Daan van der Zee: De man die zichzelf behield
Dit is weer een ‘indische roman’ die zorg draagt zich geen millimeter te verheffen boven lager en leestrommelpeil. Toch is het voor een groot deel een sympathiek werk, ware het alleen maar omdat het aanleiding geeft aan de bataviase courantiers om geschandaliseerd te betogen dat Indië werkelijk niet zó uitsluitend door gemene lieden wordt bevolkt, dat de auteur zich bepaald vergist als hij meent dat alleen socialisten fatsoen hebben, enz. enz. - peroraties die de courantier vooral in Indië zijn abonné's schuldig meent te zijn, wil hij niet geconspueerd worden als óók tot ‘die rooie rommel’ behorend.
De roman van de heer Van der Zee is namelijk een sociale roman, en zelfs alleen van enig belang om die sociale kant, en omdat men over vijftig jaar in de bibliotheek van het Bataviaasch Genootschap dit werk misschien met vertedering consulteren zal als beeld van een bepaalde tijd. Als zodanig moet men het simplistisch noemen, maar het is duidelijk. De heer Van der Zee is in Indië geweest en kent bepaalde methodes van de koloniale pers bijvoorbeeld - al overdrijft hij griezelig de werkelijke macht die een scheldend journalist, zelfs als ‘machtsfactor’ in het bij uitstek koloniale leven, bezit. Zó laf en benauwd en karakterloos zijn de mensen in Indië niet; of althans, er zijn meer uitzonderingen op, inderdaad, dan