Brieven. Deel 2. 1 januari 1930-31 maart 1931
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 250]
| |
hoff's Oost-AziëGa naar voetnoot* zijn niet onaardig, maar beschouwd als bij- en zijkantjes van zijn grotere werk; zo apart heeft het niets om het lijf. En Larrios is goed vertaald, maar geeft toch niet, geloof ik, de eigenaardige bekoring weer van zijn proza. - Ik neem Goris alias Gijsen te pakken in de volgende D.G.W. over een inepte bespreking (welwillend overigens) van Sl.'s bundel Saturnus.Ga naar voetnoot1. - Dat tijdschrift van die ‘Brusseleren’; neen, liever niet.Ga naar voetnoot2. Vechten is goed, maar ik doe het liever alleen, dan met bepaalde ‘kameraden’. Kom mij spoedig eens opzoeken! Tot nader. Je E. |
|