E. du Perron
aan
A.A.M. Stols
Brussel, 19 juni 1926
Brussel, 19 Juni XXVI.
Geachte Heer Stols,
Uw brief en twee pakketten ontvangen, waarvoor dank. De boekjes zijn, ik kan in dit geval moeilijk zeggen ‘boven’ - maar naar verwachting voortreffelijk. Ze zijn in ieder opzicht geworden zooals ik ze mij gewenscht had, dus... Maar u moet van dit soort lof zoetjesaan bij voorbaat verzekerd zijn.
Het exemplaar dat ik voor u persoonlijk bestemde heeft u denkelijk eveneens ontvangen? Ik zond u gisteren tien andere exemplaren (nos 41-50); ingesloten vindt u de fl.75- in Hollandsche bankbiljetten.
Daar ik met-dat-al niet gaarne zag dat u eenig verlies zoudt lijden in deze affaire, ben ik gaarne bereid het verdere surplus met u te vereffenen. Het afstaan van de tien exemplaren heeft voor mij - en zeker financieel - geen beteekenis: ik zou ze niet verkocht hebben, verheug mij in weinig lezers, en vind een scribent met stock in huis een weerzinwekkend personage.
Wil mij dus opgeven hetgeen ik u nog verschuldigd blijf en ik zend het u, zoo spoedig mogelijk, per postwissel.
Met beleefde groeten uw dienstwillige
EduPerron