want ze zei tegen Mien, dat het een schandaal was een meissie (dat was ik dan), dat bij alle weer en wind er op uit moest om der kossie op te scharrelen, ook nog voor de halve schoonmaak op te laten draaien, dat was geen manier van doen. Ik kreeg op mijn kop, dat ik Mien niet gezegd had om mijn boeltje ook schoon te houwe, want nou zat ze maar in dat kippehuishouwentje van haar te koekeloere en dan kreeg je zulke grappies van alles wat ze nou achter de rug had, niks gezonder voor een vrouw dan dòòrwerken, want het is een gezonde ziekte, wat u juffrouw.
Ik heb me verkwikt aan deze heerlijk Hollands optimistische levensbeschouwing, en toen ik op mijn vrije woensdagmiddag zo'n beetje in mijn kamer zat te prutsen aan een nieuw werkobject voor de klas, (een dorp van plasticine) toen klonk uit de keuken haar oude stem, vals maar overtuigd, en de ouwe versjes van Johannes de Heer die vader op school leerde, maakten overuren. We hebben er vaak om gelachen en er is veel mee gespot, maar hebben wij er iets beters voor in de plaats gegeven?
Auteursrechtelijk beschermd