Brieven. Deel 5. 2 mei 1934-31 oktober 1935
(1979)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd2453. Aan S. Vestdijk: Parijs, 8 april 1935Parijs, 8 April. Beste Simon, Je brief is mij een groote teleurstelling; althans, dreigt die kant uit te gaan. Zonder werk van Helman of Coolen kan ik mij onze bundel bèst voorstellen, maar zonder iets van jou erin, wordt mijn plezier vergald en voel ik mij als verantwoordelijk voor de keuze ‘geblameerd’. Misschien is er iets waars in Zijlstra's bewering, maar de concurrentienijd geeft zeker den doorslag, en wij zijn het werkelijk aan onszelf verplicht om onze uitgevers niet te vleien in hun laagste instincten. Als de bundel toch uitkomt, is het ‘gevaar’ even groot, en dan is het tenslotte nog beter dat jij er als ‘uitverkoren novellist’ in voorkomt, voor de RECLAME!Ga naar voetnoot* - Ik wil er, wat mij betreft, ook wel meteen mee uitscheiden, maar Marsman rekent er nu èrg op, meen ik, en schreef mij vol zekerheid en vreugde dat wij ‘in ieder geval’ 1, 2, 3, 4, 5 konden krijgen (waartoe | |
[pagina 273]
| |
ik, ook om de plaatsruimte, al besloten had). Trouwens, jij schreef dat ook, net zoo.Ga naar voetnoot1. Ik zal Marsman je brief doorzenden, maar reken er op dat je ons werkelijk dit nog ‘vrije’ verhaal afstaat. Schrijf dit dus nog even aan hem of aan mij. Als je naar Menno gaat zal hij je vertellen van een congres, waarvoor ik ook absoluut op jou reken!Ga naar voetnoot2. Barbellion zal ik later zenden. Mijn boek kan nu tot blz. 400 afgedrukt zijn, tot zoover althans gaf ik mijn ‘imprimatur’. Ik vond in het stuk in Forum over Taalverkalking een voor mijn gevoel onthullende alinea over mijn eigen methode en stijl in Ducroo, nl. hoe ik met groote zorg eigenlijk erop gewerkt heb om de herinneringen als ‘vertrouwd’ te suggereeren.Ga naar voetnoot3. De bedoelde alinea is die op blz. 359, de tweede van boven; het lijkt mij net iets voor jou om het op deze manier te belichten. Ik ben achteraf vooral benieuwd wàt je het beste vindt in Ducroo (je bent tot dusver de eerste en eenige die het boek in de juiste volgorde en in zijn geheel heeft gelezen). Vind je het element ‘herinneringen’ beter dan de ‘gesprekken’? vind je met MennoGa naar voetnoot4. dat de vrienden van nu ‘schimmen’ zijn? wat is voor jou de voornaamste qualiteit van het boek? de toon, (het ‘vertellen’, de ‘eerlijkheid’); de psychologische kant; de historische, indische ‘wereld’; het geheel? Het is jammer dat je me dit niet zeggen kunt en dat ik misschien tot je artikel zal moeten wachten;Ga naar voetnoot5. want ik zelf heb er geen opinie meer over! | |
[pagina 274]
| |
Intusschen: wanneer komt je stuk over Greshoff eindelijk in Forum?Ga naar voetnoot6. Het boek is al uitverkocht! (maar er komt een 2e populaire uitgave). - En het blijft toch afgesproken dat jij over Nijhoff schrijft?Ga naar voetnoot7. Marsman dacht nog altijd dat ik het zou doen; maar ik doe het zeker niet, dus... Ik laat het hier nu bij, want eigenlijk wacht ik op een telefoontje uit de kliniek, waar Bep nu is. Misschien kan ik het bericht hier nog onder schrijven. Hartelijke groeten van je E.
Ik las je Parc-aux-Cerfs niet, keek het alleen even door, en wacht liever op het geheelGa naar voetnoot8.; maar zoo gezien lijkt me dit een gevaarlijk genre, met toch altijd een zekere Van Geuns-kantGa naar voetnoot9. erin. Maar als je die èn kunt laten bestaan èn tegelijk laten vergeten... ElseGa naar voetnoot10. was weer puik. Ik zou als ik jou was dat eene zinnetje schrappen van ‘Zwijg als je tegen me spreekt!’ - omdat het een mop wordt, en de banaliteit hier de rest afbreekt, die heel goed is. Geef liever nog een echt ‘vuile’ zin van mama tegen zoon, en een echt vrouwelijke, dan is die passage compleet.
P.S. - Of het een vrouwtje of een mannetje geworden is, zal ik je morgen wel op een aparte briefkaart melden, nu is er nog niets gebeurd... |
|