk in 't leven door de dood, Gerukket onverwacht uit hunner moeder schoot, Gedragen in de schoot van hunne liefste Vader. jacobus revius (1586-1658) Vorige Volgende