Brieven. Deel 2. 1 januari 1930-31 maart 1931
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd666. Aan V.E. van Vriesland: Arnhem,Ga naar voetnoot1. 10 december 1930Arnhem, Woesdag 10 Dec. 1930. Beste Vic, Ik zit op het oogenblik in het bovenvermelde café terwijl Malraux met een sproetige dame dineert. Hij wordt allervriendelijkst en allercompleetst overal doorgezaagd en knijpt er telkens een uurtje tusschenuit om mij te spreken. Hij vindt alles afschuwelijk - maar niet altijd onvermakelijk (in zekeren zin). Ik zag zooeven één specimen van representant(e) van Nederl.-Frankrijk, en gisteravond in Rotterdam 2 of 3, waaronder 1 gedurende 5 minuten als inleid(st)er op het podium. Malraux is gelukkig een onverschrokken hart. Vrijdagavond is zijn lezing in Amsterdam: over den roman. Ga je er heen? Waar spreken we dan af? Ik ben bij Willink gelogeerd of althans daar ‘bereikbaar’. Tot ziens. Hart. groeten van je E.
We moeten de M's ook De Kring laten zien - op Zaterdagavond - en dark Amsterdam, de grachten met verlichte vensters en dikke dames in de étalage. Kan jij niet iets aardigs bedenken? Wij blijven Zaterdag en Zondag in Amsterdam. Telephoneer of schrijf naar Willink, waar ik Vrijdagmiddag ben. |
|