Brieven. Deel 8. 3 december 1938-9 mei 1940
(1984)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3905. Aan A.A.M. Stols: Den Haag, 12 december 1939Den Haag, 12 Dec. '39. Beste Sander, Ik heb geprobeerd je aan de telefoon te krijgen, maar het ging niet. Dus ook maar per brief. Neen, die herdruk van mijn gedichten, daar moet je nog wat op wachten. Eerst moet ik het lange gedicht afmaken waar ik nu mee bezig ben: De Grijze Dashond. Is dat klaar, dan wou ik daarvan een aparte editie laten maken, zooniet in ‘Ursa Minor’, dan elders, bijv. in een uitgave als Een Winter aan Zee; liefst bij jou zelf, omdat je dan ook vrij bent het ding in de verz. gedichten op te nemen, zoodra je dat zelf wilt. Tegen den titel Gedichten heb ik ook eenig bezwaar. Liefst Parlando (‘volledige gedichten’ eronder, als je dat wilt); maar daar praten we nog over. Mijn Multatuli-editie is nog altijd niet klaar; ik heb nl. nieuwe dokumenten ontdekt - dwz. ben ze op het spoor. Veen heeft ook | |||||||||
[pagina 372]
| |||||||||
nog niet besloten; sinds ik het ms. zond aan Van der Woude hoorde ik niets meer. Wil jij van mij uitgeven - ik zoek er een uitgever voor: In deze grootse tijd, zijnde de verzameling notities (gesprekken etc.) die ik maakte in Parijs en die in Gr. Ned. stonden? Er is kans op dat, met mijn tegenwoordige bekendheid, zoo'n boekje behoorlijk gaat, mits je 't niet tè duur maakt. Het moet niet duurder worden dan Jan's In alle Ernst of Steenen voor brood. Als je er wat huiverig voor bent, kunnen we afspreken dat je me niets ervoor geeft vóór je de drukkosten eruit hebt, en daarna (maar dàn ‘terugwerkend’, omdat het risico dan weg is) niet meer dan 10% per ex. Wil je dit, dan kan je den tekst eerstdaags krijgen. Hoe staat het eigenlijk met het auteursrecht dat ik heb over Een Voorbereiding, Bij Gebr. aan Ernst en Cahiers v/e lezer? Gesteld dat een uitgever een van die dingen wil, zit ik dan vast? Een Voorb. betaalde ik, meen ik, zelf indertijd; bovendien heb ik toch niets te maken met dien heer Haantjes Dekker?Ga naar voetnoot1. En de Cahiers, hoe staat het daar mee? Is daar nog veel van? Ik wil vroeger of later een keuze uit mijn kritische geschriften maken in 3 of 4 dln., nl.
Is dit niet te realiseeren? Het 3e deel, dat ik je nu aanbied, kan definitief zoo blijven. Jany vertelde me dat je een prachtuitgaaf had gedrukt van Patrice de la Tour du Pin, La Quête de Joie. Als ik dat geweten had, had ik erover gesproken in mijn bespr. van dien bundel in de N.R.C.Ga naar voetnoot2. Ik hoor ook dat deze Patrice in den oorlog gewond is en krijgsgevangen gemaakt. Als je me tijdig een ex. stuurt en van die verwonding gegevens, kan ik misschien een stukje toevoegen aan mijn bespreking; dit is nu echt iets om het boek te laten ‘gaan’! Korteweg, van | |||||||||
[pagina 373]
| |||||||||
de N.R.C., komt vanavond hier; ik zal hem in ieder geval iets ervan zeggen. Breng of zend je me dan: La Quête de Joie en Beatrijs? En de Gedichten v. Hoornik? En Mok?Ga naar voetnoot3. Tot ziens. Hartelijke groeten van je E. |
|