Nederduitsche tael- en letterkundige lessen voor school- en zelfonderricht
(1860)–Emmanuel van Driessche– AuteursrechtvrijEmmanuel van Driessche, Nederduitsche tael- en letterkundige lessen voor school- en zelfonderricht. F. Claasen, Brussel / H.-J. van Kesteren, Amsterdam 1860
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: 654 A 26, scans van Google Books
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Nederduitsche tael- en letterkundige lessen voor school- en zelfonderricht van Emmanuel van Driessche uit 1860.
redactionele ingrepen
De eindnoten zijn in deze digitale editie direct bij de bijbehorende nootverwijzingen geplaatst. De volgende pagina’s zijn hierdoor komen te vervallen: 259, 260.
Na de Romeinse paginanummering gaat de paginering verder in Arabische cijfers: op pagina IV volgt pagina 5. Er ontbreken geen pagina's.
p. 5: de kop ‘Woord vooraf’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
p. 18: maeh → mach: ‘Ine mach sitten no gestaen’.
p. 18: Honieh → Honich: ‘Honich es een soete spise’.
p. 31: voetnoot ‘(8)’ heeft in het origineel abusievelijk voetnootnummer ‘(3)’ gekregen aan de voet van de pagina. In deze digitale versie is dat verbeterd.
p. 34: voetnoot ‘(3)’ heeft in het origineel abusievelijk nootverwijzing ‘(4)’ gekregen in de lopende tekst. In deze digitale versie is dat verbeterd.
p. 111: Minnediehten → Minnedichten: ‘Leer- en Minnedichten’.
p. 241: in het origineel staan achter ‘overslaet.’ tweemaal aanhalingstekens sluiten. In deze digitale versie is dat verbeterd.
p. 244: in het origineel staan voor ‘die uit onkunde’ tweemaal aanhalingstekens openen. In deze digitale versie is dat verbeterd.
p. 299: en → in: ‘Leeft in Antwerpen’.
p. 329: op deze pagina staat een accolade die meerdere regels overspant. Dit is in deze digitale versie niet weer te geven, daarom wordt op elke betreffende regel de accolade met de woorden die erop volgen herhaald.
p. 330: voetnoot ‘(1)’ heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale versie is de noot onderaan de pagina geplaatst.
p. 377: Besehermt → Beschermt: ‘Beschermt uw regt’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (π4, IV) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina π1]
nederduitsche
TAEL- EN LETTERKUNDIGE LESSEN
[pagina π2]
BRUSSEL. - BOEK- EN STEENDRUKKERY VAN J. NYS,
St-Joos-ten-Noode, Moeshofstraet, nr 41.
[pagina π3]
NEDERDUITSCHE
TAEL- EN LETTERKUNDIGE
LESSEN
VOOR SCHOOL- EN ZELFONDERRIGT,
DOOR
E. Van DRIESSCHE,
Professor aen 't Koninglyk Athenaeum van Brussel.
BRUSSEL,
F. CLAASSEN, UITGEVER,
88, Magdalena-straet
AMSTERDAM,
H.-J. VAN KESTEREN, UITGEVER,
Warmoes straet
1860
[pagina 481]
INHOUD.
Geschiedkundig overzicht der tael- en letterkunde. | |
EERSTE TYDVAK- van het Christendom tot van Maerlant | bl. 7-23 |
TWEEDE TYDAK- van Van Maerlant tot de uitvinding der boekdrukkunst | 23-52 |
DERDE TYDVAK- van de boekdrukkunst tot de hervorming | bl. 52-74 |
VIERDE TYDVAK- van de hervorming tot op onzen tyd | 75-134 |
Letterkundige lessen en voorschriften. | |
1. RHETORICA | 135 |
2. DAVID (J.) - Over de noodzakelykheid van het zorgvuldig beoefenen der tael | 147 |
3. DAUTZENBERG (J.-M.) - Neduitsche tael- en dichtvormen | 150 |
4. VAN CAPELLE (J.-P.) - Oordeel van Simon Stevyn over de waerde der nederlandsche tael | 155 |
5. MULDER (S.-J.) - Over den schryfstyl | 158 |
6. LUBLINK, de jonge. - Middelen ter verkryging van een' goeden styl | 161 |
7. LUBLINK, de jonge. - Vereischten in den schryver | 163 |
8. LUBLINK, de jonge. - Vereischten in den vertaler | 164 |
[pagina 482]
9. MULDER (S.-J.) - Regelen voor den vertaler | 167 |
10. FEITH. - Over den smaek | 168 |
11. VAN HEMERT (P.) - Over het verhevene | 184 |
12. BEETS (N.) - Frischheid | 192 |
13. BEETS (N.) - Adelaersvlugt | 193 |
14. BEETS (N.) - Dichterlyk vuer | 194 |
15. VAN DER PALM. - Eenvoudigheid | 196 |
16. LUBLINK, de jonge. - Oordeelkunde en Logica | 197 |
17. BEETS (N.) - Over het populaire | 199 |
Prozastukken ter oefening. | |
1. VOORSCHRIFTEN | 203 |
2. VAN DER PALM. - Over den waren aerd der welsprekendheid | 211 |
AENMERKINGEN | 232 |
3. SCHRANT. - Over het beoefenenswaerdige der nederduitsche tael | 234 |
NOTAS EN AENMERKINGEN | 258 |
LEZINGEN | |
Uit moderne vlaemsche prozaschryvers. | |
1. D'HULSTER. - Uitvindingen en ontdekkingen, door Nederlanders gedaen | 263 |
2. WILLEMS (J.-F.) - de nederl. schilder | 266 |
3. VAN KERCHOVEN (P.-F.) - Een huislyk tooneel | 269 |
4. ZETTERNAM (Eug.) - Nederl. schilderkunst | 272 |
5 CONSCIENCE (H.) - Gwyde van Vlaenderen voor den troon van Philippe-le-Bel | 274 |
6. BLOMMAERT (Ph.) - De stryd aen de Samber | 277 |
7. SAINT-GENOIS (Jules de) - De Hoogeschool van Leuven | 280 |
8. ECREVISSE. - Karakterschetsen | 282 |
9. DAVID (J.) - Karel de Goede en de Erembouten | 286 |
10. VAN PEENE (H.) - De Berchemsche boer by keizer Karel | 289 |
11. DELCROIX (Désiré). - Het arme weeskind | 292 |
12. STALLAERT (K.) - Jacob Van Maerlant in Brussel | 294 |
13. SNIEDERS (Jr.) - De offerande in den tempel | 298 |
14. SLEECX (D.) - Een letterkundige uit den grooten hoop | 299 |
[pagina 483]
POËZY. | |
Stukken ter oefening. | |
1. PROSODIA der nederd. tael, door. J.-M. Dautzenberg | 302 |
2. LUCIFER, treurspel, van J. Van Vondel | 329 |
3. BEKNOPTE ONTLEDING van het zelve | 409 |
4. ODE AEN GENT, door K. Ledeganck | 417 |
5. STUDIE op de ode aen Gent | 423 |
6. DE ECHTSCHEIDING, door H. Tollens | 426 |
AENMERKINGEN over dit stuk | 432 |
7. NOVA SEMBLA, door H. Tollens (met aenteekeningen) | 433 |
8. BUITENLEVEN, jagen, visschen, Egeria, door W. Bilderdyk | 455 |
LEZINGEN | |
Uit moderne vlaemsche Dichters. | |
1. WILLEMS (J.-F.) - Aen de Belgen | 461 |
2. VAN RYSWYCK (Th.) - Watergeuzenlied | 464 |
3. COURTMANS (Mev.) - Marnix van St-Aldegonde | 464 |
4. VAN ACKER (Mev.) - De schoone kunsten | 465 |
5. DAVID (Mev.) Aen koning Leopold | 467 |
6. VAN BEERS (J.) - De arme moeder | 469 |
7. BLIECK. - Triomph van den Messias | 471 |
8. DAUTZENBERG. - Horatius; ode I.B.I. | 473 |
9. DAVID (L.-F.) - Het kind het roosje | 474 |
10. DE LAET (J.-A.) - Het woud | 475 |
11. VAN DUYSE (P.) - Volksonderwys | 476 |
12. SCHEPENS (A.) - De wreede zuster | 477 |
13. NOLET DE BRAUWERE VAN STEELAND. - Optogtzang der Germanen | 479 |
EINDE.