Galama-recensie in De Vriend des Vaderlands in 1833, voor de positionering van de historische roman is gebruikt. Daarna was het vooral Kalff, die, in navolging van Potgieter, de status van de Verhandeling ‘als nationaal monument’ heeft bezegeld, terwijl Smit in 1957 de betekenis ervan ‘vergroot en verengt’ ‘door zijn aanname van de meest concrete en rechtstreekse invloed die mogelijk is: het succes bij de romanciers die hun onderwerpen door Van Lennep kregen aangereikt’ (Van der Wiel 1999: 239).
49 Richardot: eigenlijk Jan Grusset (1540-1609). Zuid-Nederlands staatsman en junst. In de opstand tegen Spanje koos hij eerst partij voor de Staten-Generaal, maar vanaf het najaar van 1579 stond hij aan de kant van Filips II. Hij was de voornaamste politieke raadgever van de aartshertogen Albrecht en Isabelle en had een ruim aandeel in het ontstaan van de Vrede van Vervins (1598), de Vrede van Londen (1604) en het Twaalfjarig Bestand (1609).
51 Labbe: niet gevonden.
63 sobriquet: scheldnaam, spotnaam, bijnaam.
Johan van Oldenbarneveld (1547-1619). Nederlands staatsman. Was als Raadpensionaris van Holland verantwoordelijk voor het Twaalfjarig Bestand. Sloot zich in de strijd tussen Remonstranten en Contra-Remonstranten aan bij de Remonstranten en kwam daardoor in conflict met Maurits, die hem liet gevangen zetten, veroordelen en onthoofden.
71 Nieuwpoort: Slag bij Nieuwpoort (1600); de strijd werd door Maurits met moeite gewonnen, maar het eigenlijke doel van de expeditie, de verovering van het zeeroversnest Duinkerken, werd niet bereikt.
75 Oostende: de Spanjaarden probeerden de Staatse legers voorgoed van de Vlaamse kust te verdrijven door het beleg van Oostende, dat drie jaar lang verdedigd werd door de in r. 181 en 186 genoemde Francis Vere.
80 Romero's: Juan Romero was een Spaanse veldheer die in 1572 de leiding had bij een nachtelijke aanval op het legerkamp van Maurits.
Taxissen: In 1595 werden er vredesonderhandelingen gevoerd tussen de noordelijke en de zuidelijke Nederlanden. Deze werden afgebroken toen bleek dat de zuidelijke Staten geen beslissing durfden te nemen zonder eerst met de regering van Filips II te overleggen. Bij de opstandelingen ontstond de indruk dat het hele onderhandelingsproces doorgestoken kaart was geweest. Waarschijnlijk was dit wantrouwen onterecht, ondanks een onderschepte brief van de Spanjaard Bautista de Tassis (Taxis, volgens Drost). Hierin stond dat de onderhandelingen niet meer dan een handige oorlogsstrategie waren, bedoeld om de opstandige gewesten te misleiden. Deze brief verwekte natuurlijk heel wat opschudding, maar de mening die hierin werd verkondigd was alleen die van De Tassis, en hield geen verband met de intenties van de afgevaardigden van de zuidelijke Staten of de Spaanse regering.
80-81 maestro's di Campo: veldheren.
88 twee oogpunten: realisme vs. idealisme.
96-97 Deze trant, die den Franschen, en over het geheel der Romantieke School, meest eigen is en:
108 Wij vinden dezen geest van Romanschrijven meer bij onze Duitsche naburen: Drosts visie op de Franse en de Duitse variant van de Romantiek sluit aan bij het algemene beeld dat er