een zo hopeloos karakter vertoont, niet alleen van ersatz, maar van schamelheid, van benepen armoede tot in de vriendelikste hoeken, in de tevredenheid van de voorbijgangers en de opschepperij die zo vaak aan Marseille herinnert, in de simili-parijse finesse en de echt-vlaamse oubolligheid.
Toen prinses Marie-José zich verloofde met de prins van Piémont werd de brusselse feestvreugde even gestoord: een jong italiaans socialist loste een schot dat volgens alle deskundigen missen moèst, maar werd door de dappere agenten ter plaatse neergeknuppeld en zwaar gehavend naar het Paleis van Justitie gesleept, terwijl de prins, die zich volstrekt niet verwaardigd had op het misbaar te letten, de menigte verrukte met een nieuwe glimlach. Donderend applaus - zoals trouwens voegde bij een zo kinematografiese heldhaftigheid - en 's avonds stonden de kranten vol van het gezicht des assassijns, de glimlach des