Brieven. Deel 2. 1 januari 1930-31 maart 1931
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 24]
| |
386. Aan W.A. Kramers: Amsterdam, 12 en 13 januari 1930Zondagavond. Beste Wynand, Met het oog op de spelling is bijgaand sonnet beter dan dat wat ik gisteren verzond.Ga naar voetnoot* Gooi dat dus weg en laat dit drukken (als het tot drukken komt). Verder geen nieuws. Je E.
- Daarnet kreeg ik je brief, waarvoor dank. Vanaf overmorgen huis ik inderdaad in de Vossiusstraat, no. 45 (vergis je niet in het nommer, zooals je het nu net deed). Ik stel mij voor D.G.W. ook veel voor van de medewerking van Houwink en DonkerGa naar voetnoot1., als zoodanig is het stuk van den tweede over den eerste - in het vorig nr. - bijwijze van presentatie - bijna een geniale zet! Van Mien Proost of over dezelve hoorde ik nog minder dan Uwé. Tot nader!
Amsterdam, Maandag. |
|