Bloedtest(2003)–Serge van Duijnhoven– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] Raadselen schoonheid is altijd het hardnekkigste masker ik zie ik zie wat zij niet en wat ik zie is nimmer wat zij is; een blik! en weer: tot nader order alles uitgewist het marmer van haar vel een deklaagje sneeuw zij: ‘witte roet’ noemden Romeinen dat’ (mannen die te veel steden zagen branden) witte roet op haar witte reet zal ze bedoelen, de madam met negermeisjes, zeetjes in het hoofd zij murmelt in haar halfslaap terwijl ze traag een mug wegslaat: ‘zwarte seisjes in de grote nacht’ overdag is zij kwiek maar ook een ietwat misselijk ‘ik wijs de liefde niet af’ (wat zij bedoelt is: zij wijst mij ermee terecht) ‘ik ben geen Narcissa en ook geen appel waar jij zomaar in bijten mag ik wil alleen met jou in ballingschap’ ik mag haar Adam zijn, die onvolgroeide brok in haar keel, die mannenman tussen het laken van madam zij zegt: ‘Bataille noemt orgasme ergens een klein sterven’ ik - Mars, minnaar die al honderd doden vocht voor haar: ‘en het grote sterven dan?’ zij: ‘dat is voor later...’ waar het om gaat dat is wat moet bewaard Vorige Volgende