Brieven. Deel 9. 26 september 1920-9 mei 1940
(1990)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 232]
| |
4285 (3175a). Aan J.H. Ritman: Tjitjoeroeg, 28 april 1937Ga naar voetnoot1.In de krant van gister staat in uw hoofdartikelGa naar voetnoot2. iets dat ik een paar minuten met stomme verbazing heb zitten overpeinzen: ‘Er zijn waarlijk al beduimelde plekken genoeg in ons politieke leven...’ Na veel moeite heb ik begrepen wat u bedoelde. Maar mijn eerste reactie, als ik zooiets lees, is dezelfde die u misschien zou hebben als u las dat iemand ermee inzat omdat er een paar geurtjes teveel waren aan zijn ontlasting. Achteraf begrijp je dan dat misschien deze ontlasting voor hem niet qua talis stinkt, omdat het dan ook de zijne is. Zoo verklaar ik althans uw ‘ons’. Maar een beetje raar blijft het. Overigens lijkt mij wat u van de socialisten zegt treffend juist. De Sovjet-Russen waren ook zoo leuk toen ze verontwaardigd deden omdat ze immers altijd het individualisme hadden gepredikt! |
|