Brieven. Deel 3. 1 april 1931-31 december 1932
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 134]
| |
906. Aan C. van Wessem: Gistoux, 7 juli 1931Gistoux, Dinsdag. Beste Constant, Mijn moeder is van oververmoeienis wat gaan sukkelen; daar Annie Batten hier niet blijven kon, maar naar Weenen moest, kon ik niet naar Brussel terug; andere ‘omstandigheden’ hebben trouwens gemaakt, dat ik al mijn boeken hierheen overgebracht heb, en zeker tot eind Augustus hier denk te blijven. Het spijt me dat ik jullie niet kon afhalen, voorloopig is het beter dat we geen logés hebben. Tegen halfJuli komt Menno een paar dagen, maar dan zal de chatelaine wel weer zijn opgeknapt; trouwens, nu al gaat het beter. Ik laat het hierbij, hebbende nog steeds absoluut geen schrijflust. L'envie épistolaire est comme l'envie de foutre; on ne l'a pas toujours.Ga naar voetnoot1. De reorganisatie van de V.Bl. lijkt mij meer en meer een vervelende, dreinerige historie. Daarover dus ook liever niet. - Overigens geen nieuws. Met beste groeten, mede aan je vrouw, je E Heeft het vuur van de Balineesche apsara's het Holl. paviljoen afgebrand?Ga naar voetnoot2. |
|