E. du Perron
aan
G.M.G. Douwes Dekker
Tjitjoeroeg, 11 juni 1937
Tjitjoeroeg, Vrijdag.
Waarde Heer Douwes Dekker,
Daar ik mezelf beloofd heb u van alles over Mult. op de hoogte te zullen houden, ziehier wat Ter Braak mij vandaag schrijftGa naar voetnoot1.:
‘Ik ontdekte een heel interessante, volkomen onbekende correspondentie, van ‘Dek’! Die verschijnt nu in Gr. Ned. in Augustus.Ga naar voetnoot2. Vrijwel geheel over Edu, en precies datgene, wat Pée niet wist. De brieven zijn gericht aan Van der Hoeven, een Rotterd. vriend van MultatuliGa naar voetnoot* en omvatten de jaren 1879 tot 1882. De raté Edu, die blijkens deze correspondentie ook gapte en oplichtte, komt er even duidelijk in uit als de au fond altijd weer royale Multatuli. Curieus is, dat ook hier een vergiftigingscomplex opduikt, dat veel analogie vertoont met de z.g. vergiftiging van Carolus; M. is nl. bang dat Edu hem, Mimi en Woutertje zou kunnen vergeven, als hij hem in huis nam.’ Verder over het dokument v/h Mult.-museum, waarvan hij nogmaals verzekert dat het hetzelfde is als dat van de gefotografeerde blzij.
Ik maak mij op om mijn antw. aan Saks te schrijven, maar wordt erin belemmerd door allerlei vervelende dingen, waarvoor ik misschien zelfs binnenkort met mijn vrouw in Bandg. zal moeten ‘beraadslagen’.
Met vriendelijke groeten, uw
EduP.