Brieven. Deel 2. 1 januari 1930-31 maart 1931
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd385. Aan W.A. Kramers: Amsterdam, 12 januari 1930Amsterdam, Zondag Marnixstraat 399. (niet 390.) Beste Wynand, Heb je het geöuwehoer van je vrind Buning in de - o jee, neen! je hebt het nièt gelezen! Je vriend Buning dan heeft in de......Ga naar voetnoot1., geschreven dat Erts een dunne bestelling wasGa naar voetnoot*, maar tevens dat al die duidelijke Fr. en Duitsche invloeden uit den Booze waren, en toen - voor de zooveelste keer - het evangelie van Vondel weer verkondigd. De arme man schijnt niet te begrijpen dat een Franschman die in de 20e eeuw als Racine wil schrijven, of een Nederländer die het als Vondel zou wil- | |
[pagina 23]
| |
len doen, eenvoudigweg decadent is met de ergste decadentie die er bestaat: de ‘academische’. Ik zeg niet dat Lichtveld gelijk heeft - maar men zou hem ànders moeten bestrijden. En tenslotte is het optimisme van L. mij sympathieker dan die eeuwige Vondelarijen van W.B. - Als onze kunst specifiek Hollandsch moet blijven, dan zitten we niet aan Vondel vast, maar aan Robbers, vrees ik. Enfin... Lees bijgaand sonnet. Als het eenigszins kan, neem het dan nog in dejan. D.G.W. op. Ik kreeg de drukproef van De Laatste Ronde gisteren - het zal dus nog wel gaan? niet? Zooniet - stuur het mij dan omgaand terug, dan zal ik zien het elders nog geplaatst te krijgen, desnoods in De Vr. Bladen. Als het te lang ligt, is de aardigheid er n.l. een beetje af. Het is niet onvriendelijk (dunkt mij) verneukeratief en de 17e eeuwsche schrijfwijze moet Buning toch wel bevallen. - Zelf schrijft hij ook zulke Vondeliaansche pastiches (zooals dat vers in Erts op Royaards, waarover die lul van een Binnendijk godbetert nog vreugdekreten slaakt). (Heb je iemand om Erts te bespreken? Dat wil ik anders ook nog wel doen.) Mijn adres is vanaf 15 dezer, d.w.z. Woensdag: Vossiusstraat 45, Amsterdam. Wacht! ik zal dat nog onderaan het sonnet zetten, pour la couleur locale...Ga naar voetnoot* Wanneer kom je eens hier? dan gaan wij samen ergens eten, en zal ik het genoegen smaken jou tot mijn gast te hebben. Wacht niet te lang. Is Nijhoff in Den Haag? Bel hem eens op om dit namens mij te vragen. En vraag hem dan of hij mij schrijft. Laat spoedig wat van je hooren! Steeds je Eddy -
In het pak portretten dat ik eens aan Jan gaf, en dat Jan, naar het schijnt, aan jou doorgaf, komt een portret voor van Beets als Hildebrand. Zou je dat voor me kunnen vinden en het mij willen opsturen? |
|